Het uurwerk op de toren van de Sint-Wandregesiluskerk in Beerst wordt vernieuwd. De firma firma Clock-O-Matic met hoofdzetel in Holsbeek (Leuven) voert de werken uit in opdracht van de aannemer Devos uit Ninove.
“Het torenuurwerk is samengesteld uit vier componenten. Deze vier onderdelen worden momenteel vernieuwd. Het zijn vier massieve wijzerplaten met een diameter van 1,5 m met romeinse cijfers, analoog met de oude wijzerplaten, geworden. De oude wijzerplaten waren in kunststof gemaakt en zijn door tijd en weer vervormd terwijl er nu werd gekozen voor massieve platen met wijzers en cijfers uit inox en belegd met dubbel torengoud van 23.75 karaat“, vertelt Bart Laleman, voorzitter van de kerkfabriek van Beerst.
“Voor een absolute tijdsprecisie werd het moederuurwerk voorzien van een tijdscode ontvanger met radiotijd- synchronisatiemodule die voor de correcte tijd op de wijzerplaten zorgt. Het centraal motordrijfwerk ontvangt impulsen van het elektronisch moederuurwerk en zet deze om in een mechanische beweging naar de vier wijzerplaten. Jaarlijks worden er 525.600 elektrische impulsen omgezet in een mechanische beweging. De vier wijzerverdeelwerken verdelen de mechanische beweging over de uur- en de minuutwijzers en werken met sleepcontacten.”
Nu zal men ook bij nacht het juiste uur van de kerktoren kunnen aflezen. “Het principe van de verlichting berust op het aanbrengen van laagspanningslampjes boven elk cijfer en een rij op elke wijzer”, vertelt Dimitri Deprez van de firma Clock-o-Matic. “Elke wijzerplaat met bijhorende wijzers heeft 28 lampjes. De elektrische spanning voor de verlichting van de wijzers wordt overgebracht door middel van sleepcontacten ingewerkt in het wijzerverdeelwerk. Het aan- en uitschakelen van de verlichting gebeurt automatisch door een foto-elektrische schakelaar.”
“Elke wijzerplaat met bijhorende wijzers heeft 28 lampjes. De elektrische spanning voor de verlichting van de wijzers wordt overgebracht door middel van sleepcontacten ingewerkt in het wijzerverdeelwerk. Het aan- en uitschakelen van de verlichting gebeurt automatisch door een foto-elektrische schakelaar.”
Wie goed kijkt zal ook merken dat het cijfer vier niet in correcte romeinse cijfers is weergegeven en daar is een reden voor. “Eigenlijk zijn daar meerdere redenen voor”, legt Bart Laleman uit. “De naam van de Romeinse oppergod was Jupiter wat in het romeins geschreven IVUPITER was en IV, het romeinse cijfer vier zijn die eerste letters van zijn naam en die beelde men nooit af op een wijzerplaat maar er is nog een andere reden. Voor het gieten van de cijfers is voor een wijzerplaat met IIII nodig : 20 keer I, 4 keer V en 4 keer X, dit liet zich gemakkelijker gieten dan voor een wijzerplaat met IV wat 17 keer I, 5 keer V en 4 keer X geeft. Nog een andere reden is dat als llll wordt weergegeven omdat IV omgekeerd op de wijzerplaat staat en op die manier verkeerd gelezen zou kunnen worden en tot slot is er ook nog het esthetische. Voor de symmetrie van de aanblik van de wijzerplaat: de langere getallen XII, III en VIII zorgen voor een driehoek die mooi oogt.”
In Beerst weet men tegenwoordig, zowel overdag of ’s nachts de correcte tijd.
(ACK)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
