Triene Vanhaverbeke komt terug naar Roeselare: “Tijd voor een nieuw hoofdstuk”

Triene Vanhaverbeke: "Ik kijk uit naar het moment dat de burgemeester mij op de koffie vraagt." © Stefaan Beel
Redactie KW

Triene Vanhaverbeke is een geboren en getogen Roeselaarse, maar… ze slaapt in de Bosmolens, zoals ze zelf zegt. In het voorjaar komt ze echter opnieuw in Roeselare wonen en kijkt ze al uit naar het moment dat de burgemeester haar op de koffie vraagt.

Stil vertellen is niet aan Triene Vanhaverbeke besteed. Tijdens het interview komen de antwoorden er als mitrailleurvuur uit en gooit Triene er nu en dan een kwinkslag tussen. Het is een déjà vu-gevoel, want vader Staf kon op een even onderhoudende manier zijn gezelschap boeien.

Je kreeg de toneelmicrobe inderdaad met de paplepel binnen?

Triene Vanhaverbeke: “Mijn vader Staf speelde al toneel toen er nog geen vrouwen op de scène mochten staan en de damesrollen door mannen moesten gespeeld worden. Hij heeft ook toneelvereniging Podi opgericht en is 25 jaar regisseur geweest.”

En jij mocht dan ook al snel meedoen in de toneelstukken die hij regisseerde?

“Het allereerste toneelstuk waarin ik zou meespelen, was ‘Antje’. Ik zeg wel ‘zou’ want toen ik als negenjarige moest opkomen om mijn zinnetje te zeggen, stond ik zo geboeid te kijken naar mijn zus Christine die de hoofdrol speelde, dat ik vergat op te komen. Ik ben dan maar op het einde van het stuk met iedereen op scène gekomen om het publiek te groeten.”

“Maar dat is me nooit meer overkomen. Nu moet men me bijna van scène schoppen (lacht).”

Jij hebt na je studies ook een aantal jaar voor Roularta gewerkt?

“Van 1991 tot 1995 ben ik mobiele administratief bediende voor de Streekkrant geweest. Ik moest opleidingen geven aan collega’s en ook vervangingen doen in heel Vlaanderen: Mol, Lier, Turnhout, noem een dorp of stad en ik ben er geweest voor mijn job. En pas op, in die tijd hadden we nog geen GPS in de wagen. Als ik bijvoorbeeld op maandag in Lier moest zijn, reden mijn man en ik op zondag naar Lier en noteerde ik de weg in een schriftje. Een geschreven GPS, ja. En ik heb dat schriftje nog steeds.”

“Maar als ik soms in Roularta aankwam en ze vertelden mij dat ik onverwacht naar Mol moest rijden, dan begon ik te zweten. Dat was iets anders.”

Op een bepaald ogenblik verhuis je van Roeselare naar Izegem…

“Ola, niet naar Izegem, maar naar de Bosmolens in Izegem. Die verhuizing kwam er door de liefde en is met mijn volle verstand gebeurd. Toen ik trouwde met Patrick ben ik met hem op de Bosmolens gaan wonen. Maar ik heb altijd gezegd dat wanneer ik zou sterven, er in de krant moest staan ‘Roeselaarse gestorven op de Bosmolens’ (lacht).”

En nu keer je terug naar Roeselare?

“In mei schrijf ik een nieuw hoofdstuk in mijn leven en verhuis ik naar een appartement in de Ooststraat. De burgemeester zal niet zo ver van mij wonen. Ik kijk er al naar uit om bij hem op de koffie te gaan.”

Patrick en jij zijn veel te kort samen geweest?

“Ik was 30 toen ik huwde met Patrick en toen hij 38 was, kreeg hij zijn eerste hersenbloeding en was hij gedeeltelijk verlamd. Acht jaar later kreeg hij opnieuw een hersenbloeding die hem fataal werd. Hij overleed op 22 juni 2009, onze dochters Paulien en Josefien waren zestien en twaalf jaar.”

“Die verhuizing is met mijn volle verstand gebeurd”

Jullie konden het rouwproces voor een deel beleven in de toneelwereld?

“Ik was net begonnen met de repetities van Maustrofobie toen Patrick onverwacht overleed. Ik wilde onmiddellijk stoppen maar de regisseur stelde me voor om twee rollen bij te schrijven voor Paulien en Josefien indien dit ons zou kunnen helpen. We hebben het geprobeerd en voor het verwerkingsproces was dat zeer goed. We hebben gerepeteerd van juni tot september en dan volgden de opvoeringen. Het werkte helend, herstellend”

Patrick had ook zijn eigen begrafenis geregisseerd?

“Ja, hij had alles tien jaar eerder op een diskette gezet en afgegeven aan een vriend. Het enige probleem was dat er al lang geen zo’n oude computers meer waren om dergelijke diskettes te lezen. Uiteindelijk konden we nog zo’n oude computer op de kop tikken en konden we zijn wilsbeschikking uitvoeren. Eén iets hebben we niet gedaan: Patrick wilde zijn afscheid op een boot houden maar ik kan niet zwemmen, dus dat ging niet door. We hebben dan 900 vrienden en kennissen naar de Wezekapel uitgenodigd. En ik ben nog altijd zeer trots op die mooie, serene afscheidsviering. En ook best trots op mijn dochters en op mezelf. Toen hebben we bewezen dat we echt wel sterke vrouwen zijn.”

Jij en Patrick waren ook al gestart met ‘Moortdinee’?

“Patrick had al twee stukken geschreven en ik verzamelde een groep acteurs rond mij en we waren vertrokken. We zijn gegroeid van drie voorstellingen tot 70 voorstellingen per jaar. Ja, het is een uit de hand gelopen hobby want ik speel in ieder stuk zelf mee. Het zal ooit wel stoppen maar ik zou toch nog eens graag in een avondvullend stuk een mooie rol spelen. Dat zou ik wel leuk vinden.”

Privé

Geboren in Roeselare op 5 november 1961 als jongste dochter van Noëlla en Staf, een oudere zus Christine. Gehuwd met Patrick Degrande die in 2009 is overleden. Zij hebben twee dochters: Paulien (27) en Josefien (23). Katrien woont nu nog in de Bosmolens maar komt in mei opnieuw in Roeselare wonen.

Opleiding

Lager onderwijs in Sint-Lutgart en middelbaar onderwijs in VISO. Beroepshalve is Katrien bediende geweest in diverse firma’s.

Vrije tijd

Toneel, reizen, breien, terrasjes doen, zingen met Raf en Ginette.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier