Aandeel meisjes in wetenschappelijke richtingen stijgt
Op 11 februari wordt de Internationale Dag van Meisjes en Vrouwen in de Wetenschap gevierd. Een dag waarop wetenschappers van het vrouwelijke geslacht eens extra in de kijker worden gezet, want door stereotype genderrollen is het voor hen nog steeds lastig om in dit veld evenveel kansen te krijgen als hun mannelijke collega’s. Maar om vrouwen in labo’s te krijgen, moeten er natuurlijk ook veel meisjes afstuderen in wetenschappelijke richtingen. En daar wringt het schoentje meestal.
Groter aandeel
Vorig schooljaar kozen 3.244 West-Vlaamse vrouwelijke leerlingen uit de tweede en derde graad secundair onderwijs voor een richting in de exacte wetenschappen. Jammer genoeg zijn dat er bijna 10 procent minder dan tien jaar eerder. Toch wil dat niet zeggen dat het aandeel meisjes in dit soort richtingen afzwakt, want het aantal jongens daalde maar liefst met een kwart. (lees verder onder de grafiek)
Verhoudingsgewijs betekent dit dat in 2012 ongeveer 40 procent van alle wetenschapsleerlingen meisjes waren, nu is dat al 44 procent. Een kleine stijging, maar toch is het vooruitgang. “Al bij al is dit geen slecht nieuws. Er zijn tegenwoordig natuurlijk veel meer studierichtingen dan 10 jaar geleden, dus het is logisch dat alle leerlingen wat meer verspreid zitten”, verklaart Vlaams parlementslid Loes Vandromme.
Minder technisch
“Maar het valt niet te ontkennen dat het belangrijk is dat het aandeel vrouwen in de wetenschap dringend moet opgekrikt worden. Niet enkel voor het genderevenwicht, maar ook voor de veiligheid van de samenleving. De directeur van vzw A Seat At The Table bevestigde het onlangs nog: medicatie wordt aangepast aan mannelijke lichamen, veiligheid van auto’s wordt getest met mannelijke crashtest-dummy’s… De mannendominantie in de wetenschap heeft een impact op élke vrouw in de maatschappij.”
“Dit genderonevenwicht heeft een impact op élke vrouw in de maatschappij: zo wordt medicatie bijvoorbeeld standaard aangepast aan mannelijke lichamen”
Er zijn drie richtingen die populairder zijn bij meisjes dan bij jongens: Dier- en landbouwtechnische wetenschappen en de combinatierichtingen Latijn-Wetenschappen en Wetenschappen-Moderne Talen. Bij Wetenschappen-Wiskunde is het een nek-aan-nekrace, daar steeg hun aandeel sterk in tien jaar tijd. Wanneer we dan eerder naar de technische wetenschappen kijken, domineren de jongens terug.
Stijging in STEM
Na het secundair moeten jonge studenten opnieuw een keuze maken, die nog vele belangrijker is voor de uitbouw van hun latere carrière. Uit de meest recente cijfers van de Vlaamse overheid blijkt dat vrouwelijke studenten 45 procent uitmaken van alle West-Vlaamse studenten die in 2019-2020 kozen voor een STEM-richting tijdens hun bacheloropleiding aan de universiteit. Dat is 9 procent meer dan tien jaar daarvoor. Bij de professionele bachelors aan de hoge school ligt hun aandeel op 26 procent (+ 2%) en in de masteropleidingen is 34 procent (+ 6%) van alle STEM-studenten een vrouw.
“De overheid heeft al heel wat inspanningen geleverd om STEM meer in de kijker te zetten”
“De overheid is zich al langer bewust van de daling van het aantal leerlingen in wetenschappelijke richtingen enerzijds en de steeds groter wordende vraag naar hooggeschoolde technici en wetenschappers op de arbeidsmarkt anderzijds. Om dat evenwicht weer te herstellen zijn er al heel wat inspanningen geleverd om de STEM-opleidingen meer in de kijker te zetten”, aldus Loes Vandromme.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier