Volwassenonderwijs cvo Miras reikt de hand naar bedrijven

Carmen Wullaert, directeur van cvo Miras: “Onze opleidingen zijn hoe langer hoe meer op maat van de cursist.” © Thomas De Boever
Redactie KW

Het volwassenenonderwijs is volwassen geworden: het is allang geen ‘avondschool’ meer, waar enkel liefhebbers hun vakantietaal leerden of computer- en naaivaardigheden aanscherpten. Vandaag staat het voor competentie- en diplomagericht (tweedekans)onderwijs dat aansluit bij de mantra dat we levenslang moeten leren om in onze loopbanen gelijke tred te houden met de evoluerende wereld. “Werkgevers zijn er zich nog niet genoeg van bewust dat wij hen hierin kunnen bijstaan”, zegt Carmen Wullaert, directeur van cvo Miras.

Vandaag zijn zorg & welzijn, NT2 en culinair & horeca de belangrijkste interessegebieden in het grootste West-Vlaamse Centrum voor VolwassenenOnderwijs cvo Miras, waar ook het aantal uitgereikte diploma’s secundair onderwijs nog elk jaar toeneemt. In de hele provincie is cvo Miras (met hoofdzetel in Kortrijk) aanwezig en werkt het samen of fuseert het met meer lokale partners .

“Nog voor we vanuit het ministerie van onderwijs met een nieuw financieringsdecreet richting schaalvergroting stuurden, waren we er al mee bezig”, zegt directeur Carmen Wullaert. “Op organische manier groeiden partners naar elkaar, niet van moeten, maar van willen. We zagen al gauw de meerwaarde van schaalvergroting in: precies om kleine locaties in stand te houden en zoveel mogelijk lokaal aanwezig te zijn, is een overkoepelende samenwerking nodig. Zo zijn wij nog actief in de Westhoek, waar andere opleidingsinstellingen wegtrekken. Wat decentraal georganiseerd kan worden, laten we zo. Op die manier behouden de regio’s, die in hun noden van elkaar verschillen, de nodige autonomie.”

Dat maakt dat cvo Miras over heel de provincie actief is?

“Naast de eigen campussen wordt, om in zoveel mogelijk gemeenten actief te zijn, ook lesgegeven in locaties als bibliotheken, dienstencentra, de VDAB of andere scholen. Tot in de raadzaal van Diksmuide toe. We zijn blij dat de gemeenten het belang inzien van volwassenenonderwijs. Deze bijkomende locaties zijn ook wel nodig omdat de eigen campussen vollopen. Nog elk jaar stijgt het aantal cursisten, momenteel zijn het er zo’n 11.000.”

Vinden jullie, met het tekort aan onderwijzend personeel, voor dat groeiende aantal nog wel genoeg lesgevers?

“Gelukkig wel, al wordt het moeilijker. Onze flexibele organisatie biedt het voordeel dat we veel lesgevers hebben met beperkte opdrachten, die dus de lesopdracht combineren met ander werk of in andere onderwijsvormen, of zelfstandig zijn. Zo zijn veel van onze lesgevers mensen die tegelijk in de praktijk van een vak staan én er cursisten in opleiden. Als zulke lesgevers niet het nodige pedagogische diploma hebben, dan biedt onze goed uitgebouwde dienst onderwijs hen een interne didactische scholing. Al was het maar om aan te leren wat werkt en wat niet. Je kan immers wel vakman zijn, maar niet noodzakelijk onderlegd zijn in het overbrengen daarvan. Momenteel hebben we rond de 550 leerkrachten, hoe langer hoe meer met voltijdse opdrachten. Voor ons engagement is het belangrijk mensen in huis te hebben die hier hun hoofdopdracht van maken.”

“We zijn blij dat de gemeenten het belang inzien van volwassenenonderwijs”

Les geven op een cvo is ook allang geen avondwerk meer?

“72 procent van onze opleidingen vindt overdag plaats. 19 procent is avondonderwijs en zelfs 7 procent volledig online onderwijs. Onze opleidingen zijn hoe langer hoe meer op maat van de cursist. Via onze trajectbegeleiding krijgt hij een individueel aangepaste leerweg aangeboden. Om ongehinderd door bijvoorbeeld gezin of werk de drempel zo laag mogelijk te houden, zijn alle werkvormen mogelijk: contactonderwijs, onderwijs op afstand of op de werkplek, modulair traject, duaal leren…”

“Ook in bedrijven zelf. Nogal wat (grote) werkgevers richten hun eigen academy’s op om hun personeel permanent bij te scholen, maar eigenlijk zouden ze net zo goed bij ons te rade kunnen gaan. Ze zijn er zich niet voldoende van bewust dat wij dat soort cursussen kunnen aanbieden. Bovendien met gesubsidieerd personeel – betaald door het ministerie van onderwijs. Het kan daarenboven soms een meerwaarde zijn voor cursisten of werknemers dat ze via het cvo een erkend studiebewijs of diploma halen, dat hen op langere termijn de garantie biedt duurzaam tewerkgesteld te worden. Onze focus ligt dan ook vooral op de knelpuntberoepen: de zorg, technische opleidingen… Het heeft geen zin cursussen aan te bieden waar in de bedrijfswereld geen vraag naar is.”

Hoe kunnen werkgevers aangemoedigd worden te kijken naar het volwassenenonderwijs?

“Bedrijven denken heel pragmatisch: ze hebben nú nood aan een bepaald soort personeel of een bepaalde opleiding en die nood moet nú ingevuld worden. En dus doen ze het maar zelf, vanuit de neiging hun eigen boontjes te doppen. Maar een goede werkgever moet niet enkel brandjes blussen, maar ook op langere termijn denken. De overheid moet bedrijven stimuleren in te zetten op samenwerking. Vaak hebben ze geen weet van de mogelijkheden die het cvo biedt, terwijl wij erop gericht zijn partners te zoeken voor onze opleidingen.”

“Soms zien bedrijven ons niet als valabele partners, omdat ze denken – mogelijk vanuit eigen onderwijservaringen – dat het volwassenenonderwijs rigide is. Grote multinationals gaan niet zo gauw op zoek naar goedkopere kwalitatieve alternatieven, maar ook zij hebben er toch baat bij hun middelen zo optimaal mogelijk te benutten?”

Is het cvo erop gericht mensen zo snel mogelijk aan een job te helpen?

“Onze doelstelling is vooral mensen aan het werk te houden door hen vaardigheden aan te reiken, zodat ze in staat zijn om te gaan met veranderende situaties in ondernemingen en sectoren. Volwassenenonderwijs is geschikt voor wie een nieuwe kans wil grijpen om een eerste diploma en kwalificatie te bekomen, maar ook voor wie zich wil heroriënteren of weerbaarder worden. Wat je hier doet, is nooit verloren moeite: mensen die in het leerplichtonderwijs nooit eerder iets bereikt hebben, zetten hier stappen vooruit. Velen leren hier competenties die hen sterken voor het vervolg van hun professionele carrière. Dat kadert volledig in de ambitie van de overheid om ons levenslang te doen leren.”

“Elders is het meer verweven in de cultuur om het werken af te wisselen met studeren.”

Doen we dat dan niet genoeg?

“Het lijkt soms typisch voor de Belg om zijn neus op te halen voor ‘leren’, alsof ‘de school’ een straf is. In veel andere landen is leren net een voorrecht. Elders is het meer verweven in de cultuur om het werken af te wisselen met studeren. Hier is dat minder evident. Opnieuw studeren, voelt hier alsof je mislukt bent en iets moet rechtzetten. Maar je blijven professionaliseren kan ook je leven een andere wending geven. Dat geldt ook voor hoogopgeleiden. We hadden hier bijvoorbeeld een criminoloog die zich omschoolde tot kok.”

Komen hier toch niet vooral laaggeschoolden met slechte schoolervaringen terecht?

“Laaggeschoold op papier, maar in feite zijn het vaak sterke mensen, wier talenten niet erkend werden. Wat zoveel jaren later dan blijkt. De impact van het cvo is niet altijd uit te drukken in cijfers en gaat verder dan diploma’s. Ook naar mentale gezondheid van mensen of armoedebestrijding kan een cvo-diploma een lottoticket zijn, een investering voor je verdere leven. Maar het is niet alles zaligmakend: je bent versterkt, maar je moet het verder zelf aanpakken.”

Vergroot de omschakeling van oudere hobbyisten naar jongere cursisten met leerproblemen of een achtergrond in kans- en taalarmoede niet de zorgnood én werkdruk van uw lesgevers, die er dat ook nog eens bij moeten nemen?

“Opleiden houdt ook begeleiden in. Vaak zijn we inderdaad een eerste hulplijn. Hier is hoe langer hoe meer aandacht voor. Echter, terwijl in het leerplichtonderwijs veel studentenbegeleiding is voorzien, bestaat zo’n zorgkader in het cvo niet. Toch hebben we mensen nodig om de cursisten zorg in de ruime zin van het woord te kunnen geven. Maar als we investeren in begeleiding, gaat dat ten koste van de beschikbaarheid van de lesgevers. De overheid moet ons hier dus meer in ondersteunen. Het volwassenenonderwijs zou zelfs in verhouding meer ondersteuning moeten krijgen dan het secundair onderwijs, omdat hier veel problematieken samenkomen.”

Een verschil met het middelbaar onderwijs is wel dat uw cursisten veelal meer gemotiveerd zijn?

“Dat is waar, maar evengoed zijn hier ook werklozen die een verplichte opleiding moeten volgen. Als we hen kunnen enthousiasmeren, geeft dat wel veel voldoening. Weet je, de meest gemotiveerde cursisten zijn de gedetineerden van Brugge, waar we in de gevangenis opleidingen verzorgen. Alle lesgevers zeggen dat ze daar werkelijk op handen gedragen worden.” (Koen Driessens/ foto Thomas De Boever)

Meer verhalen over ondernemen en (levenslang) leren in Bedrijvig West-Vlaanderen, gratis magazine bij De Krant van West-Vlaanderen van komende vrijdag 12 mei 2023.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier