Hans Kluge (Europees directeur WHO) is overtuigd: “Wees gerust, ons leven komt terug”
Hans Kluge (52) werd op 1 februari 2020 aangesteld als de nieuwe Europese directeur van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) en was klaar om er stevig in te vliegen. Dat een ongeziene pandemie zijn eerste jaar volledig door elkaar zou schudden, daar had de geboren en getogen Roeselarenaar geen rekening mee gehouden. “Wat we de afgelopen twaalf maanden hebben meegemaakt, was voor ons allemaal nieuw”, blikt hij terug. “Maar hoe zwaar het ook was, de coronacrisis heeft ons ook veel kansen geboden. Hier komen we sterker uit.”
De vrije momenten in zijn agenda zijn erg schaars, maar voor onze stuntkrant maakt Hans Kluge graag een gaatje vrij. “Een journalist die me belt om het over goed nieuws te hebben, daar kan ik geen neen tegen zeggen”, glimlacht hij. “De wereld heeft het afgelopen jaar gekreund, maar we veren stilaan weer recht. Daar moeten we allemaal preus op zijn.”
First things first: hoe gaat het met je?
“Goed! En dat meen ik. Ik ben echt in form . Door de lockdown heb ik de eindejaarsfeesten met mijn gezin in Kopenhagen (thuisbasis van de WHO in Europa, red.) gevierd en daar hebben we echt deugd van gehad. Het was de eerste keer in twee jaar
Hoe zou je de voorbije periode omschrijven?
“Als de drukste uit mijn leven. En ik ben nochtans wat gewend. Ik was van plan om er voor de volle honderd procent tegenaan te gaan, maar ik heb aan twééhonderd procent gewerkt. Het klinkt misschien vreemd, maar Covid-19 heeft ook voor geweldige opportuniteiten gezorgd. Uiteraard leef ik in eerste instantie mee met de eerstelijnswerkers en de slachtoffers die het coronavirus gemaakt heeft, maar vaak heb je een crisissituatie nodig om iets ter dege te veranderen. Never waste a good crisis , luidt het spreekwoord. Dat hebben we dan ook niet gedaan. We spelen erg kort op de bal en staan onze leden zo goed mogelijk bij. Op vandaag zijn er nog altijd zeven van de 53 Europese landen die geen enkele spuit hebben gezet. Aan ons om rijkere landen aan te sporen solidariteit te betuigen aan hun buurlanden. No one is safe, until everyone is safe .”
“Lockdowns, met gesloten scholen en horecazaken, dat zie ik niet snel meer gebeuren. Op voorwaarde dat de vaccins (blijven) werken, uiteraard”
Welke rol speelt de WHO momenteel?
“We zijn de enige multilaterale organisatie met een moreel kompas die niemand achterlaat, met álle nodige knowhow onder de motorkap. Het is onze taak om landen te begeleiden en te inspireren. Nu is meer dan ooit duidelijk dat gezondheid altijd op de eerste plaats moet komen. Er is nood aan een degelijke autoriteit die het geweten van de wereld moet gidsen. Dat doen wij momenteel, net als het benadrukken dat er mondiale solidariteit nodig is. Kijk naar de realisatie van de vaccins. Zonder internationale samenwerking stonden we nooit zo ver.”
Heeft de wetenschap zichzelf overtroffen?
“Kijk, een degelijk vaccin ontwikkelen neemt normaal vijf tot tien jaar in beslag. Nu zijn we amper één jaar na de uitbraak van de pandemie en hebben we tweehonderd kandidaat-vaccins, waarvan er zestig in de proeffase steken. En er wordt al gevaccineerd! Dus ja, de wetenschap heeft het voorbije jaar zichzelf verbaasd. Daar mogen, neen, móeten we trots op zijn. Net daarom wil ik ook wat begrip vragen voor de uitrol van de vaccinatiecampagne. Dat zoveel landen, waaronder ook België, nu al kúnnen vaccineren, is een gigantische overwinning op zich. Een pluim trouwens voor ons land, want wij volgen perfect de richtlijnen van de WHO. Eerst het medisch- en zorgpersoneel, dan de ouderen en zwakkeren, dan de brede bevolking.”
Welke lessen trek je uit deze pandemie?
“Dat ze nog lang niet voorbij is. Om het in bokstermen uit te drukken: het slechtste wat we nu kunnen doen, is onze handen naar beneden doen. Dan krijgen we opnieuw klop. Kijk naar Malta, een van de koplopers op vlak van aantal vaccinaties. Daar woedt de derde golf momenteel in alle hevigheid. We moeten dus alert blijven en de regels volgen tot groepsimmuniteit bereikt is. We moeten ook erkennen dat de wereld niet klaar was om een dergelijke gezondheidscrisis het hoofd te bieden.”
Ligt er ondertussen een pandemiescenario klaar? Een plan waarop we kunnen terugvallen als een dergelijk virus de wereld nog eens in een houdgreep neemt?
“Daar werken we keihard aan. En alle landen moeten beseffen dat een uniforme aanpak broodnodig is. Ik pleit alvast voor een pan-Europese strategie. Dit Strategic Prepareness & Response Pandemic Plan bespreken we tijdens de Wereldgezondheidsvergadering in mei met alle 194 aangesloten landen. Mét ook de Verenigde Staten opnieuw aan boord. President Joe Biden is zich maar al te goed bewust van de meerwaarde van een organisatie als de onze.”
Hoe kijk jij naar het komende jaar?
“Met heel veel hoop. 2021 wordt nog een pandemisch jaar, maar hier raken we uit. Covid-19 zúllen we onder controle krijgen. Ik kan niet zeggen wanneer precies we de pandemie van ons zullen kunnen afschudden, maar in de loop van 2022 dijken we dit hele verhaal in. Vergis je niet: het virus zal niet verdwijnen, maar we zullen het beheersen. Lockdowns, met gesloten scholen en horecazaken, dat zie ik niet snel meer gebeuren. Op voorwaarde dat de vaccins (blijven) werken, uiteraard. We boeken overigens ook vooruitgang op vlak van behandelingen en medicijnen. Ook niet onbelangrijk. Een pandemie duurt trouwens normaliter nooit langer dan twee jaar. Het komt goed, maar we moeten met z’n allen nog een beetje geduld oefenen. Courage hebben en voor mekaar zorgen ”
“Het komt goed, we moeten met z’n allen nog wat geduld oefenen. En voor elkaar zorgen”
Met andere woorden: het normale leven keert terug?
“Daar twijfel ik geen seconde aan. Ik mis ook het fysieke contact met onze medewerkers. De mens is een sociaal dier, we willen elkaar zien en voelen. Hier in ons hoofdkwartier in Denemarken werken normaal zo’n zevenhonderd mensen. Nu zijn we nog met dertig effectief aanwezig. De digitale wereld zorgt ervoor dat we aan de slag kunnen blijven, maar ik mis ook het koffietje in de refter, bijvoorbeeld. Na deze crisis zullen we het beste van beide werelden combineren. Online vergaderingen zullen behouden blijven, maar denk nu niet dat alles digitaal zal verlopen. Dat is een utopie.”
Je woont en werkt in Kopenhagen. Hoe lang is het geleden dat je je ouders nog gezien hebt?
“Een half jaar, denk ik. Toen ik in Brussel was, ben ik even naar Roeselare doorgereden om mama en papa te zien. Met mondmasker op en vanop afstand in de tuin. Je kan niet geloven hoe hard ik verlang om hen een knuffel te geven, om mijn zus een kus te geven en met mijn goeie vrienden van het Klein Seminarie een Rodenbach te drinken in ’t Cafeetje, onze ontmoetingsplaats bij een van onze kameraden thuis. Daar kijk ik enorm naar uit. Maar het komt terug, dat mogen we niet vergeten.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier