“Het is niet ‘maar’ kleuteronderwijs”

Directeur Valerie Provost. (Foto EDB)
Redactie KW

Valerie Provost is directeur in de gemeentelijke basisschool in Kooigem en in de gemeentelijke autonome kleuterschool aan het Halenplein in Kortrijk. Graag zou ze in het parlement eens duidelijk maken hoe belangrijk kleuteronderwijs is. “Het wordt echt niet naar waarde geschat”, zegt ze.

Dit artikel maakt deel uit van ons ‘Dossier Kleuters Naar School’.

“De groei van een kind tijdens het kleuter is de belangrijkste”, begint Valerie. “Als je een volledige levenslijn bekijkt zie je dat de groei van foetus tot vijfjarige het grootst is. Wat daarna komt is louter verfijning. Het socio-emotionele dat het kleuteronderwijs met zich meebrengt is superbelangrijk. Samen spelen nodigt uit om samen te leren. Hoe goed de intentie van ouders die hun kinderen thuisonderwijs geven ook is, het sociale aspect blijft belangrijk.”

Voor Valerie Provost, directeur in Kooigem en Kortrijk is het duidelijk: kleuteronderwijs is veel belangrijker dan velen denken. “Niet enkel het meten van het eigen kunnen van de kleuters is belangrijk, maar er mag ook een stukje competitie bij komen met het zien wat anderen kunnen.”

Nestwarmte

Volgens Valerie hebben kleuters nood aan structuur en herhaling. “Dat biedt het kleuteronderwijs toch heel sterk binnen taal, motoriek, muzische vorming, wereldoriëntatie en in het aspect van attitudevorming. Op school wordt er ook aandacht besteed aan het ophalen en afhalen van de kindjes, aan op tijd komen, eten en drinken en zindelijkheid. Er is natuurlijk ook nog een taak weggelegd voor de ouders. Zo hebben kinderen ook nood aan voldoende slaap, gevarieerde voeding en nestwarmte. Op school probeert men ervoor te zorgen dat waar kinderen niet die kansen thuis krijgen, ze die minstens op school krijgen.”

Voor kinderen met problemen is het ook belangrijk dat ze naar de kleuterschool gaan. Hoe eerder men met kleuteronderwijs in contact komt, hoe sneller iets kan gesignaleerd worden. “Er is al geen overaanbod aan revalidatie en als problemen pas laat gemeld worden omwille van niet aanwezig zijn in de kleuterschool vallen kinderen eigenlijk twee keer uit de boot.”

Ouders motiveren

In de twee scholen waar Valerie directeur is, ziet ze geen problemen met kinderen die van school wegblijven. “Er wordt veel aandacht aan het belang van kleuteronderwijs besteed tijdens infomomenten. We motiveren ook de ouders om minstens toch naar de oudercontacten te komen. Bij mensen van een andere cultuur die hun kinderen soms niet naar school zouden sturen, gaat het niet over niet willen. Het gaat over cultuurverschillen, want in hun land is er geen kleuteronderwijs of ze zien er het nut niet van in. Veel mensen – en niet enkel van andere culturen – denken nog altijd dat onderwijs maar start vanaf het eerste leerjaar omdat er dan punten bij komen kijken, maar er is daarvoor al zoveel gebeurd in de kleuterschool! Punten zeggen wel iets, maar wat een kind aan evolutie doormaakt is veel belangrijker dan het cijfer dat zwart op wit staat.”

Valerie ondervindt ook dat kleuteronderwijs bij de overheid niet naar waarde geschat wordt. “We zien het aan de financiële middelen. Naar administratie toe zijn de coëfficiënten minder voor de kleuterschool, hoewel er meer werk is, want alles moet nog opgemaakt worden. Als de kinderen naar de lagere school gaan, gaat heel het dossier mee.”

“Sommige beleidsmakers hebben er echt geen benul van wat er in een kleuterklas gebeurt. Ze zouden eens een week aan een stuk, elke dag in een ander jaar van de kleuterklas moeten meevolgen! Het is echt niet ‘maar’ kleuteronderwijs.”

Afwezigheden worden nauwgezet opgevolgd

Ingeborg Vanoverberghe (links) en Sigrid Wastyn. (foto EDB)
Ingeborg Vanoverberghe (links) en Sigrid Wastyn. (foto EDB)

In kleuterschool Sint-Vincentius wordt er sterk ingezet op de aanwezigheid van kleuters op school. Ingeborg Vanoverberghe, die er al tien jaar zorgcoördinator is, kan dit beamen.

Vanaf twee dagen afwezigheid melden kleuterleidsters van Sint-Vincentius dit aan Ingeborg. “Ouders worden snel opgebeld om na te gaan of de afwezigheid verantwoord is. Op elke vergadering worden opvallende afwezigheden ook besproken.” Als men ziet dat het moeilijk loopt, gaat brugfiguur Sigrid Wastyn langs bij de ouders om met hen in gesprek te gaan. Er wordt nagegaan waarom de kinderen niet op school waren en soms wordt er gestuurd in de opvoeding. “Sommige kinderen gaan ook te laat naar bed”, luidt het. Er kunnen ook extra oudercontacten met de directie plaatsvinden.

Prikkelende omgeving

Om de kleuterparticipatie te stimuleren is er ook een samenwerking met de werkgroep kleuterparticipatie van stad Kortrijk met ‘Super Sim’. Het rode zakje van Super Sim bevat tal van attributen die de kinderen moeten stimuleren om naar school te gaan.

De kleuterschool is een prikkelende omgeving om te leren omgaan met elkaar. “Thuis wordt die sociaal-emotionele ontwikkeling niet dermate gestimuleerd als op school”, zegt Ingeborg. “Nog meer dan voor Nederlandstalige is bij anderstalige kinderen de taalontwikkeling op school heel belangrijk. In de kleuterschool is er al een groot aanbod aan taalontwikkeling zoals rijmen en klankjes onderscheiden. Als je die prikkels niet krijgt, mis je wel iets.”

Vooraf

In Bissegem wordt er ook aan pre-teaching gedaan. De zorgcoördinator bereidt het verhaal voor met de kindjes die meer zorg nodig hebben. “Er worden al begrippen vooraf uitgelegd, zodanig dat het kind eens het verhaal in de klas komt, al mee is. Als die kinderen afwezig zijn, missen ze niet enkel de les zelf, maar ook de voorbereiding. Zo raken ze nog meer achteruit. We moeten ook vermijden dat kinderen moeilijker opgenomen worden in de groep door veelvuldige afwezigheden.”

Het ministerie houdt ook al dossiers bij met het aanwezigheidspercentage van de kleuters. Door snel te reageren bij afwezigheden bereikt de Bissegemse kleuterschool 90 procent aanwezigheid. In kleuterparticipatie en de opvolging is er volgens Ingeborg een hele evolutie gemaakt de jongste zes à zeven jaar.

Afwezigheden worden nauwgezet opgevolgd

Ingeborg Vanoverberghe (links) en Sigrid Wastyn. (foto EDB)
Ingeborg Vanoverberghe (links) en Sigrid Wastyn. (foto EDB)

In kleuterschool Sint-Vincentius wordt er sterk ingezet op de aanwezigheid van kleuters op school. Ingeborg Vanoverberghe, die er al tien jaar zorgcoördinator is, kan dit beamen.

Vanaf twee dagen afwezigheid melden kleuterleidsters van Sint-Vincentius dit aan Ingeborg. “Ouders worden snel opgebeld om na te gaan of de afwezigheid verantwoord is. Op elke vergadering worden opvallende afwezigheden ook besproken.” Als men ziet dat het moeilijk loopt, gaat brugfiguur Sigrid Wastyn langs bij de ouders om met hen in gesprek te gaan. Er wordt nagegaan waarom de kinderen niet op school waren en soms wordt er gestuurd in de opvoeding. “Sommige kinderen gaan ook te laat naar bed”, luidt het. Er kunnen ook extra oudercontacten met de directie plaatsvinden.

Prikkelende omgeving

Om de kleuterparticipatie te stimuleren is er ook een samenwerking met de werkgroep kleuterparticipatie van stad Kortrijk met ‘Super Sim’. Het rode zakje van Super Sim bevat tal van attributen die de kinderen moeten stimuleren om naar school te gaan.

De kleuterschool is een prikkelende omgeving om te leren omgaan met elkaar. “Thuis wordt die sociaal-emotionele ontwikkeling niet dermate gestimuleerd als op school”, zegt Ingeborg. “Nog meer dan voor Nederlandstalige is bij anderstalige kinderen de taalontwikkeling op school heel belangrijk. In de kleuterschool is er al een groot aanbod aan taalontwikkeling zoals rijmen en klankjes onderscheiden. Als je die prikkels niet krijgt, mis je wel iets.”

Vooraf

In Bissegem wordt er ook aan pre-teaching gedaan. De zorgcoördinator bereidt het verhaal voor met de kindjes die meer zorg nodig hebben. “Er worden al begrippen vooraf uitgelegd, zodanig dat het kind eens het verhaal in de klas komt, al mee is. Als die kinderen afwezig zijn, missen ze niet enkel de les zelf, maar ook de voorbereiding. Zo raken ze nog meer achteruit. We moeten ook vermijden dat kinderen moeilijker opgenomen worden in de groep door veelvuldige afwezigheden.”

Het ministerie houdt ook al dossiers bij met het aanwezigheidspercentage van de kleuters. Door snel te reageren bij afwezigheden bereikt de Bissegemse kleuterschool 90 procent aanwezigheid. In kleuterparticipatie en de opvolging is er volgens Ingeborg een hele evolutie gemaakt de jongste zes à zeven jaar.

Zwevegem beste leerling in de regio

Met 97,6 procent van de kleuters die voldoende halve dagen naar school gaan, scoort West-Vlaanderen goed tegenover het Vlaams gemiddelde. In onze regio scoren de steden en gemeenten over het algemeen beter. Kortrijk, Menen en Wevelgem zitten onder het West-Vlaams gemiddelde bij de 5-jarigen.

In Kortrijk is 95,5 procent van de 5-jarigen, ofwel 910 van de 953 leerlingen, voldoende halve dagen aanwezig. Menen en Wevelgem scoren allebei met 96,6 procent minder goed dan het provinciale cijfer.

In Zwevegem gaat slechts één van de 269 5-jarigen onvoldoende halve dagen naar school. De gemeente haalt daarmee een bijna perfecte score van 99,6 procent. In Harelbeke is dat 99,1 procent ofwel drie van de 319 leerlingen.

Ook Wervik haalt een hoge score met 98,5 procent aanwezigheid van de 5-jarigen. In Deerlijk en Spiere-Helkijn is dat 98,4 procent en in Avelgem 98,7 procent. Kuurne zit met een aanwezigheidsgraad van 97,7 procent bij de 5-jarigen.

Afwezigheden worden nauwgezet opgevolgd

Ingeborg Vanoverberghe (links) en Sigrid Wastyn. (foto EDB)
Ingeborg Vanoverberghe (links) en Sigrid Wastyn. (foto EDB)

In kleuterschool Sint-Vincentius wordt er sterk ingezet op de aanwezigheid van kleuters op school. Ingeborg Vanoverberghe, die er al tien jaar zorgcoördinator is, kan dit beamen.

Vanaf twee dagen afwezigheid melden kleuterleidsters van Sint-Vincentius dit aan Ingeborg. “Ouders worden snel opgebeld om na te gaan of de afwezigheid verantwoord is. Op elke vergadering worden opvallende afwezigheden ook besproken.” Als men ziet dat het moeilijk loopt, gaat brugfiguur Sigrid Wastyn langs bij de ouders om met hen in gesprek te gaan. Er wordt nagegaan waarom de kinderen niet op school waren en soms wordt er gestuurd in de opvoeding. “Sommige kinderen gaan ook te laat naar bed”, luidt het. Er kunnen ook extra oudercontacten met de directie plaatsvinden.

Prikkelende omgeving

Om de kleuterparticipatie te stimuleren is er ook een samenwerking met de werkgroep kleuterparticipatie van stad Kortrijk met ‘Super Sim’. Het rode zakje van Super Sim bevat tal van attributen die de kinderen moeten stimuleren om naar school te gaan.

De kleuterschool is een prikkelende omgeving om te leren omgaan met elkaar. “Thuis wordt die sociaal-emotionele ontwikkeling niet dermate gestimuleerd als op school”, zegt Ingeborg. “Nog meer dan voor Nederlandstalige is bij anderstalige kinderen de taalontwikkeling op school heel belangrijk. In de kleuterschool is er al een groot aanbod aan taalontwikkeling zoals rijmen en klankjes onderscheiden. Als je die prikkels niet krijgt, mis je wel iets.”

Vooraf

In Bissegem wordt er ook aan pre-teaching gedaan. De zorgcoördinator bereidt het verhaal voor met de kindjes die meer zorg nodig hebben. “Er worden al begrippen vooraf uitgelegd, zodanig dat het kind eens het verhaal in de klas komt, al mee is. Als die kinderen afwezig zijn, missen ze niet enkel de les zelf, maar ook de voorbereiding. Zo raken ze nog meer achteruit. We moeten ook vermijden dat kinderen moeilijker opgenomen worden in de groep door veelvuldige afwezigheden.”

Het ministerie houdt ook al dossiers bij met het aanwezigheidspercentage van de kleuters. Door snel te reageren bij afwezigheden bereikt de Bissegemse kleuterschool 90 procent aanwezigheid. In kleuterparticipatie en de opvolging is er volgens Ingeborg een hele evolutie gemaakt de jongste zes à zeven jaar.