De “X-factor” zal grote impact hebben op start van olympische week van Emma Plasschaert

De dag na haar vierde plaats op de Olympische Spelen van 2021 in Tokio had Emma Plasschaert maar één doel: het beter doen op de volgende Olympische Spelen. Slechts 48 uur voor de start van haar olympische week in de ILCA 6 (ex-Laser Radial) voor de jachthaven van Roucas-Blanc in Marseille, sprak de 30-jarige Oostendse met de pers.

“Alles gaat goed”, stak een scherp ogende Plasschaert van wal. “We hebben onze boten gekregen en hebben er een paar dagen mee getraind. Het zeil is een beetje anders dan we hadden verwacht. Het is achteraan iets strakker dan de zeilen die we normaal gebruiken, maar dat is op zich geen probleem. We weten hoe we daarmee moeten omgaan. Wat echter niet zo makkelijk is, is dat we met het rustige weer van de afgelopen dagen en de uitgestelde races in de andere klassen, niet veel tijd hebben gehad om te trainen. Gisteren (maandag) konden we bijvoorbeeld niet het water op”, aldus de tweevoudige wereldkampioene in haar discipline.

De mannen en vrouwen in de 49er en 49er FX-klasse hebben al twee wedstrijddagen achter de rug. Plasschaert heeft hun vorderingen op de voet gevolgd. “We hebben de races gevolgd, maar als dit type wind aanhoudt, hebben we in ieder geval onze eigen strategie. Natuurlijk zijn er altijd onvoorspelbare factoren. En dat zien we hier in Marseille al heel lang. Onze mental coach noemt dat de X-factor, die je niet kunt voorzien. Er zijn momenten dat je ineens geholpen wordt en andere momenten dat je getroffen wordt door een hele slechte golf. Dat kan een grote impact hebben.”

Hoewel ze er niet te veel over wil praten, weet de winnares van de bronzen medaille op het laatste WK, begin 2024 in Argentinië, dat een olympisch podium het Belgische zeilen een echte boost zou geven. Net als na de zilveren medaille van Sébastien Godefroid op de Olympische Spelen van Atlanta en het brons van Evi Van Acker op de Olympische Spelen van Londen.

“Dat was een ander tijdperk. Net als veel andere sporten wordt zeilen steeds professioneler. Er wordt steeds meer geïnvesteerd. We zijn voltijdse atleten geworden, niet alleen op vakantie. Vergeleken met Tokio is onze staf groter en zijn we veel beter uitgerust. Het lijdt geen twijfel dat een medaille goed zou zijn voor onze sport. Net als bij elke andere sport, als ik zie welke impact Nina Derwael bijvoorbeeld heeft gehad op turnen en haar federatie. Dus ja, het zou geweldig zijn.”