Elien Spillebeen is Ambassadeur voor de Vrede
Elien Spillebeen mag dan al jaren in Gent wonen, de band met Izegem is nog heel sterk. Afgelopen week kreeg ze de titel Ambassadeur voor de Vrede van Pax Christi en daar is ze best trots op, al nuanceert ze de erkenning ook. “Dit is helemaal geen prijs alleen voor mij, maar eentje voor alle mensen die dagelijks achter en naast mij staan!”
Elien Spillebeen (36) is de dochter van Geert Spillebeen en Viviane Azou uit de Tinnepotstraat en de zus van Pieter en Lisa. Elien (36) woont met haar partner Jan Vandekerckhove in Gent. Het koppel heeft een dochter Hasse (4) en een zoontje Ties (bijna 2). Elien woonde haar hele jeugd in Emelgem en komt nog regelmatig eens naar Izegem.
Ze studeerde politieke en sociale wetenschappen. Ze is journaliste bij MO* en ze volgt vooral de ontwikkelingen in Centraal- en Oost-Afrika. Daarnaast is ze de drijvende kracht achter Mama Kivu en richtte ze een paar jaar terug samen met anderen ook nog Esperas op. Ze geniet van tijd met haar gezin en probeert nu en dan eens te padellen.
Je mag jezelf Ambassadeur van de Vrede noemen, een erkenning waar je waarschijnlijk heel blij mee bent?
“Dat klopt, het is een hele eer om die titel te mogen dragen natuurlijk. Dit jaar koos Pax Christi Vlaanderen voor twee vrouwen die zich inzetten voor vrede. Ria Verjauw van de Leuvense vredesbeweging en ik kregen de titel. De klimaatorganisatie Youth for Climate mag zich de Jongerenambassadeur van 2022 noemen. Toen ik het nieuws hoorde, was ik natuurlijk opgetogen, maar toch wrong het ook een beetje. Dit is geen verdienste van mij alleen, er zijn zo veel mensen die mij helpen, steunen en bijstaan en dat is minstens even belangrijk. De projecten die ik mee draag, kunnen rekenen op zo veel vrijwilligers en mensen die zich belangeloos inzetten. Ik hoop dat al die mensen dat ook weten en beseffen. Alles staat of valt met vrijwilligers die hun schouders ergens willen onder zetten.”
Je hebt het over verschillende projecten. Waarvoor kreeg je de titel precies?
“Meer dan tien jaar geleden ging ik voor het eerst naar Oost-Congo om er mijn thesis uit te werken en te maken. Ik zag daar de situatie van de vrouwen. Ik zag vooral wat zij zelf al allemaal deden om zich te tonen en om mee te tellen in de samenleving. Samen met de vrouwen daar richtte ik Mama Kivu op, een organisatie die op vandaag nog altijd bestaat en hier in Izegem bij heel veel mensen een belletje doet rinkelen. In 2014 lanceerden we de documentaire Backup Butembo over de sterke vrouwen daar.”
“Mama Kivu ondersteunt opmerkelijke initiatieven van sterke vrouwen in Noord-Kivu. Vrouwen worden in conflictgebieden heel vaak enkel als slachtoffer naar buiten gebracht, maar heel vaak ondernemen die vrouwen zelf zo ontzettend veel en zijn ze heel ondernemend. Dat is in Oost-Congo zeker het geval.”
Een viertal jaar terug ontstond ook Esperas, een andere organisatie voor en door vrouwen?
“We zagen dat wij met Mama Kivu niet de enige organisatie waren die zich inzette voor vrouwen in de wereld. Moeders voor Vrede is al jaren aan de slag in Afghanistan en Make Mothers Matter zet zich wereldwijd in tegen onderdrukkingen van vrouwen en moeders. Er zijn heel veel parallellen over de hele wereld. Met die drie organisaties besloten we om de handen in elkaar te slaan en zo kwam Esperas, wat het Esperanto is voor hoop, tot leven. We willen het klankbord zijn van vrouwen over de hele wereld en samen werken aan verzoening en vrede.”
Worden vrouwen in de wereld van vandaag dan nog altijd als minder aanschouwd?
“Zeker, ze moeten dikwijls veel meer moeite doen om hun stem te laten horen, ook al zijn ze wel goed voor de helft van de wereldbevolking. Er was een VN-resolutie die stelde dat er veel meer vrouwen aan de onderhandelingstafel moesten zitten om conflicten op te lossen en uit te klaren, maar veel is er door de jaren niet veranderd. Er zijn op vandaag nog altijd slechts 7 procent van de ondertekenaars van vredesakkoorden vrouw, dat is veel te weinig. Als het gaat over duurzame vrede dan hebben we vrouwen nodig, je bereikt dat niet door de helft van een bevolking niet te horen. We zijn er dus nog lang niet, maar zolang mensen zich blijven inzetten en vrouwen zich verenigen, zijn we op de goede weg.”
Je zet je volop in voor Mama Kivu en Esperas, maar dat doe je gelukkig niet alleen?
“Absoluut niet, alleen zou ik dat helemaal niet kunnen. Ik woonde mijn hele jeugd in Emelgem en Rita Vandenberghe was daar geen onbekende. Zij heeft in haar leven enorm veel verwezenlijkt voor Samugam en de mensen in Indië. Je kan wel stellen dat zij mijn grote voorbeeld is. Mocht ik haar niet gekend hebben, dan had ik misschien in Oost-Congo nooit gedacht dat ik ook maar iets kon betekenen. Toen ik met de verhalen en het idee voor Mama Kivu thuiskwam, kon ik meteen rekenen op heel wat enthousiastelingen die wilden helpen.”
“Onze jaarlijkse verkoop van kroketjes is net achter de rug en is eigenlijk het beste voorbeeld. Mijn mama trekt de hele organisatie en zorgt voor vrijwilligers om kroketten te maken. Ik kom dan het hele weekend helpen, maar het is mama die alles geregeld heeft. Nog een voorbeeld is Izegemnaar Bert Begein. Hij verkocht dit jaar maar liefst 2.880 kroketjes. Zonder die mensen is er helemaal geen Mama Kivu. Ik kan dus alleen maar heel dankbaar zijn!” (MV)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier