IJskar VDB maakt laatste rit na 47 jaar: “Het is mooi geweest, maar zullen nog elke dag een ijsje blijven eten”

Jean-Pierre Vanneste en Christa Vanieuwenhuyse rijden vandaag voor de laatste keer uit met hun ijsjes. Een tijdperk van 47 jaar komt op z'n einde. © Kurt Desplenter Foto Kurt
Phebe Somers

Het aantal mensen in de omgeving Lichtervelde–Roeselare–Ledegem dat nooit een ijsje kocht van Jean-Pierre Vanneste en Christa Vannieuwenhuyse kun je waarschijnlijk op één hand tellen. 47 jaar lang rijden ze beiden rond met de ijskar VDB, elk hun eigen route, maar vandaag verkopen ze hun laatste ijsjes. Exact 20 jaar na hun eerste interview in KW, spreken wij hen opnieuw, vlak voor hun finale rit.

Van Rollegem-Kappelle langs Rumbeke tot in Roeselare, Ruddervoorde en Moorslede. Ze kennen de buurt op hun duimpje, Jean-Pierre en Christa (beiden 68). Het was Christa die de smaak van het ijsverkopen als eerste te pakken kreeg: “Toen ik 14 was ging ik af en toe mee met mijn tante en nonkel die een crèmekar hadden hier in Rollegem-Kapelle. Zo ben ik er eigenlijk ingerold.”

Een beproefd recept verander je niet

Christa werkte een tijdlang in een confectie-atelier en toen ze Jean-Pierre leerde kennen in het uitgaansleven werkte hij in de houthandel. Toen ze 21 waren kochten ze samen hun eerste camionette en ging Jean-Pierre alleen op pad om ijs te verkopen. Amper een jaar later liepen de zaken zo goed dat ze Christa een punt achter haar job zette en met een tweede ijskar op baan ging. “Elke dag brachten we ijsjes aan de man, van 12.30 tot 22.30 uur, 7,5 maanden op een jaar. Omdat we in de winter niet wilden rentenieren van het geld dat we in die maanden verdienden werkte ik het hele jaar door ook een nachtshift in een grootbakkerij, tot aan mijn pensioen 4 jaar geleden. Sommige nachten sliep ik slechts enkele uren, maar eigenlijk vond ik dat niet zo erg”, vertelt Jean-Pierre.

De tijden zijn veranderd. nu met een ijsronde beginnen, zonder vaste klanten, is gewoon niet meer rendabel

Niet veel mensen doen het hen na, bijna een halve eeuw dezelfde job uitoefenen. En toch hebben ze nooit gedacht aan stoppen, noch veel aanpassingen doorgevoerd doorheen de jaren. Al moet je natuurlijk wel mee met je tijd, benadrukt Christa: “In het begin was dat hard labeur hoor, sleuren met ijsplaten, midden de dag nieuwe bakken roomijs insteken, van elektriciteit in de kar was nog geen sprake. In 1974 boden we 7 soorten schepijs aan, en enkele soorten ijslolly’s. Nu zijn dat er 10 die we geregeld afwisselen, tal van soorten apart verpakte ijsjes en natuurlijk de coupes.

Klassiekers ten top

De best verkocht smaken? Dat blijven de klassiekers, vertelt het koppel. Denk aan vanille, aardbei, chocolade, pistache en banaan. Ook hun (gedeelde) persoonlijke favoriet is weinig avontuurlijk: mokka. “Maar de kinderen op Christa’s route zijn zot van het smurfenijs. Bij mij krijg ik dat echter niet zo goed verkocht, heel raar”, lacht Jean-Pierre. Trends veranderen ook. Vroeger bleek schepijs het populairst te zijn, nu is er vooral veel vraag naar magnums, cornetto’s, waterijsjes en speciale coupes.

