Dries Delanote uit Ieper was pionier met zijn biobedrijf: “Mijn doel is om de wereld te redden”

Dries Delanote. “Ik krijg hier de kans om mijn ding te doen.” (foto TOGH)
Tom Gheeraert
Tom Gheeraert Medewerker KW

“Wij moeten niet de grote bloemkolen hebben zoals in de supermarkt, als ze maar puur en gezond zijn, en echt smaak hebben”, vat Dries Delanote uit Ieper zijn filosofie samen in één van de honderden groentesoorten die hij in zijn biobedrijf Le Monde des Mille Couleurs teelt. De wildfarmer/botanist was twintig jaar geleden een pionier, maar ondertussen verwierven zijn producten naam en faam in de gastronomie.

De uitreiking van de Michelinsterren deze week had een primeur in petto. Het Brusselse Humus x Hortense werd het eerste plant-based restaurant in België dat een rode Michelinster kreeg. Niet toevallig werkt het restaurant al jaren nauw samen met Dries Delanote (48). “Le Monde des Mille Couleurs kwam pas echt van de grond toen ik in contact kwam met koks dat heel blij waren met de groenten zoals ik ze teelde, zonder ze te forceren, zonder pesticiden… Nu heb ik een vaste kern van zo’n dertig restaurants die hun menu constant aanpassen naargelang ons aanbod.”

Wanneer besefte je dat zo wilde werken?

“Ik groeide op in de landbouw, maar moest heel kleinschalig beginnen. In die tijd maakte ik een aantal reizen naar Zuid-Amerika en Senegal en de kleinschalige landbouw daar inspireerde mij. Je gaat anders kijken naar landbouw. Niet meer een bepaalde productie halen, maar luisteren naar je planten, naar de omgeving…. In feite werkte ik al zoals je ziet in armere gebieden. Je start vanuit het Aards Paradijs.

“Dit jaar bouw ik een organisch huis met lokale leem en Ypriaanse klei”

Je ziet welke planten er groeien in de natuur en dan probeer je in die natuur dingen te telen, zonder dat we de serre verwarmen of extra verlichten. Toch slagen we erin om er een commercieel bedrijf van te maken. We werken ondertussen met vijf fulltime boeren, en nog eens vijf mensen die in het seizoen komen helpen. Het is trouwens heel moeilijk om in Vlaanderen nog mensen te vinden die het echte landbouwwerk met veel goesting willen doen. In de ambacht waarin wij werken, vergt het toch enige energie. Voor sommige mensen is dat de max, voor andere mensen is dat te zwaar.”

Heb je ooit getwijfeld aan de weg die je ingeslagen was?

“Zeker in het begin. Het voordeel is dat je start vanuit een hobby en dan moet het niet onmiddellijk opbrengen. Maar eens ik voelde: ik krijg hier de kans om mijn ding te doen, in symbiose met de koks van die toprestaurants, dan sterkt je dat enorm om ermee door te gaan. We hebben geen contracten, geen vaste afspraken… Het is vooral een wederzijds vertrouwen en geloof in goed voedsel.”

Lever je alleen aan restaurants?

“Sinds covid hebben we op zaterdagmorgen onze lokale markt op de boerderij. Die waren we begonnen om de sluiting van de horeca op te vangen, maar omdat we voelen dat er ook in Ieper veel interesse is in onze producten gaan we ermee door. Zelfs hier in het dorp begint het komen. Het is mooi om te zien dat jonge mensen hier afspreken om samen inkopen te doen. Ze kunnen ook al eens rondlopen om te zien waar hun groenten vandaan komen.”

Ik vermoed dat je niet met de tractor naar Brussel bent getrokken vorige week?

“Het stikstofprobleem is een probleem van de industrie, niet echt ons probleem, alhoewel het iedere belastingbetaler aangaat. Je betaalt als belastingbetaler behoorlijk veel geld voor het voedsel in Vlaanderen. Het is een gevaarlijke kwestie voor mij. Ik heb veel vrienden en collega’s in de industriële landbouw, maar ik heb wel dorpen zien teloorgaan door de schaalvergroting en economisering ervan. Toen ik vroeger naar de mis ging met mijn ouders zat café ‘t Kobbetje vol met boeren. Nu zie je geen enkele meer.”

Hoe Iepers ben je?

“Ik heb gekozen om dicht bij mijn heimat te starten, terwijl rond Gent en Brussel veel meer mogelijkheden waren naar afzet toe, ook bij particulieren. Een bedrijfje zoals het onze zou platgelopen worden bij de grotere steden. Maar toch… Ik ben hier opgegroeid en ik hou van de streek. Ik hou er ook van dat we langs deze kant van Ieper toch ook een beetje tot de grensstreek behoren. Er is hier nog een charme, een oude ziel en die blijf ik graag ontmoeten. Ik ben hier ook met 1.001 projecten bezig.”

Welke projecten?

“We zijn op de grens van Ieper en Poperinge al jaren bezig een voedselbos te ontwikkelen met zowel bomen als waterelementen. Op 1,5 ha gaan we bewijzen dat we daar enorm veel voedsel kunnen kweken. Ik zal ook een organisch huis bouwen dit jaar. We bekijken dat heel primair: hoe bouwden de Kelten hun huizen? Welke grondstoffen heb je rond de boerderij? Er zal een gebouw afgebroken worden en alle stenen zullen we circulair hergebruiken, met lokale leem en Ypriaanse klei.”

Heb je nog vrije tijd?

“Ik voel dat mijn vrije tijd door die projecten opgeslorpt wordt, maar ik hou ook van reizen. Ik heb het tien jaar niet gedaan, maar ik ben heel blij dat ik in de winter terug in Senegal ben geraakt, waar we vijftien jaar geleden een biologische voedseltuin opgestart hadden. Als je de tuin nu ziet… Het werkt gewoon en die mensen zijn blij en voelen zich sterk dat ze zelf weer in hun voedsel kunnen voorzien. Je ziet dat overal zulke projecten ontstaan. En als we die kunnen voeden, dan kunnen we de wereld redden. Dus misschien kan ik zeggen dat mijn uiteindelijk doel is… de wereld redden.”

Privé

Dries werd geboren op 24 juli 1974 in Ieper. Hij heeft twee kinderen: Coràzon en Adrian.

Loopbaan

Na zijn studies tuinbouw in Geel ging Dries aan de slag in het landbouwbedrijf van zijn ouders en gaf hij een achttal jaar les in land- en tuinbouw en dierenverzorging. Rond 2005 startte hij met Le Monde des Mille Couleurs.

Vrije tijd

Dries houdt zich vooral bezig met projecten zoals het voedselbos op de grens tussen Ieper en Poperinge en zijn organisch huis. Hij houdt ook van reizen.