Stefaan Vandewalle al 15 jaar kampioen bij d’Yzerbyters uit Alveringem: “Ik kom telkens als herboren thuis”
De kast in de living bij Stefaan Vandewalle (52) – landbouwer uit de Gemeneweg en vrijgezel – staat vol trofeeën. Ze zijn een voor een afkomstig van wielertoeristenclub d’Yzerbyters. De Alveringemse vereniging bestaat vijftien jaar en Stefaan is al die tijd al kampioen.
Het waren Bevernaar Frans Dewulf en Stefaan Missiaen uit Leisele die ongeveer vijftien jaar geleden met wielertoeristenclub d’Yzerbyters startten. Stefaan Missiaen kende Stefaan Vandewalle en nodigde hem uit om er bij te komen.
Van jongs af aan
“Diezelfde week nog ben ik een koersfiets gaan kopen”, vertelt Stefaan. “Ik had lang niet meer gefietst, maar ik was eigenlijk wel een liefhebber. Je moet weten dat ik tijdens mijn middelbare studies zes jaar lang elke dag van mijn woonplaats naar het VTI van Poperinge heb gefietst. Negentien kilometer door en 19 kilometer terug. Ik deed dat met een groepje vrienden uit de buurt. Onder hen Geert Derycke, Bart Lamaire en Hans George. Alleen bij heel slecht weer namen we de bus.
Geert en ik woonden het verst en de vrijdagavond was het sprinten om zo snel mogelijk in het café aan de Kruisstraat in Beveren te geraken. Met enkele pintjes sloten we de schoolweek af en zetten we het weekend in. Nog een anekdote misschien: we waren drie kwartier voor op de bus. Hem in de verte zien aankomen, was voor ons het signaal om naar huis te gaan. Of vader en moeder wisten van die uitjes op café? Officieel niet. Maar gaandeweg kregen ze dat door hé”, glimlacht Stefaan. “In ieder geval is het tussen mijn twaalfde en achttiende dat ik de liefhebberij voor het fietsen heb ontwikkeld.”
Hoogdag
Stefaan zegt dat hij het zich nog geen minuut heeft beklaagd dat hij bij d’Yzerbyters is gegaan. Sterker nog, de zondag is een hoogdag voor hem.
“Ik weet nog dat we tijdens mijn eerste keer de Schrevepromenade hebben gefietst. Stefaan Missiaen, Frans Dewulf, Jozef Devos en Jacques Blanckaert waren er ook bij. Feit is dat ik sedertdien quasi niet één zondag heb gemist. Is er een mis voor overleden familie, dan kan ik niet anders dan thuisblijven. Maar zelfs in het geval van een familiefeest sla ik niet over. Ik keer dan gewoon wat vroeger huiswaarts. In 2015 maakte ik een val op een van de boxen in de koestal. Ik had pijn, maar het weerhield me er niet van om enkele dagen later met d’Yzerbyters 120 kilometer te fietsen. Daags nadien ben ik toch naar de dokter geweest. Bleek dat ik drie ribben gebroken had…”
Geestige bende
“Wat er zo plezant aan is? Dat we met een hele geestige bende zijn. Ik kom telkens als herboren thuis. Heb ik tijdens de week miserie gehad, dan is dat na een zondagse rit weg en vergeten. We eindigen meestal met een drankje in café ’t geheim Spoor in Beveren. De grootte van onze groep varieert. We zijn al met vijftien geweest, maar gemiddeld zijn we met zes. Dat is ideaal om onderweg een babbeltje te doen.
En wij beginnen bewust om 10 uur. De landbouwers onder ons moeten eerst ons werk op de hoeve doen. En we denken ook aan de jongeren die de zaterdagavond eventueel willen uitgaan. De wind bepaalt waar we naartoe rijden”, zegt Stefaan. “We vertrekken wind op, zodat ook diegenen die moe zijn op de terugweg comfortabel thuis geraken.”
Bezorgd
We geven nog mee dat d’Yzerbyters de voorbije jaren ook een profwielrenner heeft afgeleverd! Stan Dewulf woont nu in Gent, maar groeide op in Stavele. “De eerste keer dat hij bij ons aansloot, was mei 2011”, weet Stefaan Vandewalle nog. “Hij was toen 14 jaar en eerder klein van gestalte voor zijn leeftijd. Ik weet nog dat wij bezorgd waren over Stan. Zou dat kleine ventje die 95 kilometer heen en terug naar Frans-Vlaanderen wel volhouden?
De windrichting bepaalt telkens waar we naartoe rijden
Tot tijdens het terugkeren dat kleine ventje met gemak op kop reed… Dat Stan talent heeft, is ondertussen wel gebleken. Uiteraard zijn nieuwe mensen welkom. Begin februari is Pieter Maeyaert uit Beveren ons voor het eerst komen vervoegen en vorige zondag reed Thijs Butaye uit Stavele voor het eerst mee. Thijs is ook pas 14, maar fietste met gemak de 71 kilometer. Nog een talent in wording dus. Zelf zou ik het fietsen niet meer kunnen missen. D’Yzerbyters zijn als familie voor mij.” (AB)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier