Worden oorlogssites in Westhoek Unesco-werelderfgoed? Beslissing valt vandaag, uiterlijk morgenvroeg

Tyne Cot Cemetery in Passendale. © Belga
Christophe Maertens
Christophe Maertens Medewerker KW

In de Westhoek is het vandaag, dinsdag, met spanning uitkijken of Unesco onze Westhoek WO I-sites als werelderfgoed erkend. De erkenning is vooral symbolisch. “Maar het zou een opsteker zijn voor het toerisme, maar ook voor de wijze waarop we hier in de Westhoek en Noord-Frankrijk bezig zijn met het oorlogserfgoed.”

Dinsdagmiddag of ten laatste woensdagochtend wordt in Riyad in Saudi-Arabië beslist of 27 oorlogssites in de Westhoek zich voortaan als Unesco-werelderfgoed mogen voorstellen.

“Het dossier is aangepast dat we nu veel sterker argumenteren dat we de sites gebruiken om ontmoeting te creëren en mensen op te voeden naar meer vrede en verzoening”

In 2001 wilde Vlaams minister van Binnenlandse Aangelegenheden Paul Van Grembergen de IJzertoren en bij uitbreiding de hele IJzervlakte laten opnemen op de Werelderfgoedlijst. Van daaruit kwam het idee om een ruimer dossier met meer herdenkingssites in te dienen. In de Westhoek werd gedacht dat de erkenning er al in 2018, het laatste jaar van de grote herdenking rond WO I, zou komen, maar dat was het geval niet. Het bleek dat Unesco niet happig was om oorlogsbegraafplaatsen op de lijst te plaatsen.

“Het comité vreesde dat oorlogserfgoed ook zou kunnen worden ingezet om nationalistische redenen en om groepen mensen tegen elkaar op te zetten. Het dossier is aangepast dat we nu veel sterker argumenteren dat we de sites gebruiken om ontmoeting te creëren en mensen op te voeden naar meer vrede en verzoening”, aldus Dominiek Dendooven, wetenschappelijk medewerker van het In Flanders Fields Museum.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier