Tine Moniek, een van dé cultuurpijlers van Menen: “Op een podium krijg ik lef en zelfvertrouwen”
Tine Moniek (45) werd vorig jaar gelauwerd als persoon met een uitzonderlijke culturele bijdrage tijdens de uitreiking van de cultuurprijzen in Menen. Ze doceert al meer dan twee decennia in de Academie, zingt in het groepje Drift en – niet onbelangrijk – voorzag al meer dan 430 keer een column in deze krant. Tine verhuisde voor haar werk naar de Wieltjesstad en verdedigt Menen vaak. “Menen is een stad met een hoek af, misschien pas ik er daarom juist zo goed”, grapt ze.
Tine, je schrijft al bijna acht jaar wekelijks een column voor deze krant die op de pagina’s van Menen komt. Hoe begin je daaraan?
“Ik probeer telkens vernieuwend te zijn, maar da’s na een tijdje niet meer zo makkelijk. Het is ook zo dat je als schrijfster de reactie van je publiek niet ziet. Soms denk ik: wie leest er de column nu? En dan kom ik een week later bij de bakker en word ik er toch weer over aangesproken. Soms is de column agendagebonden.”
WERK
Werkt sinds 2003 voor de Academie van Menen als docent. Vandaag geeft ze les in Menen, Wervik en Moorsele in “bijna alles dat met het woord te maken heeft”. In september start de academie ook met een volwassenenopleiding die ze voorziet.
PRIVÉ
Moniek is afkomstig van Beveren-Leie maar woont al 13 jaar in Menen.
HOBBY’S
Tine Moniek omschrijft zichzelf als een cultuursmaker. Ze zingt in de groep Drift, schrijft columns voor KW en is bezig met een roman.
“Als de tekst bijvoorbeeld verschijnt begin september, dan schrijf ik wel over het begin van het nieuwe schooljaar, maar ik probeer het toch meestal te hebben over iets wat ik de afgelopen week meemaakte dat ik wil of kan delen. Als er niet echt iets is, dan kijk ik ook wel naar de Meense actualiteit, of soms zelfs iets verder.”
Je bent afkomstig van Beveren-Leie, maar werkt al meer dan twintig jaar in Menen en woont er een goeie tien jaar. Ben je voor je job naar Menen verhuisd?
“Ja. In het begin combineerde ik mijn job bij de Academie van Menen met een job in Waregem. Menen sprak me toen nog niet zo aan, ik geef dat eerlijk toe. Maar dan begin je natuurlijk wat mensen, organisaties en verenigingen te kennen die tof zijn en dan zie je er plots veel meer mooie dingen en kansen. Het is natuurlijk ook goedkoper om hier een huis te kopen.”
Je neemt het ook vaak op voor Menen.
“Dat is omdat ik op een of andere manier ambassadeur van Menen ben geworden. Ik was het echt zo beu dat iedereen negatief doet over Menen. Toen ik verhuisde waren er zelfs vrienden en familieleden die zeiden dat ze me hier niet zouden komen bezoeken.”
“Ik vond het straf dat ik die keuze bijna moest gaan verdedigen. Menen is leuk en boeiend. Er is hier veel te doen en ik kreeg hier al veel kansen die ik ergens anders misschien niet had gekregen. Ik probeer echt het positieve te zien. Zo zit ik in elkaar. Er is al negativiteit genoeg.”
Wat is Menen voor jou?
“Menen is een stad met een hoek af. Misschien is het daarom dat ik hier pas. Iedereen wordt hier aanvaard zoals die is, maar enkel als je bent wie je bent. Je moet je niet anders voordoen. Alle lagen van de bevolking komen hier op je pad. En je hoeft er niet eens ver voor te stappen. Er zijn veel uitdagingen. Da’s ook leuk, tenzij je een rustig leventje wil leiden.”
Op welke vlakken ben jij cultureel actief in Menen?
“Ik geef les in de Academie in Menen, Wervik en Moorsele. Ik schrijf de column in deze krant voor Menen en ik ben ook actief in het muziekproject Drift. Dat is een mengeling van verschillende genres en neigt soms naar spoken word. Ik ben de stem van de groep; ik doe het nu een jaar en vind het heel leuk.”
Je werd vorig jaar ook beloond voor je werk. Stad Menen riep jou uit tot persoon met een uitzonderlijke culturele bijdrage bij de cultuurprijzen in Menen. Je noemde die erkenning toen in de krant “te vroeg”.
“Mensen noemden dat achteraf valse bescheidenheid. Ik vond eigenlijk gewoon dat er nog vele andere waren die het meer hadden verdiend dan ik. Ik was wel heel vereerd en het was natuurlijk een mooie erkenning.”
Hoe is die liefde voor cultuur eigenlijk ontstaan?
“In tegenstelling tot mijn klasgenoten was ik altijd blij als we in de lager school naar verplichte toneelvoorstellingen gingen. Ik voelde me gewoon goed bij cultuur. Het is ook een manier om met dingen om te gaan. Ik ben van nature introvert, maar als ik op een podium sta, krijg ik lef en zelfvertrouwen. Ik volgde ook al van jongs af aan dictie. Het is zelfs door één bepaalde juf, Hilde Vanderstraeten, dat ik uiteindelijk zelf leerkracht dictie ben geworden. De meesten in onze groep droomden van een carrière als actrice, maar ik wou vooral zelf net zo goed kunnen lesgeven als zij.”
Wat vind je zelf het leukste aan lesgeven?
“Soms heb ik tien jaar dezelfde leerling. Dan zie ik die van een kind evolueren naar een volwassene. Je ziet ze groeien. Ik vind het fantastisch als ik iemand zichzelf kan overstijgen. Het gaat bij ons niet over een A- of een B-opleiding. Het gaat over persoonlijkheid en durven.”
Je schrijft, zingt en acteert. Als je maar één cultuurvorm mag uitkiezen, welke zou dat dan zijn?
“Ik zeg altijd dat ik liever blind zou zijn dan doof. Ik zou dus meteen kiezen voor muziek. Met muziek kan je zoveel doen. Ik kan m’n ogen sluiten wanneer ik naar muziek luister en me zelf beelden voorstellen. Dat zou ik het meest van al missen.”
Met wie zou je ten slotte graag eens een avond op café zitten?
“Ik zou graag een avondje wijn drinken met Jacques Brel.”
(RB)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier