Vroeger vakschool voor de grensarbeider, nu school voor techneuten: VTI Sint-Lucas in Menen viert eeuwfeest

De school groeide uit tot een instituut voor techniek. © JD
Redactie KW

De vakschool, zo klinkt het nog altijd in de volksmond. Zo zag het VTI Sint-Lucas 100 jaar geleden het levenslicht. Intussen groeide de school uit tot een instituut voor techniek. Een eeuw geschiedenis en die wordt op 15 november gevierd.

Een levensechte dinosaurus, een hoogtechnologisch aquarium waar koikarpers gekweekt worden, een tot slaapplaats gepimpte Lijnbus en een sculptuur van stier. Moest je het pastoor Leopold Demonie honderd jaar geleden verteld hebben dat zijn school onderdak zou bieden aan zulke projecten, hij zou je waarschijnlijk hebben uitgelachen.

Op 15 november 1923 stichtte hij de Vrije Vakteekenschool Sint-Lucas Meenen. In een klein gebouwtje in de Schansstraat volgden amper 16 leerlingen avondschool. “Door de industrialisatie was er in de Noord-Franse fabrieken nood aan geschoold en vakbekwaam personeel. Met de school wou hij daarop een antwoord bieden”, vertelt huidig pedagogisch directeur Ivan Delaere.

700 leerlingen

Dag op dag 100 jaar later wordt het ontstaan van de vakschool gevierd met een academische zitting. Nu 100 jaar later telt het VTI Sint-Lucas zowat 700 leerlingen in twee gebouwen. Tijdens het officiële eeuwfeest duikt de directeur in de rijkgevulde geschiedenis van de wat intussen uitgegroeid is tot een instituut voor iedereen met interesse in techniek.

© gf

Nog altijd wordt die liefde voor techniek gevierd in blok 100 in de Oude Leielaan in Menen. In 1923 werd dat de uitvalsbasis voor het VTI Sint-Lucas. “Het gebouw was een oude rubberfabriek gesticht midden 19de eeuw”, aldus Delaere. “We zijn volop bezig onze schoolsite aan te passen volgens ons masterplan. Bedoeling is ook om binnen enkele jaren dat gebouw te slopen.”

Gestart met 9 leerkrachten

In dat gebouw worden verschillende stielen geleerd. Van houtbewerking tot metaalbewerking, maar ook beeldhouwen en weven. In 1929 kwam daar ook autoleer bij. “Er werd gestart met 9 leerkrachten die lesgaven aan 60 leerlingen en dat 48 lesuren per week. Ook in die eerste decennia kampte men met een lerarentekort – er werd soms les gegeven aan 70 leerlingen tegelijk.”

De weverij.
De weverij. © gf

Na de oorlog verandert er heel wat. Door de soepbedeling die in de gruweljaren werd ingericht, begint men met warme maaltijden geven. Maar het mag een wonder heten dat de school de oorlog haalde. “Onder meer door het socialistische bestuur in Menen vloeide er geen geld meer naar de school. In de winter werden de lesdagen zelfs ingekort omdat ze de kolen om de lokalen op te warmen niet meer konden betalen.”

Internaat gaat van start

In 1950 komt er zelfs een internaat in de voormalige caoutchoucfabriek – dat tot 1982. Daarvoor werden verbouwingen gehouden, waardoor de directeur eindelijk zijn bureau kon verhuizen vanuit de kille kazematten. In de vijftiger jaren boomt de school en worden onder meer de klassen langs de Sluizenkaai en werkplaatsen metaal gebouwd. “Ook die verdwijnen. Bedoeling is om die in 2024 af te breken en te vervangen door moderne, nieuwe ateliers.”

Rijschool Sint-Lucas

De volgende jaren verandert er heel wat in de onderwijsregelgeving en dat heeft gevolgen voor de school. In die woelige tijden wordt ook de rijschool Sint-Lucas opgericht. “Met vier oude auto’s, maar een groot succes. Ze werd al snel de grootste en beste rijschool van de streek – en dat is eigenlijk nog altijd zo.”

De autorijschool startte met vier wagens.
De autorijschool startte met vier wagens. © gf

Het leerlingenaantal bleef groeien en er werd bijgebouwd. Toch kwam het te krap op de site. De eerste graad verhuisde in 1984 naar de vroegere lagere school van het Sint-Aloysiuscollege, twee jaar later naar de Debunnestraat waar nu De Kleine Prins is en 1997 naar de Paulientjes, wat nu nog altijd ‘het klein gebouw’ is. “We ruilden toen van school met De Kleine Prins. Dat was een bijzondere onderneming. We verhuisden in colonne alle meubels en kleinigheden.”

Intussen is er nog heel wat veranderd, met onder meer de oprichting van de scholenkoepels en de focus op techniek en wetenschap. Dat na 100 jaar geschiedenis. De geplande bouwwerken en de technische vooruitgang in de maatschappij zal er echter voor zorgen dat er wellicht nog minstens een eeuw geschiedenis zal worden aangebreid. (JD)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier