“Waar de reis mij overal zal brengen, weet ik nog niet”: Anniek Deylgat (71) gaat met ‘Joannebus’ de Columbus achterna

De avontuurlijke Anniek Deylgat bij haar bus, die niet meer naar België zal terugkeren. © foto Stefaan Beel
Bart Crabbe
Bart Crabbe Medewerker KW

Anniek Deylgat (71) uit Roeselare vertrekt in de krokusvakantie met haar tot camper omgebouwde schoolbus voor een jarenlange reis langs de Europese kusten. “Na twintig jaar Frankrijk is het hoog tijd voor een nieuw verhaal en dat wil ik delen met telkens één wisselende reisgenoot”, vertelt Anniek.

Anniek Deylgat bracht een groot stuk van haar leven in Roeselare door, maar haar roots liggen in Kuurne waar haar vader André burgemeester was van 1971 tot 1988. Ze volgde een kunstopleiding en was in SASK in Roeselare leerkracht modeltekenen.

“Ondertussen kwam ik met mijn kinderen tijdens de vakanties vaak in de Ardèche, waar ik een idyllische watermolen op de Volane – een zijrivier van de Ardèche – ombouwde tot vakantiehuis. Antraigues-sur-Volane is het al even charmante dorpje, un des plus beaux villages de France, met op het pleintje bistro La Montagne, waarvan de naam de titel zou worden van een lied van zijn beroemdste inwoner, Jean Ferrat.”

La manufacture

“In die molen kwamen honderden vrienden en kennissen langs en werd menig memorabel feestje gevierd. Dat verwennen van gasten is een constante in mijn leven. Ik hou ervan om mensen lekker eten en drinken voor te schotelen in een aparte setting. Eind jaren 90 was de molen helemaal klaar en was het dus niet langer een uitdaging, ik moest op zoek naar iets anders. Dat vond ik een kilometer stroomafwaarts langs dezelfde rivier, een leegstaande door waterkracht aangedreven moulinage.”

“In 2001 nam ik loopbaanonderbreking in het onderwijs om samen met mijn goede vriend, wijlen architect Hendrik Vermoortel, het reusachtige pand om te bouwen tot een vakantiehotel met 18 moderne loftappartementen, een restaurant, zwembad, badhuis en een gezellige openluchtbar. In 2003 was La Manufacture geboren. Maar wie zou het uitbaten? Een verbouwing, een feestje organiseren, daar mag je mij voor roepen, maar een 3.400 vierkante meter tellend hotel runnen? Daar had ik helemaal het commercieel talent niet voor.”

“De zoektocht naar een overnemer heeft uiteindelijk 20 jaar geduurd. Het is een verhaal geworden van veel ups en downs. Al die jaren kon ik op niet veel sympathie rekenen van de Ardèchois en al zeker niet op de medewerking van de Franse administratie.”

Nieuw plan

“Bovendien was ik een buitenlandse alleenstaande vrouw, die met Frans personeel moest werken. Als patronne moet je vooral afstand houden en voortdurend alles en iedereen controleren, twee attitudes die helemaal niet in mijn aard liggen. Uiteindelijk heb ik al die jaren het domein zelf gerund. Het was natuurlijk niet allemaal kommer en kwel. Ik heb heerlijke groepen en gasten gehad en met hen heel fijne momenten beleefd.”

“Ik voel nog dezelfde energie als toen ik 50 was”

“Maar al die tijd broedde een nieuw plan. Wat zou ik na La Manufacture doen? Ik naderde toen al de 70 en veel mensen beslissen dan om in de zetel te gaan zitten. Ik niet, ik voel nog steeds dezelfde energie als toen ik vijftig was. En toen zag ik de Columbus met Wim Lybaert op televisie en wist ik het meteen. Dat wou ik ook doen, maar dan op mijn manier.”

“Zo is het verhaal van de Joannebus geboren. Jo-an-ne staat voor Jov, mijn zoon, Anniek en Nel, mijn dochters. Nog lang voor La Manufacture was verkocht, ging ik op zoek naar een bus en behaalde het rijbewijs C.”

Compagnon de route

“Daar waar de Columbus een oldtimer is met een rustieke inrichting ging ik voor een jonger exemplaar dat ik met de modernste technieken wou uitrusten. Mijn compagnon de route werd Fred Dejonckheere uit Roeselare, die het schrijnwerk voor zijn rekening nam en verder alle werken zou coördineren. Ook het omtunen van de schoolbus naar een grote mobilhome werd een verhaal met vallen en opstaan. Weer kruisten foute personen mijn pad, zodat de bus maandenlang troosteloos bij een ombouwer in Lochristi belandde. Toen het begin dit jaar duidelijk werd dat de beloofde homologatie er nooit zou komen, zijn we de bus in februari gaan redden. Zeven maanden later is hij eindelijk klaar…”

“Eindelijk wordt de grote tocht concreet! Deze winter vertrek ik uit Roeselare naar Noord-Frankrijk om de komende maanden en jaren de Europese kusten af te rijden en dat ga ik niet alleen doen. Net zoals Wim Lybaert nodig ik gasten uit die telkens een stukje van het parcours met mij meerijden. Ik pik hen op aan een station en dan fietsen we naar de Joannebus. De route staat vast, het is de gast die het aantal kilometers bepaalt en de brandstof betaalt. Ik zorg voor een verzekering, het logement, koken en rijden. Wat we verder verbruiken aan eten, drank en standplaatsen delen we.”

“De bus en mezelf zie ik over tien jaar wel ergens op een zonnig strand in Griekenland staan”

“In het begin wil ik het concept uittesten met vrienden en kennissen ervan. Het is een manier van reizen die niet bij iedereen past. Je moet wat zelfstandig en avontuurlijk zijn en vooral een tijdje uit je comfortzone willen stappen. Al zijn we tijdens de reis 24 op 24 in elkaars buurt en plannen we samen bezoeken of fietstochten, ik wil ook wat ruimte voor mezelf om onderweg te schrijven, dronevideo’s te maken. Dat verwacht ik ook van mijn ‘convoyeur’. Het is iemand die er ook eens alleen op uittrekt en houdt van een portie me-time.”

Cinderella-toilet

“Een van de hoogtepunten zullen de maaltijden zijn, dat is mijn ding. Boodschappen doen op de lokale marktjes en een exclusieve maaltijd bereiden. Een derde van de bus bestaat immers uit een real kitchen met alles erop en eraan. Verder is alle comfort aanwezig zoals internetverbinding, comfortabele bedden, een badkamer en een cinderella-toilet, wat een attractie op zich is. Dit toilet, populair in Scandinavië, verbruikt geen water. Alles komt in een filterzak terecht die zich vacuüm trekt. Vaste bestanddelen worden verbrand en tot as herleid, het vocht komt in de afvaltank terecht.”

“Waar de reis mij zal brengen, weet ik nog niet. In elk geval komt de Joannebus niet meer terug naar België. Als ik eens hier moet zijn, neem ik de trein of het vliegtuig. Waar de rit zal eindigen weet ik ook niet. Zo ver kijk ik niet vooruit, al zie ik de bus en mezelf over tien jaar wel ergens op een zonnig strand in Griekenland staan… maar dan ben ik al 80, hopelijk nog wel met de mind en de fysiek van een zestiger”, besluit Anniek Deylgat.

Het verhaal van Anniek en de Joannebus kan je volgen op www.joannebus.blog