Wie een voorwerp heeft verloren op een bus of tram of aan een halte van de Vlaamse openbaarvervoermaatschappij De Lijn, moet voortaan 12,25 euro betalen om dat terug te krijgen. Voor die prijs wordt het voorwerp wel door de postbode thuis afgeleverd. Dat heeft De Lijn woensdag aangekondigd.
De Lijn centraliseert voortaan alle verloren voorwerpen op één plaats. Ook de onderaannemers brengen de sleutels, paraplu’s, turnzakken … die zij vinden, naar daar. De spullen worden gefotografeerd en op een online platform geplaatst. Reizigers die hun voorwerp daar herkennen, kunnen het claimen. Ze betalen 12,25 euro – een administratieve kost van 5 euro en 7,25 euro voor een postpakket -, waarna hun verloren item via bpost thuis wordt bezorgd.
Een verloren voorwerp terugkrijgen was voorheen gratis bij De Lijn. Maar de reiziger moest daarvoor wel zelf naar een – soms verafgelegen – ophaalpunt gaan. “De procedure tot nu toe was heel omslachtig, kon lang duren en was niet uniform”, zegt De Lijn-woordvoerder Marco Demerling. De ophaalpunten hanteerden bijvoorbeeld verschillende openingsuren en de onderaannemers van De Lijn hadden hun eigen manier van omgaan met verloren voorwerpen.
De openbaarvoermaatschappij ziet in de nieuwe werkwijze “een uniforme, veilige en efficiënte oplossing”, waarbij reizigers niet langer naar een ophaalpunt moeten gaan en de klantendienst ontlast wordt. De administratieve kost dient om de kosten voor het verzamelen en verwerken van de verloren voorwerpen te dekken.
Bij De Lijn worden er elk jaar zowat 40.000 voorwerpen gevonden (onderaannemers niet meegerekend). Tot nu kwam zowat 20 à 25 procent opnieuw bij de eigenaar terecht, maar De Lijn hoopt dat percentage met de nieuwe werkwijze te kunnen opkrikken. Verloren voorwerpen worden zes maanden bewaard bij De Lijn.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier