Ex-journalist Eric Van Hove typeert de zeven Brugse burgemeesters sinds de fusie: “Je was een tafelspringer of eenklootzak”
Op 1 september 2021 wordt een halve eeuw Groot-Brugge gevierd. Ex-journalist en stadsmedewerker Eric Van Hove schreef over 50 jaar fusie het boek ‘Een droom van een stad’. Hij stond in 1974 mee aan de wieg van de kritische stadskrant De Lastige Bruggeling en maakte sinds de vorming van Groot-Brugge zeven burgemeesters mee. Voor ons evalueert hij hun politieke exploten.
“De eerste burgemeester van Groot-Brugge, Pierre Vandamme , was in het oude Brugge van voor de fusie ongemeen populair: hij was de man van de heropstanding van de haven van Zeebrugge en van de nieuwe bedrijven aan de Pathoekeweg”, vertelt Eric Van Hove.
Brits flegme
“In de aanloop naar de gemeenteraadsverkiezingen van 1970 en de fusie van Groot-Brugge in 1971 werd Pierre Vandamme binnen zijn eigen partij nog naar voren geschoven als ‘een onvervangbare burgemeester’, maar nog geen jaar na de voor de CVP zo succesrijke verkiezingen werd hij door zijn partij al met zachte dwang naar de uitgang geleid en aan de kant geschoven.”
“Dat zou voor de CVP bij de eerstvolgende gelegenheid, in 1976, nog als een boomerang terugkeren. Ik herinner me Pierre Vandamme nog goed: hij gaf me mijn eerste groot interview, in zijn statige herenwoning in de Oude Zak. Een man die duidelijk in zijn eer gekrenkt was, maar daar met Britse flegme én Brugse humor zo weinig mogelijk van liet blijken…’
Einde katholiek bewind
“Pierre Vandammes opvolger, Michel Van Maele , kende ik niet persoonlijk, alleen van de dossiers over grondspeculatie in Sint-Michiels die in de stadskrant De Lastige Bruggeling gepubliceerd werden”, vervolgt de voormalige journalist. “Michel Van Maele symboliseerde de overgang van het oude Brugge naar de (toen nog) jonge rand, hij had ideeën en projecten zat, maar werd niét gevolgd door de kiezer die in 1976 een einde maakte aan honderd jaar katholiek bewind in Brugge: de CVP verloor haar absolute meerderheid, de burgemeester een derde van zijn voorkeurstemmen.”
“De eerste keer dat ik Michel Van Maele dan ook live van dichtbij kon ontmoeten, was in de lift van het Oud Sint-Jan, waar hij de vriendelijkheid zélve bleek: ,,Ik heb je papa nog gekend’, zei hij op zalvende toon, een passe partout die hij blijkbaar wel bij nogal wat mensen bovenhaalde. Hoe dan ook een man die – ondanks zijn in tijd beperkte ambtstermijn
Godfather
“Met Frank Van Acker kwam voor het eerst in 100 jaar een veelkleurige coalitie aan de macht. In katholieke oppositiekringen werd er aanvankelijk gewaagd van ‘een rode staatsgreep’, maar Van Acker slaagde er wél in zijn gezag in Brugge te vestigen, een beetje als een Godfather”, getuigt Eric Van Hove.
“Frank Van Acker had zélf geen rijbewijs en keerde zich tegen de tirannie van de Auto, zorgde voor nieuwe straten en pleinen (en voor de Brugse middenstand), en werd daar door de kiezer twee keer ook voor beloond.”
Ziek
“Wie hem voor een langdurig interview benaderde, leerde algauw dat er voor Frank Van Acker drie categorieën van mensen bestonden: je had ‘een verstandige joengen’, maar ook ‘tafelspringers’ en ‘klootzakken’, en naarmate de whisky’s die hij zichzelf liet inschenken bij de interviews wat veelvuldiger werden, steeg het aantal kl… ook gestaag.”
“Hoe dan ook, Frank Van Acker werd zwaar ziek en overleed in 1992, midden zijn derde ambtstermijn. Gewone Bruggelingen in lange rijen stonden erop hem een laatste groet te brengen in de inkom van het Brugse stadhuis. Indrukwekkend.”
“Omdat zijn gedoodverfde opvolger Pierre Chevalier binnen eigen kringen helemaal niet onbesproken was, kwam de op het eerste gezicht wat grijze boekhouder Fernand Bourdon na het overlijden van Frank Van Acker nogal onverwacht in de burgemeesterszetel terecht. “
“Fernand Bourdon was jarenlang een gewaardeerde voorzitter van het OCMW geweest, maar bleek aan het hoofd van de stad Brugge toch eerder een overgangsfiguur: bij de eerstvolgende verkiezingen in 1994 liet Bourdon zélf nog wel een mooie score noteren, maar liet zijn partij, de SP.A, het afweten. Terug naar af.”
Brugge 2002
“Met Patrick Moenaert kwam er een nieuwe generatie in het Brugse stadhuis”, evalueert Eric Van Hove. “Hij zal in de geschiedenisboekjes vooral herinnerd worden als de man die met het Europese Culturele Jaar 2002 voor de culturele infrastructuur in Brugge een hele inhaalbeweging bewerkstelligde.”
“Met name met het Concertgebouw zette hij Brugge op de kaart en krijgt hij daar nu achteraf veel lof over, maar op het moment van de bouw zélf leverde de man wél vaak een heel eenzaam gevecht, ook binnen zijn eigen partij. Slapeloze nachten én een nier schoot hij er bij in, maar bij de inkom van Brugge prijkt nu toch een markant gebouw waar muziek in zit.”
Rekening
“Na drie legislaturen zette Patrick Moenaert er zélf een punt achter, zeker ook nadat hij door zijn partij heus niét gevraagd was om er nog een paar jaartjes bij te doen: ze waren mekaar wederzijds beu”, vervolgt onze gesprekspartner. “Dat deed de balans uiteindelijk kantelen in het voordeel van Renaat Landuyt die allicht tot zijn eigen verbazing de sjerp omgord kreeg. Landuyt had moeite met de overgang van Brussel naar Brugge, bleek een niet onverstandig man, die met de Triënnale en het Congresgebouw twee belangrijke toekomstprojecten voor Brugge op gang bracht.”
“Maar op menselijk vlak schoot hij schromelijk tekort: hij had de gave om heel wat mensen tegen zich in het harnas te jagen en kreeg daar ook bij de volgende verkiezing de rekening voor gepresenteerd. Sinds de vorming van Groot-Brugge in 1971
Toegankelijk
“Landuyts opvolger, Dirk De fauw , is wél een toegankelijke man, vlot in de omgang, en hij startte alvast beloftevol met zijn nieuwe aanpak voor de museumsite. Maar algauw kwam corona roet in het eten gooien. In een stad waar het toerisme sinds de vorming van Groot-Brugge een hoge vlucht heeft genomen, wordt het straks uitkijken welke financiële gevolgen een en ander zal hebben voor de dagelijkse werking van de stad.”
“Al kan corona natuurlijk ook wel stof bieden om ons ook eens te bezinnen over de monocultuur van het dagjestoerisme in de binnenstad. Wie weet, zit daar ook een kans in, een nieuw verhaal. Een droom van een stad?”, besluit Eric Van Hove.
‘Een droom van een stad’, een uitgave van het Stadsarchief, telt 172 pagina’s, kost 19,95 euro en is te koop in alle Brugse boekhandels.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier