Oranje kokertje gevonden op het strand? “Tot 30 euro voor wie het naar ons opstuurt’
Wie tijdens de zomervakantie – en ook daarna – een felgekleurd oranje kokertje vindt, wordt gevraagd die terug te sturen naar het Vlaams Instituut voor de Zee (VLIZ). “De kokertjes worden ingebracht bij vissen om zo belangrijke date te verzamelen. Als de vis sterft, komt het kokertje los en spoelt het meestal aan”, klinkt het.
Op het strand kom je niet alleen schelpen tegen, maar de kans bestaat dat je er een feloranje kokertje vindt. Dat kokertje bevat heel belangrijke informatie waar wetenschappers mee aan de slag gaan. Het VLIZ vraagt nu om de kokertjes, als je die toevallig op het strand tegen komt, op te sturen. En daar hangt zelfs een beloning aan vast. “In het kokertje zit een zender die data verzamelt”, vertelt onderzoeker bij het VLIZ, Jan Reubens.
Vissen volgen
“Die data wordt verzamelt in kader van het Europese project LifeWatch, dat ondertussen al acht jaar bestaat. Het laat ons toe om het doen en laten bij bepaalde vissoorten te volgen. Zo weten we ondertussen dat de kabeljauw op de een of andere manier aangetrokken wordt door de windmolens op zee.”
“Uit de data die we hebben verzamelt kunnen we opmaken dat de kabeljauw daar vak vertoeft, waarschijnlijk omdat daar veel eten te vinden is. We willen met de verzameling van data weten of en welke impact de windmolens hebben op de vis.”
“Maar we volgen ook de zeebaars en de paling en nog heel wat andere vissen: zo’n twintig in totaal via twee verschillende technieken. We doen dat in nauwe samenwerking met het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek.”
Diepte en temperatuur
“De zenders worden bij bepaalde vissen via een kleine snee in de buikholte ingebracht en registreren zo de hele levensduur van de vis”, legt woordvoerder bij het VLIZ, Bart Desmet, uit. “Bij andere vissen worden die aan de vis gehangen, bijvoorbeeld aan de rugvin.”
“Die registreren hetzelfde als de andere vissen, alleen minder lang omdat die gemakkelijker loskomt. Wat die precies registreren? De diepte waarin de vissen zwemmen, maar ook de temperatuur en de coördinaten waar de vis zich ophoudt.”
“We registreren meestal tussen een jaar en drie jaar, dan heeft de batterij het meestal begeven. Daarna is het wachten tot de vis eventueel sterft zodat het kokertje loskomt en hopelijk aanspoelt. Bij vissen waar we de koker aan de rugvin vastmaken, gebeurt het vaak dat die sneller loskomt.”
Al 1.900 kokertjes
Jan Reubens gaat zelf de vis vangen en de vis ondervindt ook geen last bij het inbrengen of vastmaken van de koker. “De diertjes worden volledig onder verdoving gebracht”, zegt Reubens. “We stemmen zelfs de koker af op de grootte van de vis.”
Op vandaag werden zo al 1.900 kokertjes met zenders in- of aangebracht bij vissen. Die zenders spoelen echter niet allemaal aan. “Dat zou pas straf zijn”, zegt Desmet lachend. “Van paling is dat ongeveer de helft, van andere vissoorten komen we zelfs niet aan de helft. De zenders die dan wel aanspoelen krijgen we uiteraard ook graag terug, zodat we de verzamelde data kunnen analyseren.”
“Daarom willen we beroep doen op de mensen die ze vinden. Stuur ze terug, want er hangt een beloning aan vast. Hoeveel dat precies is? Dat hangt wat af van de soort data die een koker bevat, maar laat ons zeggen dat dat gemiddeld zo’n dertig euro is.”
Vind je zo’n fel gekleurd oranje kokertje, dan kan je dat terugsturen naar het Vlaams Instituut voor de Zee in de Wandelaarkaai 7 te 8400 Oostende. Je mag ook het nummer bellen die op de koker vermeld staat.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier