Nieuw West-Vlaams provinciebestuur wil werk maken van Westwaterplan

De vier nieuwe deputés: Kelly Detavernier, Bart Naeyaert, Jean de Béthune en Jurgen Vanlerberghe. © Davy Coghe
Stefan Vankerkhoven

“Onze eerste taak de komende maanden is het gedetailleerd bestuursakkoord uit te schrijven, dat we in maart 2025 ter goedkeuring aan de West-Vlaamse Provincieraad zullen voorleggen”, zegt kersvers gedeputeerde Kelly Detavernier. De Provincie beschikt over een budget van 250 miljoen euro. Prioriteiten worden onder meer een Westwaterplan, het stoppen van de braindrain, extra bedrijventerreinen en de creatie van betaalbare huisvesting via alternatieve woonvormen.

De enige nieuwkomer binnen het provinciebestuur is een vrouw: N-VA’ster Kelly Detavernier (45) was negen jaar schepen in Kortrijk en krijgt mobiliteit, onderwijs, erfgoed, ruimtelijke ordening en personeel als beleidsdomeinen.

Open ruimte

“Inzake mobiliteit wil het provinciebestuur de zelfde weg blijven bewandelen als de voorgaande jaren”, zegt Kelly Detavernier. “Dat is investeren in veilige fietsinfrastructuur. West-Vlaanderen moet zich concentreren op haar kerntaken. Dat is onder meer een goede ruimtelijke ordening. Er is nood aan extra ruimte om te ondernemen, maar er moet gewaakt worden over een delicaat evenwicht met natuur en landbouw.”

Eerste gedeputeerde en CD&V’er Bart Naeyaert (57), die in 2006 een schepenmandaat in Torhout inruilde voor het provinciebestuur, behoudt dezelfde bevoegdheden: bestuurlijke organisatie, plattelandsbeleid, landbouw & visserij, integraal waterbeleid, omgevingsvergunningen en erediensten.

Woordvoerder

Hij wordt tevens woordvoerder van de deputatie: “Ik zal erover waken dat alle belangrijke dossiers tot hun recht komen. Wat mijn eigen domein betreft, zal ik werk maken van een Westwaterplan. We moeten er niet alleen voor zorgen dat alle West-Vlamingen droge voeten kunnen houden, maar ook zorgen dat er geen watertekort is bij droogte én dat de waterkwaliteit gegarandeerd is.”

“Dat kun je alleen met een gebiedsgerichte werking: de Leiestreek verschilt enorm van de polders, je moet maatregelen op maat nemen, in overleg met de stakeholders.”

“Daarnaast moeten we proberen om de polarisatie tussen landbouw en milieu weg te nemen door een geïntegreerde plattelandsontwikkeling. Er is een evenwicht nodig voor de diverse belangen in de open ruimte.”

268 dorpen

“Vlaanderen heeft twee derden van de open ruimte in West-Vlaanderen herbevestigd, we moeten de discussie uitklaren voor de resterende derde. Onze ambities voor meer natuurgebieden moeten helder gesteld worden. We moeten nadenken over de Kemmelberg en de uitbreiding van Bulskampveld in Beernem via een gerichte aankooppolitiek.”

“Wist je dat West-Vlaanderen 268 dorpen telt? Een kleine helft van de West-Vlamingen woont niet in steden. Er zijn al voor achttien dorpen masterplannen opgemaakt, met participatie van de inwoners. Dat willen we verder zetten.”

Jean de Béthune (65), die twaalf jaar adjunct-kabinetschef was bij diverse CD&V-ministers en twaalf jaar schepen was in Kortrijk, blijft als gedeputeerde bevoegd voor economie, woonbeleid, de ondersteuning van het hoger onderwijs, externe relaties, financiering, beleidsondersteunende dataverzameling en streekontwikkeling.

Daklozen

Hij zetelt al sinds1987 in de provincieraad, waar volgens hem veel meer gezocht wordt naar politieke consensus dan bij de andere overheden in ons land. Voor Jean de Béthune is betaalbare huisvesting een van de grote uitdagingen in onze provincie:

“Er zijn in West-Vlaanderen 5.000 daklozen, dat zijn geen mensen met een migratieachtergrond, maar jonge West-Vlamingen die zich geen huurwoning kunnen veroorloven. We moeten samen met de gemeentebesturen ruimte creëren waar jonge mensen zich aan aanvaardbare voorwaarden kunnen vestigen. Kansen geven aan nieuwe woonvomen.”

“Er staan al vier projecten in de steigers, waaronder het Wezenhof in Poperinge en het bijgebouw van een Menense boerderij die omgevormd werd tot flats. Er zijn ook plannen in Diksmuide, Oostkamp en Knokke-Heist.”

“Tenslotte rest ons de uitdaging om onze 300 bedrijventerreinen duurzamer te maken en ervoor te zorgen dat onze bedrijven aansluiting krijgen bij de kenniseconomie”, aldus Jean de Béthune, die er prat op gaat dat de provinciale financiën gezond zijn: “We kunnen de komende jaren fors investeren.”

Wandeltoerisme

Ook gedeputeerde Jurgen Vanlerberghe (55) uit Poperinge, die twaalf jaar voor Vooruit schepen was en ook bijna drie jaar kon proeven van een Vlaams mandaat, blijft bevoegd voor dezelfde domeinen: milieu, natuur en landschap, informatietechnologie en landinrichting. Hij verliest mobiliteit, maar krijgt er toerisme bij.

“Ik zie vier uitdagingen: de uitbreiding van de provinciale domeinen, met onder meer de restauratie en herbestemming van het bunkercomplex in Raversijde. Ten tweede de realisatie van natuurverbindingen tussen onze provinciale domeinen, via kleine landschapselementen. De biodiversiteit moet hersteld worden in onze buitengebieden. Het landschap is vaak de grootste troef voor ons toerisme.”

Ten derde moeten we onze lokale besturen, ondernemingen en burgers meenemen in de energietransitie. Ten vierde wil ik graag het wandeltoerisme versterken, West-Vlaanderen wordt teveel louter met fietstoerisme geassocieerd. Bovendien is het hoog tijd om onze streekmusea futureproof te maken, met een stevig investeringsprogramma”, aldus Jurgen Vanlerberghe.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier