Zesde jaar Nederlandse les voor buitenlandse onderzoekers aan Kulak gaat van start: “Krijg wel eens de vraag wat het woord stuutje betekent”

Nederlands voor anderstaligen. (foto Kurt De Schuytener) © Kurt De Schuytener Kurt De Schuytener
Rémi Bruggeman
Rémi Bruggeman Medewerker KW

Op zaterdag 7 oktober staat aan KU Leuven Kulak de eerste ‘Dag van het West-Vlaamse onderzoek’ op het programma, een evenement dat de lokale verankering van de universiteit moet onderstrepen. Tegelijk zijn er op Kulak de laatste jaren steeds meer internationale doctoraatsstudenten op te merken. Niet toevallig doceert de Kortrijkse Marlies (32) er ook al vijf jaar Nederlandse les voor anderstalige onderzoekers. “Op het einde van de basiscursus organiseer ik altijd één les West-Vlaams.”

Op zaterdag 7 oktober organiseert het Genootschap, samen met Tijdschrift Biekorf, Leiegouw, Heemkunde West-Vlaanderen en Histories de eerste ‘Dag van het West-Vlaamse onderzoek’.

Het is een evenement dat vooral de West-Vlaamse wortels van KU Leuven Kulak nog eens in de verf wil zetten. Toch is de Kulak verre van enkel West-Vlaams. De laatste vijf jaar ziet de universiteit steeds meer buitenlandse onderzoekers naar Kortrijk afzakken. In 2018 was 10 procent van het personeel niet-Belg. Vandaag gaat het om 15 procent van het personeelsbestand. Dat zijn dan vooral onderzoekers, zowel doctoraatsstudenten als postdocs, afgestudeerde doctorandi die op basis van een tijdelijk contract zelfstandig wetenschappelijk onderzoek verrichten.

Lessen Nederlands

Om deze studenten en onderzoekers op weg te helpen, worden er aan KU Leuven Kulak sinds 2018 lessen Nederlands voor anderstalige studenten georganiseerd. De lessen zijn een initiatief van het Instituut Levende Talen (ILT) en Kulak. Marlies Carette (32) is lesgeefster van de cursus sinds het prille begin en praktijkassistent Nederlands in de opleiding taal- en letterkunde aan de KU Leuven Kortrijk. Ze is afkomstig van Loker en woont ondertussen in Kortrijk.

“Ik studeerde af in 2013 als master in de taal- en letterkunde Nederlands-Frans. In de zomer van 2014 gaf ik voor het eerst les Nederlands aan anderstaligen. Dat was tijdens de jaarlijkse zomercursus voor het academische personeel aan de KU Leuven, in Leuven. Zo rolde ik in het NT2-verhaal van het ILT en ik ben er altijd mee bezig gebleven. In 2018 zijn we dan aan Kulak begonnen met de lessen Nederlands, omdat we merkten dat er ook hier een publiek voor was.”

Conversatielessen

“De cursisten willen zich doorgaans kunnen uitdrukken in het Nederlands om met collega’s te praten in de koffiekamer. Ook zijn ze geïnteresseerd in hoe het Nederlands als taal in elkaar zit. We focussen dan ook op een goede zinsbouw en voldoende woordenschat.”

“Er is een basiscursus voor de starters die ‘Dutch at your fingertips’ heet. Daarnaast zijn er conversatielessen voor cursisten die het Nederlands al wat machtig zijn en graag hun kennis uit de basiscursus willen onderhouden. Elk jaar hebben we er een groep van tien cursisten en voor de conversatielessen werken we in groepjes van vijf. Dankzij de kleine groepen krijgen de cursisten extra oefenkansen om te spreken. Tijdens die spreekoefeningen leren ze elkaar trouwens ook beter kennen, wat de sociale integratie op de campus bevordert.”

“Op het einde van de basiscursus organiseer ik één les West-Vlaams”

Daarnaast blijken de lessen ook de externe sociale integratie te stimuleren. Zo viel het Marlies doorheen de jaren op dat de doctoraatsstudenten af en toe met vragen komen over het West-Vlaamse dialect. “Soms kreeg ik wel eens de vraag wat een ‘stuutje’ is. Ik leg dan natuurlijk uit dat dat dialect is voor ‘boterham’ en ik probeer hun ook wel wat andere West-Vlaamse woordjes mee te geven. Op het einde van de basiscursus organiseer ik bijvoorbeeld één les West-Vlaams. Dan speel ik muziek af van Wannes Capelle en probeer ik de onderzoekers zo wat van het dialect mee te geven. Het is voor mij wel belangrijk dat ze eerst het Standaard Nederlands machtig zijn, vooraleer er in het West-Vlaamse dialect kan worden geïnvesteerd.”

Felipe Kenji Nakano en Marlies Carette (Nederlands voor anderstaligen). (foto Kurt De Schuytener)
Felipe Kenji Nakano en Marlies Carette (Nederlands voor anderstaligen). (foto Kurt De Schuytener) © Kurt De Schuytener Kurt De Schuytener

Sociale integratie

De Braziliaans onderzoeker Felipe Kenji Nakano (29), die in Kortrijk terecht kwam voor zijn stage computerwetenschappen, zat in de allereerste groep internationale medewerkers die de lessen ‘Dutch at your fingertips’ volgde.

“Ik startte in 2018 en doe dit jaar opnieuw mee met de conversatieklassen. Ik herinner me nog dat ik voor mijn allereerste les dacht dat het me niet zou lukken om Nederlands te leren. Ik dacht toen ook dat het voldoende zou zijn dat ik Engels kon om mijn doctoraat af te werken. Je hebt voor mijn werk het Nederlands niet per se nodig, maar voor de sociale integratie is het wel belangrijk. Lesgeven gebeurt in het Engels, maar als je wil lunchen met collega’s, dan kan je maar beter een woordje Nederlands spreken.”

“De eerste interactie in het Nederlands buiten het leslokaal kan raar zijn. Soms kom ik iemand tegen op straat en versta ik echt niet wat tegen me gezegd wordt. Dan vraag ik om over te schakelen naar de standaardtaal. Het is een kwestie van oefenen. Hoe meer ik het spreek, hoe meer ik het zal begrijpen.”

Met de nieuwe lessenreeks “Dutch at your fingertips” start KU Leuven aan het zesde opeenvolgende jaar NT2 voor internationale medewerkers in Kortrijk en Brugge. Het aantal internationale onderzoekers is de laatste jaren dan ook aanzienlijk gestegen in de twee steden. In Kortrijk gaat het om 26 verschillende nationaliteiten, gaande van Nederlanders tot Malagassiërs. De Nederlanders zijn ook de meest vertegenwoordigde groep met 11 onderzoekers. Er zijn ook relatief veel Italianen (10), Chinezen (8), Indiërs (6) en Duitsers (5).

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier