Marie-Joseph leidt al 49 jaar ‘Intrede van Jerusalem’ in Boetprocessie: “Slechts vier keer moeten passen”
Naar jaarlijkse traditie trekt op de laatste zondag van juli de Boetprocessie weer door de Veurnse centrumstraten. Sinds 1646 wordt de processie georganiseerd door de Sodaliteit van de Gekruisigde Zaligmaker.
Deze processie is opgenomen op de lijst van waardevol Vlaams Cultureel Erfgoed en ze is een uitdrukking van volksgeloof en traditie. “Het is geen stoet die de toeschouwers in historiserende tonelen fragmenten brengt uit de rijke geschiedenis van de Boetestad”, verduidelijken Gilbert Vanlerberghe en Edwin Coulier van de Sodaliteit. “Het is integendeel een aaneenschakeling van Bijbelse taferelen waarvan telkens het verlossende lijden van Christus het thema vormt.”
“Deze volkse tonelen dateren grotendeels uit het einde van de 17de eeuw, toen ze aan de Boetprocessie werden toegevoegd. De allereerste processies bestonden enkel uit penitenten, meestal beladen met een kruis, en drukten zo de voetsporen van Christus. Gaandeweg achtte de Sodaliteit, het nog altijd bestaande Veurnse broederschap dat de Boetprocessie sedert 1646 organiseert, wenselijk om er scènes uit de passie, en later, uit andere Bijbelfragmenten, aan toe te voegen.”
Wagens verlaagd
De Boetprocessie vergt elk jaar heel wat voorbereiding, die op de schouders van toegewijde vrijwilligers rust. “De voorbije maanden hebben enkele bestuursleden van de Sodaliteit de ashoogte van de wagens met de staties verlaagd”, legt secretaris Edwin Coulier uit. “Deze wagens dragen de bekende beeldengroepen met voornamelijk scènes die het lijden van Christus weergeven. Vroeger werden de wagens meegedragen, nu worden ze meegetrokken.”
“Bij het verlagen van deze wagens kwam heel wat meet-, pas- en laswerk kijken. Dankzij de Renaultgarage in Veurne kregen ze een nieuwe vering. Zo kunnen de boetelingen ze makkelijker en met minder mankracht meetrekken en zullen ze minder snel omvallen als we ze stallen. Voor al die voorbereidende werken zijn we onze handige harry, Willy Dejaegher, erg dankbaar! Nog zo iemand die liever achter de schermen actief blijft, is Marie-Joseph Hoedt, die we dit keer graag zelf haar verhaal laten doen.”
Terwijl ze de laatste hand legt aan het verstellen van de kinderkostuums van ‘haar’ groep, ‘de Intrede in Jerusalem’, doet Marie-Joseph (68) haar verhaal. Met kledij aanpassen is ze elk jaar wel een hele tijd zoet, want er komen mensen bij, er vallen mensen weg…
Stoelen verhuren
“Als kind ging ik vanaf het eerste leerjaar al mee in de processie”, herinnert Marie-Joseph zich. “Dat was gewoon de traditie thuis. Het was ook een traditie dat mensen die langs het parcours woonden, stoelen verhuurden. In het begin maakte ik deel uit van de Gloria-groep, met de kinderen en de engeltjes. Later stapte ik over naar de ‘Intrede in Jerusalem’, de Hosanna-groep, omdat ik graag zong. De persoon die verantwoordelijk was voor Hosanna, was ook verantwoordelijk voor de opening en het muzikale gedeelte met de Thebaanse trompetten en hij was ook nog eens dirigent van het kerkkoor. Toen hij de fakkel wilde doorgeven, vroeg hij mijn vader, die bij de Sodaliteit was, of zijn dochter het niet wilde overnemen.”
“Mijn grootste wens is dat ik snel navolging krijg”
“Mijn oudste zus wilde niet, en dus vroegen ze het aan mij. Ik was toen pas 19 jaar, maar met de hulp van mijn vader heb ik me vanaf 1975 voor die grote groep ingezet. Eigenlijk heb ik nooit beseft dat de Hosanna-groep veruit de grootste is, want ik kon nooit zelf de processie als toeschouwer zien. Slechts 4 keer ben ik niet mee opgestapt: 1 keer toen ik zwanger was, twee keer door corona en de derde keer had ik eindelijk tickets gekocht om op de tribune als toeschouwer te zitten, maar door de regen werd de processie afgelast!”
In 2004 vond er een grote verandering plaats… “De Sodaliteit besliste om nieuwe kledij te kopen bij Slabbinck in Brugge. Omdat heel wat mensen al jaren deelnemen aan de processie waren sommigen wel enkele kilootjes bijgekomen en de organisatie wilde toch dat iedereen kon blijven meegaan. Daarom zouden alle nieuwe kledingstukken op maat worden gemaakt. Hoewel niet iedereen dat leuk vond, moest ik van iedereen de maten opnemen. Wat waren we fier met onze nieuwe outfits, en onze groep was en is trouwens nog altijd een blikvanger. Met alle instrumenten en ons gezang hoort en ziet het publiek ons al van ver. We zorgen voor beweging, we zwaaien naar de toeschouwers…”
“Dit is echt een volksmassa, geen koor zoals in de Brugse processie. Er stappen dikwijls tot 4 generaties van één familie mee in onze groep. De Boetprocessie is dan ook een hoogdag in vele Veurnse families. Omdat de deelnemers uit alle hoeken van het land komen (dikwijls aangetrouwde familie) is er eigenlijk slechts één repetitie en een korte opwarming van de stemmen in het park aan de kerk net voor de processie start. Van het Hosanna-lied, gecomponeerd door Théophile Retsin (1850-1924), de Veurnse koster-organist van de Walburgakerk, zingen we slechts één strofe en telkens het refrein.”
Stille werkers
Een mooi moment is waarop iedereen van de groepen achteraf samen iets drinkt en even napraat. “Maar de dag erna is het de dag van ‘de stille werkers’, die alles opruimen, de kledij inspecteren en de schoenen schoonmaken die niet altijd zo fris ruiken nadat de deelnemers achter de schapen hebben gelopen”, lacht Marie-Joseph. “Het aspect van de kledij wil ik wel blijven doen, maar mijn grootste wens is dat ik snel navolging krijg, iemand die met hart en ziel de traditie verder wil zetten.”
Dit jaar zal Marie-Joseph zoals vanouds haar Hosanna-groep leiden. Hoewel het soms wel spannend is om elk jaar voldoende deelnemers voor elke groep te vinden, zijn sinds kort alle groepen volzet. Wel mogen er zich nog kandidaten melden als sprekende engelen, die de groepen voorafgaan en toelichten, en enkele penitenten die de bordjes met de namen van de groepen dragen.
Op 30 juli brengen de Sodalissen om 9.45 uur het Calvariekruis over van de Sint-Niklaaskerk naar de Sint-Walburgakerk, waar om 10 uur een plechtige eucharistieviering begint. Vanaf 15.30 uur begeleidt de oude klok ’t Bomtje met regelmatige slag de Boetprocessie. Toeschouwers kunnen de processie gratis zien voorbijtrekken op een plaats in het centrum of vanop een gehuurd zitje langs het parcours.
Tribunekaarten worden verkocht bij Visit Veurne, Grote Markt 29, 8630 Veurne, 058 33 55 31 of visit@veurne.be.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier