Dorpslegende wordt, ook nu twee zaken weer langdurig leegstaan, ontkracht: “Je hoeft geen dorpsgenoot te zijn om te scoren in Wakkense horeca”
Moet je echt Wakkenaar zijn om succesvol te zijn in de plaatselijke horeca? Nu met The Golden Pearl en het Bourgondisch Kruis alweer twee horecazaken maandenlang over te nemen staan op en rond de Wapenplaats, leeft die volksmythe weer op. “Vroeger klopte die bewering wel ergens, nu bewijzen genoeg voorbeelden het tegendeel”, aldus Nico Follens.
Pas vorige zomer kregen het Bourgondisch Kruis en The Golden Pearl – in het verleden bekend als BalCou en vooral als café De Haan – andere uitbaters, maar van die nieuwkomers in de Wakkense horeca is inmiddels alweer lang geen sprake meer. Eerstgenoemde afspanning staat te koop, de tweede te huur.
“Als je geen Wakkenaar bent, heeft je horecazaak daar geen schijn van een kans”, zegt Moorselenaar Dieter Bulckaen, die nauwelijks enkele weken na de opening van The Golden Pearl alweer sloot wegens geen klanten. “Het is eigen aan die streek, want vorige week kreeg ik hier een Oostrozebekenaar over de vloer en die vertelde me dat het in zijn gemeente niet anders is.”
Wakkenaar boert wel goed
‘Hier’, dat is in het huidige café van Bulckaen in Poperinge, want hij liet voor alle duidelijkheid zijn horecadromen niet varen na het mislukte avontuur in Wakken. En die kroeg draait zo te horen wel, want de cafébaas heeft nauwelijks de tijd om ons te woord te staan.
Nico Follens, die in de lente van 2021 ‘t Gazettewinkelke ombouwde tot de karaktervolle kroeg A la cour de Ste Cécile, zegt dat de volkslegende in Wakken nog voor 300 procent leeft. Zelf is hij een echte Wakkenaar, dus heeft hij gemakkelijk praten. “En toch geeft de Wakkenaar iedereen een kans, maar je moet ze ook grijpen. Een vriendelijke cafébaas die goede producten serveert, is niet op voorhand verloren, ook al komt hij of zij van buiten onze dorpsgrenzen.”
Café dat aan brouwer is gebonden, is hier niet leefbaar
Follens haalt een ander teer punt aan, dat niets met afkomst te maken heeft. “Een café dat aan een brouwer gebonden is, is hier niet leefbaar. Ik zou nooit aan zo’n verhaal beginnen. Een hoge pacht en opgelegde prijzen zitten uitbaters die zich wel riskeren als een molensteen rond de nek.”
Burgemeester Koenraad Degroote, ook een Wakkenaar, geeft Follens daar gelijk in. “Zulke cafés hebben het in heel Vlaanderen moeilijk.” Maar in de volkslegende gaat hij niet mee. “Dat is een kwestie uit de oude doos, van de tijd dat je nog een lief in eigen dorp hoorde te zoeken. Het koppel dat 30 jaar lang het Bourgondisch Kruis openhield en de uitbaters van De Mandelvijver bewijzen dat ook niet-Wakkenaren hier succesvol kunnen zijn in de horeca.”
Uitbreiding op komst
Intussen is de een zijn dood de ander zijn brood. A la cour de Ste Cécile gaat al uitbreiden. De achterliggende paardenstallen worden omgetoverd tot een zomer- en winterbar die evenzeer dienst zal kunnen doen als vergaderzaal of voor privéfeestjes van 25 tot 30 personen.
“Door een muur te verwijderen gaan we het deel van het gebouw waar de poort zich bevindt integreren in het café, want het is hier al te klein”, aldus Nico Follens, die commercieel ‘open minded’ zegt te zijn. “Geloof me: ik heb niets tegen vier in plaats van twee cafés op onze Markt. Goede horecazaken versterken elkaar alleen maar.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier