Onze jeugd vindt de weg naar de fanfare

De familie Degryse is gebeten door muziek: van opa Joris Degryse tot de 8-jarige Tuur en Jutta. Op de foto staan alle muzikanten, lid van de Roeselaarse Jeugdharmonie of Het Gildemuziek. Vooraan staan Febe Degryse (10, saxofoon), Simon Degryse (13, piano, viool en slagwerk), Jakob Degryse (11, cornet, trompet en viool), Tuur Degryse (8, slagwerk), Jutta Degryse (8, trompet) en Floor Degryse (12, trompet). Achteraan Kaatje Chiers (40, hoorn, piano, zang bij Ishtar en dirigente van de jeugdharmonie), Stijn Degryse (38, euphonium), Brecht Degryse (41, klarinet, piano, orgel en accordeon), Joris Degryse (68, piccolo en dwarsfluit), Sara Verschuere (35, dwarsfluit) en Dries Degryse (39, hoorn).
Olaf Verhaeghe

De tijd van de trompettist met de witte haren, de tubaspeler met de dikke buik of de stilaan kalende saxofonist is voorbij. De fanfare en de harmonie zijn weer hip bij jonge muzikanten. Nergens in Vlaanderen is het aandeel tieners en jonge twintigers bij ‘het muziek’ groter dan bij ons: bijna vier op de tien muzikanten is jonger dan 26 jaar. “De hechte vriendschap die je hier vindt, is waarom je blijft.”

Dit is een verhaal dat verscheen in De Krant van Wim, een bijzondere editie van De Krant van West-Vlaanderen met Wim Opbrouck als hoofdredacteur.

Van de hoorn over de saxofoon en cornet tot het slagwerk: de familie Degryse is een fantastisch muziekensemble op zich. “Het was nooit van moeten, ze hebben er allemaal om gevraagd. Maar ik ben wel ongelooflijk trots.” De 68-jarige Roeselarenaar Joris Degryse glimt met zijn piccolo in de hand tussen zijn kroost. Al 60 (!) jaar speelt hij bij de Koninklijke Harmonie Het Gildemuziek uit Roeselare. Zijn zoons Brecht, Dries en Stijn, twee schoondochters Kaatje en Sara en maar liefst zes van de zeven kleinkinderen volgden intussen in zijn voetsporen. “Alleen de oudste koos voor de jeugdbrandweer”, knipoogt Joris. “Even goed, hé. Zolang hij zich maar jeunt.”

Waarom ik de krant open met een actueel verhaal over een fanfare? Een orkest is voor mij de spiegel van onze maatschappij. Het is een democratie met dezelfde soort spanningen en gevoeligheden. Harmonie is er als er samen gespeeld wordt. Dan gebeurt er iets wonderlijks. Iedereen komt samen uit verschillende werelden, trekt zijn uniform aan en alle individuen versmelten zich in het musiceren. Fanfares en harmonieorkesten hebben alle trends overleefd. Als ik ze in de verte hoor aankomen, gaat mijn hart in vijfde versnelling slaan. Boem Paukeslag!

Wim

De jonge Degryses zijn lang niet de enige die de weg naar de lokale fanfare of harmonie weten te vinden. Uit cijfers van koepelorganisatie Vlamo blijkt het aandeel jonge muzikanten in West-Vlaanderen groeiende te zijn. Meer dan 4.600, ofwel dik 37,5 procent, van de leden van muziekverenigingen in onze provincie is 26 jaar of jonger. Nergens in Vlaanderen is die groep groter. Bovendien houdt het harmonieleven in onze provincie ook stevig stand: op tien jaar tijd zijn er amper 11 verenigingen verdwenen en daalde het aantal leden met amper 600. Ter vergelijking: provincies als Antwerpen of Vlaams-Brabant zagen in diezelfde periode meer dan 2.000 muzikanten minder in de zalen of op straat spelen.

Toch zijn er ook uitdagingen. Nieuwe bestuursleden vinden, wordt jaar na jaar moeilijker. En er was natuurlijk de coronacrisis, die het verenigingsleven in al haar facetten diep heeft geraakt. Hoe groot de impact op de fanfares en harmonieën is, zal de komende maanden duidelijk worden. “Wij hebben wel wat mensen zien afhaken, ja”, zegt ook Joris. “Gelukkig kunnen we dat, door de grootte van onze harmonie, wel opvangen. Maar ik kan me voorstellen dat het voor kleinere groepen moeilijker wordt.”

Generaties aan vriendschap

Wat opvalt: generaties binnen dezelfde familie volgen elkaar heel vaak op. De familie Degryse lijkt daar het ultieme voorbeeld van te zijn. “Ik zei het al: ik heb mijn kinderen of kleinkinderen nooit gepusht. Maar die microbe zit blijkbaar toch in ons bloed”, glimlacht Joris. “Natuurlijk ben ik blij te zien dat mijn passie hen weet te raken. Als oma en opa proberen we hen daar uiteraard wel in te steunen. Maar het voornaamste is dat de gastjes zich amuseren in wat ze doen. Trouwens, ze hebben allemaal nog andere hobby’s, en dat is maar goed ook.”

“Weet je wat het volgens mij is? Muziek spelen in de harmonie is vooral verrijkend voor je leven”, zegt Joris. “De liefde voor muziek is waarom je begint. De hechte vriendschap die je er vindt, is waarom je er blijft. Voor mij is de vriendenkring minstens even belangrijk als het muziek spelen zelf. Dat betekent niet dat we repeteren om achteraf in de pinten te vliegen. Dat is een cliché waar ik het heel moeilijk mee heb. Die tijd zijn we al lang voorbij, geloof me.”