De belettering op de achterkant van één van hun ijskarren gaat al meer dan 30 jaar mee. VDB stond voor de naam van de vroegere eigenaren, Vandenbroecke. Nu staat die afkorting volgens de kinderen voor Vanneste De Beste.
De belettering op de achterkant van één van hun ijskarren gaat al meer dan 30 jaar mee. VDB stond voor de naam van de vroegere eigenaren, Vandenbroecke. Nu staat die afkorting volgens de kinderen voor Vanneste De Beste. © Kurt Desplenter Foto Kurt

Vat vol herinneringen

Na zo’n lange carrière blijven er onvermijdelijk enkele anekdotes in het geheugen gegrift. We vragen het duo naar hun meest memorabele momenten. Christa vertelt met zichtbare pretoogjes: “Helemaal in het begin, 47 jaar geleden, was er een oude vrouw die geregeld ijs kocht bij ons. Kinderen noemden haar ‘de heks’. Ze had altijd extreem veel foundation aan, heel lelijk aangebracht, en felrode lippenstift. Elke keer als ze betaalde, duwde ze haar boezem omhoog en haalde ze het geld van tussen haar borsten.”

Die herinnering brengt hen meteen bij nog een boezemgerelateerde anekdote: “Onze dochter was eens mee toen ze klein was, en ze was aan het spelen met een Calippo op de grond, zo tussen de vriezer en de bestelplank. Plots duwt ze te hard op de onderkant, floept dat ijsje eruit, door het ruitje, recht in de decolleté van een klant. Je zou het bijna niet geloven, maar dat is echt gebeurd.”

Toch een gemis

Hoewel ze nog nooit een dag spijt hebben gehad van hun carrièrekeuze, begonnen ze vorig jaar tijdens de lockdown toch te beseffen dat ze toch enkele zaken al lang moeten missen. “We mochten toen een hele tijd niet uitrijden, en voor het eerst in ons leven waren we eens thuis bij goed weer. Normaal zijn wij altijd op baan vanaf de zon uit zit. Eigenlijk hebben we nog nooit echt kunnen genieten van onze kleinkinderen in de zomer.”

Fysiek gaat het al enkele jaren niet zo goed met Jean-Pierre, door een onverklaarbare spierziekte lukt is wandelen moeilijker, en dat gaf de doorslag. In april beslisten ze samen dat dit hun laatste seizoen zou zijn. “Natuurlijk weet je nooit op voorhand wanneer je laatste dag exact zal zijn. Normaal gaan we door tot eind september, maar nu is onze voorraad net bijna op, dus het zou zot zijn om opnieuw bij te bestellen. Na vanavond zit het erop,” verklaart Christa.

Gevestigde waarde

Het nieuws sloef bij vele vaste klanten in als een bom. Er zijn namelijk heel wat mensen in de buurt die als kind een ijsje kochten bij het koppen, en die nu met hun eigen kinderen trouw aan de ijskar staan in de zomer. “Velen vinden het jammer, maar ze begrijpen onze beslissing wel”, klinkt het bij Jean-Pierre. “De tijden zijn veranderd, je kunt niet blijven doorgaan puur voor de nostalgie”, vult Christa aan. “Vroeger waren de mensen veel meer thuis, de kinderen speelden buiten, volwassenen stonden op straat een praatje te maken. Dat zie je nu niet meer, er zijn veel meer opties qua amusement. Ook de komst van de discountsupermarkten heeft onze verkoop niet veel goeds gedaan. Ontelbaar veel soorten aan een veel lagere prijs dan dat wij ze zelfs kunnen inkopen, tja…”

Je kunt niet blijven doordoen puur voor de nostalgie van de klanten, al zijn we hen natuurlijk enorm dankbaar

Genieten van de rust

We vragen hen nog welke aspecten van de job hen het meeste aantrokken. “De vrijheid, volledig jezelf kunnen zijn. De variatie, het sociaal contact met de klanten, zeker degene die blijven ‘plakken’ en je zelfs vragen om langs te komen tijdens verjaardagsfeestjes”, aldus een enthousiaste Christa, haar man sluit zich volledig aan bij het relaas. De regio zal het zonder ijskar moeten stellen vanaf morgen, want er is geen concurrentie meer in de buurt, en niemand neemt het over van het koppel.

Wat na vanavond? “Misschien eentje drinken na de ronde, niets speciaals. En erna? Genieten, wandelen, fietsen, en misschien eens wat vaker naar Spanje, op bezoek bij één van onze dochters”: Jean-Pierre en Christa zien hun pensioen duidelijk zitten. “We hebben veel interesses, ik denk niet dat we ons zullen vervelen. Misschien gaan we het missen, maar dat kun je nooit op voorhand weten!”