VTI-terrein geeft zijn geheimen prijs

Resten Sint-Juliaans Hospitaal ontdekt voormalig VTI (foto Davy Coghe)
Redactie KW

Op de voormalige terreinen van het VTI aan de Boeveriestraat zijn tijdens archeologische opgravingen sporen en structuren van het voormalige Sint-Juliaanshospitaal blootgelegd. Ook werden een aantal grafkelders aangetroffen.

Op de gronden van de vroegere school wenst de firma Steenoven een nieuwe stadswijk te ontwikkelen met flats en woningen voor zo’n 135 gezinnen. Vooraleer de eigenlijke werken kunnen starten, moet wettelijk een archeologisch onderzoek plaatsvinden. Dat gebeurt door de archeologen van de Brugse firma Ruben Willaert. Tot nog toe zijn er sporen en structuren gevonden uit alle periodes van Sint-Juliaans, waaronder de funderingen van de vroeg-14de-eeuwse kapel. Binnen die kapelcontouren zijn intussen drie grafkelders gevonden, waaronder één dubbele grafkelder en één beschilderde grafkelder. De beschilderingen zijn vrij goed bewaard, maar sober van iconografie. Het gaat om vluchtig geschilderde, okerkleurige tot rode kruisen in allerlei variaties. Interessant is de vondst van skeletten zowel binnen de kapel als erbuiten. Hoogstwaarschijnlijk betreft het broeders en zusters die in het hospitaal actief waren, want patiënten die in het hospitaal overleden, werden op het kerkhof van het Sint-Janshospitaal begraven.

Bijzonder interessant

Behalve 14de-eeuwse resten vonden de archeologen muurresten van verbouwingen uit de 15de eeuw, een beerkuil met veel lederresten, materiaalrijke afvalkuilen uit de 16de eeuw en diverse muren van de 19de-eeuwse vleugels. Volgens cultuurschepen Nico Blontrock vonden er de afgelopen jaren in de Brugse binnenstad al vele opgravingen plaats, maar zijn ook deze nieuwe vondsten bijzonder interessant. Bijzonder boeiend is de grote hoeveelheid kuilen (voorraadkuilen, afvalkuilen, haardkuilen, paalkuilen) die een stuk ouder zijn dan het gesticht. “Het is opmerkelijk om duidelijke sporen van menselijke bewoning te vinden uit de periode 1000-1100 na Christus, dit op een locatie die vrij ver van het toenmalige bewoningscentrum gelegen is”, aldus stadsarcheoloog Frederik Roelens.

Op het einde van de Boeveriestraat stonden al van oudsher opvanghuizen voor passanten en daklozen. In het begin van de 14de eeuw werden die huizen op initiatief van de stad samengevoegd tot één instelling, Sint-Juliaan, waar men niet enkel terecht kon voor een bed en een warme maaltijd, maar waar er ook aandacht voor ziekenzorg was. Gedurende de 14de, 15de en 16de eeuw werd Sint-Juliaan verder uitgebouwd en kwamen er nieuwe vleugels bij, werd er een toren op de kapel geplaatst en verrezen op het achtererf onder andere een brouwerij en een rosmolen. Dit is duidelijk te zien op de kaart van Marcus Gerards (1562). In de loop van de 17de eeuw fuseerde de instelling met het gesticht voor krankzinnigen Sint-Hubrecht-ten-dullen dat aan de overzijde van de straat was gelegen. In de 19de eeuw werd het hele complex vernieuwd, maar omstreeks 1930 maakte het Sint-Juliaanshospitaal plaats voor het VTI. Dat vond ondertussen een nieuw onderkomen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier