Spoedpleegkundigen Saghine en Sandy: “De verbondenheid was nog nooit zo groot”

Philippe Verhaest

Bij de start van de lente stonden we massaal te klappen voor de helden van de zorg. Een seizoen later is de piek van het coronavirus afgevlakt en hebben onze helden hun vakantie meer dan verdiend. Wij zochten zes mensen uit de zorgsector terug op: drie maand geleden getuigden zij in onze krant over hun rol tijdens de crisis. Nu blikken ze terug op een lelijke lente en kijken ze vooruit naar een (hopelijk) mooie zomer.

Spoedverpleegkundigen Sandy Van Wonterghem (42) en Saghine Lampaert (26) blikken moe, maar voldaan terug op de coronapiek in het Sint-Andriesziekenhuis van Tielt. Ze hebben respectievelijk twintig en vijf jaar ervaring, maar voor allebei waren de afgelopen maanden ongezien.

“We hebben vooral ánders moeten werken”, zeggen ze. “Met flink wat stress, want alles was nieuw en onbekend. Op het einde van een shift wisten we niet of we nu een drukke of kalme dag achter de rug hadden. Je kon immers onmogelijk voorspellen hoe de volgende werkdag er zou uitzien. We hebben ook elke dag bijgeleerd, want de voorschriften veranderden aanvankelijk elke dag. Het coronavirus gaf telkens iets meer geheimen prijs en daar moesten wij vanop de spoeddienst, de frontlinie, op inspelen.”

Vermoeid

Die frontlinie mag je letterlijk nemen, want elke covid-19-risicopatiënt kwam er voorbij. “Gelukkig had ons ziekenhuis erg snel een triagecentrum, zodat enkel patiënten met sterke aanwijzingen nog bij ons terecht kwamen. We moesten – en moeten nog altijd – letterlijk elke seconde van onze shift gefocust zijn. Geen enkel detail verliezen we uit het oog. Toen het virus het hevigst om zich heen sloeg, hadden we alle mogelijke beschermingsmaterialen aan: een FFP2-masker, een beschermende overall en bril, een face shield… We waren net aliens, maar het was nódig. En per patiënt moesten we onze outfit vernieuwen. Best lastig, want zo konden we elke keer opnieuw blootgesteld worden aan het virus.”

De teugels zijn nu een beetje gevierd, maar we mogen ze niet laten schieten – Saghine Lampaert en Sandy Van Wonterghem

“Na elke shift voelde je de vermoeidheid. Zowel fysiek als mentaal. We konden de deur van de spoeddienst ook niet zomaar achter ons dichttrekken. Corona kroop, net als bij iedereen, in onze kleren. Thuis gingen de gesprekken ook over het virus en de crisis en ook in het dagdagelijkse leven werd je er overal mee geconfronteerd. Nog altijd krijgen we regelmatig de vraag wanneer dit hele verhaal voorbij zal zijn. Als verpleegkundige word je al snel als expert aanzien, maar ook wij hebben geen glazen bol. Al denken we wel dat covid-19 nog lang onder ons zal blijven.”

Coronavrij

De collega’s van Sandy en Saghine bleven gelukkig wel grotendeels van het coronavirus bespaard. “Slechts drie procent van de spoeddienst raakte besmet. Daar zijn we dankbaar om, want we hadden elkaar ook nódig. Zowel op de werkvloer als ernaast, om ons hart even te luchten. We wisten perfect hoe iedereen zich voelde. De samenhorigheid is sowieso sterk op onze dienst, maar nu trok het hele ziekenhuis aan dezelfde kar. Allemaal samen wilden we dat beest verslaan. Met succes, want het Sint-Andriesziekenhuis is momenteel coronavrij. De verbondenheid in het ziekenhuis is nog nooit zo groot geweest. Iedereen, van dokters over verpleegkundigen tot de onderhoudsteams, werkten voor dezelfde zaak. Dat gevoel moeten we weten te behouden.”

Sandy en Saghine hopen dat elke burger de komende maanden zijn verantwoordelijkheid blijft nemen. “De maatregelen zijn er niet zomaar, hé. De teugels zijn nu een beetje gevierd, maar we mogen ze niet helemaal laten schieten. Anders krijgen we straks hier opnieuw een toevloed aan covid-19-besmettingen te verwerken. Het dagelijkse applaus voor ons was hartverwarmend, maar hopelijk krijgen we vanaf nu het hele jaar door voldoende waardering en respect voor wat we doen. De beste manier om dat te doen, is door allemaal voorzichtig te blijven.”