Longarts Ingel: “Fietstochtjes waren de enige ontspanning”

Ingel Demedts is trots op zijn team van medewerkers. (gf)
Wouter Vander Stricht

Ingel Demedts (45), longarts bij AZ Delta Roeselare, schreeuwde op sociale media één dag na de lockdown – en de bijhorende feestjes – uit dat we ons beter goed aan de maatregelen hielden. En dat sorteerde effect.

“Ik heb daar mijn steentje toe bijgedragen, meer niet. Meerdere mensen trokken aan de alarmbel, het was dan ook echt menens. Ik kan begrijpen dat de burgers de ernst van de situatie moeilijk konden inschatten. Niemand wist wat een lockdown was en zonder voorgaande was het ook niet echt tastbaar. Maar in de gezondheidssector zagen wij al wat er op komst was. In december 2019 was het virus al uitgebroken in China, maar zeker toen de beelden uit de Italiaanse ziekenhuizen ons bereikten, wisten we dat het zwaar zou kunnen toeslaan.”

“Wekenlang hadden we dagelijks crisisoverleg”

Die lockdown was ook echt nodig. Door de exponentiële groei zouden we anders op intensieve zorgen in de problemen gekomen zijn qua capaciteit, hoewel we die ook al opgedreven hadden. Wekenlang was er ook iedere dag crisisoverleg en kwamen verschillende scenario’s op tafel. In nood zouden we onze oude campus in de Wilgenstraat moeten ruilen voor onze nieuwe campus in Rumbeke waar we nu net onze intrek hebben genomen. Maar dat zou een ongelofelijke logistieke oefening geweest zijn.”

“Onze mensen stonden er dag en nacht”

Het was ook lang toewerken naar de piek. “Je hoopt die piek snel te bereiken, maar je weet het pas enkele dagen nadat dat achter de rug is. Ik vind dat onze medewerkers dat ook uitstekend gedaan hebben. De verpleegkundigen staan het dichtst bij de patiënten en een deel onder hen was niet gewend om op intensieve zorgen te werken. Bovendien waren de omstandigheden waarin ze moesten werken met beschermkledij allesbehalve makkelijk. In andere sectoren hoorden we al snel oprispingen, terwijl onze mensen voorop zijn blijven gaan in de strijd. Ze waren er dag en nacht voor de patiënt. Organisatorisch hadden we het ook goed voor elkaar. We zijn met de collega’s ook de longkankerpatiënten, die natuurlijk tot de risicogroep behoren, kunnen blijven behandelen. Daarvoor verhuisden we zelfs naar een andere campus. Van mijn collega-longartsen is gelukkig ook niemand ziek geworden.”

“Onderschat een verblijf op de intenstieve zorgen niet”

Vanuit de campussen Menen en Torhout werden de patiënten die intensieve zorgen nodig hadden naar Roeselare overgebracht. Dat ging ook gepaard met heel wat overlijdens. “Er waren verschillende types patiënten. We hebben iedereen de kans gegeven op intensieve zorgen, maar sommige patiënten verkozen zelf om aan de beademing te verzaken. Dat ging om verzwakte, oudere mensen. Dat gebeurt ook buiten coronatijden. Want onderschat een verblijf, dat soms weken duurde, op intensieve zorgen niet. Heel wat mensen die uiteindelijk met succes de afdeling mochten verlaten kampen nog met vermoeidheid. Er zal wat tijd overgaan, maar die moeheid zie ik ook wel verdwijnen.”

“Hopelijk volstaat een lokale lockdown met een beperkt deel van de bevolking wanneer een nieuwe haard ontdekt zou worden”

Over een tweede opstoot doet dr. Demedts zelf geen uitspraken. “Ik luister daar naar de virologen, zij zijn daar de experten. We zullen in elk geval beter voorbereid zijn mocht het zover komen. Alleen al op het vlak van mondmaskers en ander beschermend materiaal zullen we nu wel niet meer verrast worden. Het testen en de tracing zullen ook al in een verder stadium staan. Maar hopelijk volstaat een lokale lockdown met een beperkt deel van de bevolking wanneer een nieuwe haard ontdekt zou worden.”

Medische literatuur

Dokter Ingel Demedts, die al sinds 2009 aan AZ Delta Roeselare is verbonden, huist privé in Ronse. “De streek waar ik woon was ook niet erg getroffen. Familiaal en in de vriendenkring bleven we ook gespaard. Het waren voor ons als dokters hectische tijden. Na een lange werkdag moest je thuis nog de medische literatuur over covid-19 doornemen. Om te ontspannen moest je de tv niet aanzetten, ook daar ging het voortdurend over corona. Wat gaan fietsen deed nog het meest deugd.”