Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) heeft een renteplafond ingesteld van twee procent voor zogenaamde DBFM-dossiers. Dat is een bouwformule waarbij scholen samenwerken met een private partner voor de financiering en de bouw van een nieuwe school. Door de gestegen prijzen was de kost daarvan compleet aan het ontsporen. In Wingene wordt in elk geval opgelucht gereageerd.
In 2022 zette de Vlaamse regering het licht op groen voor de bouw van 27 nieuwe scholen die plaats moeten bieden aan 20.000 leerlingen. Dat scholenbouwprogramma is geschoeid op de DBFM-formule (Design, Build, Finance, Maintain). Het gaat om publiek-private samenwerkingen, waarbij een private partner instaat voor de bouw. Als het gebouw er staat, betalen de schoolbesturen dan dertig jaar lang een beschikbaarheidsvergoeding aan die partner. Nadien worden ze eigenaar van het gebouw. In Wingene, Ieper, Poperinge, Roeselare en Waregem zijn nu al zulke projecten lopende, goed voor een totaal van 117,6 miljoen euro. In heel Vlaanderen gaat het zelfs om 1,5 miljard euro.
Maar door de fel gestegen bouwkosten en de loonindexaties dreigde die formule schoolbesturen erg zuur op te breken. “Door de stijgende bouwprijzen en de hogere rente dreigden dossiers onbetaalbaar te worden voor de schoolbesturen”, aldus Vlaams Parlementslid Brecht Warnez (CD&V). “Ik riep in januari minister Weyts al op om te schakelen zodat de kinderen niet de dupe zouden worden en ben erg tevreden dat de minister nu ook maatregelen nam. Concreet zal de Vlaamse overheid bijspringen zodra de rentevoet meer dan twee procent bedraagt. Dat is een belangrijke bescherming voor schoolbesturen. Die zaten echt wel met de handen in het haar.”
2,7 miljoen euro duurder dan gepland
Coördinerend directeur Lieven Verkest van scholengemeenschap Driespan, waar ook de Centrumschool in Wingene onder valt, bevestigt dat. Die school heeft samen met het Poperingse Bertinus Collectief een DBFM-dossier opgestart in 2017. “In mei 2021 lagen de offertes al 8 procent hoger dan geraamd. Eind 2022 was dat al gestegen naar 60 procent. In absolute cijfers keken we in 2021 aan tegen een vergoeding van 155.000 euro per jaar, dertig jaar lang. In 2022 was dat plots gestegen naar 247.000 euro. Omgerekend zou de bouw dus 2.760.000 euro duurder zijn uitgevallen dan we hadden geraamd. Onbetaalbaar. Per slot van rekening teren we op onze werkingstoelagen. Die werden onlangs weliswaar geïndexeerd met 7 procent, maar daarmee kan je die stijging van 60 procent onmogelijk dekken. Zonder deze maatregel hadden we de bouwplannen simpelweg moeten opdoeken. En we zijn ongetwijfeld lang de enige niet.”
Door het renteplafond kan de bouw nu dus wel doorgaan. Wanneer de eigenlijke werken aan de Centrumschool zullen starten ligt nog niet helemaal vast. “De DBFM-vennootschap is volop bezig met de administratieve procedure en met de vergunningen”, aldus nog Verkest. “We hopen dit najaar de eerste steen te kunnen leggen. Als alles goed gaat zullen de werken dan in het najaar van 2024 af zijn.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier