Frank Casteleyn, de flamboyante burgemeester van Jabbeke: “Ik ben geen racist, wél een realist”

Frank Casteleyn op zijn hoeve in Snellegem: “Echte politiekers kunnen dat: antwoorden zonder iets te zeggen. Ik niet.” © Christophe De Muynck
Paul Cobbaert
Paul Cobbaert journalist

“Sammy Mahdi? Hem heb ik niet meer gehoord. Zelfs geen berichtje.” Frank Casteleyn klinkt ontgoocheld in zijn voorzitter. De CD&V-burgemeester van Jabbeke voelt zich ook vernederd, omdat ‘Brussel’ hem niet betrekt bij de plannen voor een asielcentrum in zijn gemeente. Dat hij geen asielzoekers zou willen, wordt door hem weerlegd. Het lijkt een schoolvoorbeeld van de kloof tussen de Wetstraat en de Dorpstraat. En de saga is nog niet voorbij … Casteleyn wil ook procederen tegen Ventilus.

Frank Casteleyn

• Geboren op 16 mei 1955 in Brugge

• Getrouwd met Mieke, vader van drie kinderen

• Was 43 jaar lang medezaakvoerder van doe-het-zelf-zaak Van Houcke in Snellegem

• Schepen van Jabbeke van 2013 tot 2022

• Burgemeester van Jabbeke sinds 1 februari 2022

Verboden toegang – militair domein. Dat staat te lezen op het verkeersbord aan de toegangsweg naar de hoeve van Frank Casteleyn in het landelijke Snellegem. Ik vrees even dat ik een foute afslag aan het nemen ben. Toch niet. Het blijkt een grap te zijn van de flamboyante burgemeester. “Dat was een overbodig bord dat anders weggegooid zou worden.” Casteleyn is een joviale man die het goed meent, zegt al wie hem kent. Een man die recht uit het hart praat, ook in dit interview. Geen afgelikte debatfiches. Op 1 februari van dit jaar legde hij de eed af als burgemeester van Jabbeke. Een verrassing voor de buitenwereld, maar ook voor hemzelf.

“Dat Daniël Vanhessche zou stoppen, was bekend. Ik dacht dat Hendrik Bogaert zou overnemen. Maar hij zag het niet combineerbaar met de nationale politiek en zijn headhuntersbureau. En dus werd er gekeken naar de man met het derde meeste stemmen, ikzelf dus. Ik zag het wel zitten, want ik was al tien jaar schepen. Ik kan gelukkig ook altijd rekenen op de raad van Daniël en Hendrik. En als ik het echt niet meer weet, dan bel ik naar mijn grote baas: de gouverneur (Carl Decaluwé, red.). Een schitterende man.”

Dat Jabbeke een excentrieke burgemeester krijgt, zo werd er geschreven. Zou deze omschrijving kloppen?

(lacht) “Je kan dat moeilijk over jezelf zeggen, hé. Ze schrijven dat waarschijnlijk omdat ik alpaca’s en papegaaien kweek. Of omdat ik altijd opvallende schoenen draag. Ik heb voor jullie fotograaf de black and white aangetrokken van Fred Astaire. Ken je ze niet? Van singin’ in the rain. Als ik iemand ontmoet, dan kijk ik eerst naar de schoenen, daarna pas naar het gezicht. Zó ver gaat het. (lacht) Ook bij u, hoor. En dan leg ik een verband met uw karakter.”

U maakt me benieuwd. Voor de lezers: ik heb witte sneakers aan.

“Jij bent een sportief iemand, volgens mij. Een frisse mens met frisse ideeën. Ik zie dat ook aan je vest. Maar had je hier puntschoenen aangetrokken, dan zou ik een heel ander gedacht hebben.”

Genoeg over het vestimentaire. Bevalt het burgemeesterschap u?

“O jawel. (enthousiast) Een nieuwe wereld gaat open. Het burgemeestersoverleg bijvoorbeeld: je zit daar aan tafel met echt grote kraks zoals Dirk De fauw van Brugge en wie nog allemaal. Dat zijn mannen met veel universitaire diploma’s. Weet je wat ik daar doe? Vooral luisteren en leren. Ik spreek alleen als het nodig is.”

U komt niet uit een politiek nest?

“Neen. Ik was 43 jaar lang zaakvoerder van een doe-het-zelf-zaak hier in het dorp, samen met mijn broer. Ik ben daarmee gestopt toen ik schepen was. Het was niet meer combineerbaar. Mijn broer doet nog altijd voort. Het was trouwens mijn vader die destijds de zaak heeft opgericht, samen met een collega, Van Houcke.”

Waarom wou u aan politiek doen?

“Omdat ik mensen wou helpen. Dat is al heel mijn leven mijn drijfveer. Ook in de zaak. Wie het minder goed had, die gaven we uitstel van betaling. En wie echt niet kon betalen, kreeg een speciaal prijzeke. Dat is waarom we nooit rijk zijn geworden.” (lacht)

U kreeg als burgemeester meteen enkele heikele dossiers op uw bord.

“Zeg dat wel.” (lacht)

Laten we beginnen met het asielcentrum dat de federale regering in Jabbeke wil neerplanten. Wat is de stand van zaken?

“Wel, Nicole de Moor (CD&V, staatssecretaris voor Asiel en Migratie, red.) wil een tijdelijk asielcentrum op de site van de civiele bescherming. Volgens het ministerie van Volksgezondheid zouden daar echter sporen van PFAS kunnen zijn, een giftige stof. Ik heb dus gezegd dat ik eerst een bodemonderzoek van OVAM wil. Dat kan toch snel geklaard zijn? Pas als ik de bewijzen heb dat het daar veilig is, mogen daar mensen komen. Zo niet, ga ik ervoor zorgen dat daar niemand binnen kan.”

En als blijkt dat het veilig is?

“Dat kan ik niemand tegenhouden. Dan komt daar een asielcentrum.”

Ook los van de gezondheid was u tegen. Zou Jabbeke dat niet aankunnen, pakweg 150 asielzoekers? Het zou vooral gaan om families met kinderen.

“Toch wel, we zouden dat aankunnen. Het zou inderdaad vooral gaan om sukkelaars die vandaag op straat slapen. Wij willen wél ons deel doen, maar we doen dat nu al en bovendien komt er hier binnenkort ook een gesloten terugkeercentrum. Te veel is te veel. (op dreef) Ik was één dag burgemeester toen ik in Brussel verwacht werd op het kabinet van Sammy Mahdi, toen nog staatssecretaris. Ik had twee schepenen mee en mijn secretaris. We kregen daar te horen dat er een gesloten terugkeercentrum zou komen in Jabbeke voor asielzoekers die uitgeprocedeerd zijn.”

Ging u daarmee akkoord?

“Eerst zat ik met een ei natuurlijk. Maar goed: we hebben daarover gesproken en we zijn akkoord gegaan. Daarmee zou Jabbeke zijn deel gedaan hebben, zei Sammy. Ik heb hem wel gevraagd om iets terug te doen voor de gemeente. Wij azen al jaren op de leegstaande site van de civiele bescherming. Deze is namelijk eigendom van de Regie der Gebouwen, dus van de federale overheid. We zouden deze site graag kopen om extra ruimte te creëren voor bedrijven of cultuur of noem maar op. Dat moet nog nader bekeken worden. Sammy zou de verkoop een politiek duwtje in de rug geven.”

© Christophe De Muynck

Maar het is net op die site dat er straks een opvangcentrum zou komen.

“Voilà. (zucht) En hoe krijg ik dat te horen? Op een natte donderdagmorgen komt onze IT’er mijn bureau binnen. Er komen nog asielzoekers naar Jabbeke, zegt hij. Ik geloofde daar niets van. Maar wat bleek? Ze waren erover bezig in het parlement. Een halfuur later krijg ik telefoon van de kabinetschef van Nicole de Moor. Ik had nog niet opgehangen of Focus stond al aan mijn deur. Het kwam er inderdaad op neer dat deze site gebruikt zou worden voor een nieuw opvangcentrum. Ik was helemaal van mijn melk. (feller) Wég belofte van Sammy Mahdi.”

Hebt u met Nicole de Moor gesproken?

“Ja. Ze heeft mij nadien eens gebeld en later is ze ook langsgekomen. Let op: ik ga daar geen verkeerd woord over zeggen, hé. Een sympathieke madam, heel intellectueel. De Zevende Dag had mij gevraagd om met haar in debat te gaan. Ik heb dat niet willen doen. Ik ben daar niet taalvaardig genoeg voor. Echte politiekers kunnen dat: antwoorden zonder iets te zeggen. Ik niet. (lacht) Ik begrijp ook dat het opvangprobleem acuut is. Maar waarom opnieuw in Jabbeke? Dat is mijn punt.”

Wat zou u doen in haar plaats?

“Waarom geen verdeelsleutel over álle gemeenten? (feller) Ik ken veel gemeenten die nul asielzoekers opvangen. Wij vangen al mensen op, wij zijn al akkoord gegaan met een terugkeercentrum, waarom dan ook nog een opvangcentrum? Dat klopt niet, hé. Ik ben geen racist, wel een realist. Elke gemeente moet haar deel doen.”

Mag ik zeggen dat u zich ook vernederd voelt als burgemeester omdat de regering dit boven uw hoofd beslist heeft?

“Dat is zeker zo. (lang stil) Dat klopt voor honderd procent. Ik wist van niets. Ik was altijd bang voor de dag dat dat zou gebeuren. Brussel beslist iets, maar ik moet het uitleggen aan mijn inwoners, terwijl ik van niets weet. Het is naar mij dat de mensen bellen, maar ik kan hen geen antwoorden geven. Ik heb dat ook gezegd aan Nicole. Waarom werd ik niet verwittigd? Uiteraard kreeg ik daar geen antwoord op.”

Bent u boos op Sammy Mahdi?

(haalt schouders op) “Hij is intussen partijvoorzitter, hé. Ik heb hem niet meer gehoord. Geen telefoontje, geen mailtje, zelfs geen berichtje. En ik denk ook niet dat hij nog zal bellen. Waarom zou hij? Hij weet goed genoeg dat hij zijn belofte niet nagekomen is. (droog) Sammy heeft de Frank bij zijn kloten, schoon gezegd. Maar goed, ben ik daarom boos? Neen, ik ben niet snel boos.”

Op Facebook kreeg u wel complimenten van Vlaams Belang-voorzitter Tom Van Grieken. Is het respect wederzijds?

“Ik ken die man niet, maar ik zou hem wel eens willen ontmoeten. Ik heb voor alle meningen respect, of die nu van Vlaams Belang komen of van Groen. Je kan van iedereen iets bijleren.”

Er is geen overstap op komst?

“Maar neen, ik zit goed waar ik zit.”

Ook Ventilus, de kabel die de windenergie van op zee aan land moet brengen, is een heikel dossier in Jabbeke. De Vlaamse regering heeft de knoop doorgehakt: het wordt een bovengrondse verbinding. Ook uw partij legt zich daarbij neer.

(pikt in) “Maar ik niet. En ook de andere burgemeesters niet. Voorlopig wachten we af hoe het exacte tracé eruit zal zien. In het voetbal zouden we zeggen: het is time. Maar de tweede helft moet nog gespeeld worden. Als het effectief bovengronds over Jabbeke komt en over onze woningen, dan ga ik procederen. En ik zal niet de enige burgemeester zijn, wees maar zeker.”

Waarom kan u zich niet neerleggen bij het advies van de experten die allemaal pleiten voor een bovengrondse verbinding?

“Is dat zo? Waarom kan het dan wel in Frankrijk ondergronds? En in Duitsland? Ik volg in deze de visie van Bart Dochy (CD&V), de burgemeester van Ledegem. Hij kent het dossier van binnen en van buiten. Het gaat niet alleen over de stralingen, het gaat ook over de schoonheid van het open landschap.”

Een derde heikel dossier: Vlaams minister Bart Somers (Open VLD) wil volgende legislatuur een verplichte fusieronde. Dat zou ook voor Jabbeke gevolgen hebben. Wat denkt u daarvan?

“Ik ben geen voorstander van een fusie. We hebben het goed in Jabbeke, we zijn een gezonde gemeente met weinig schulden en weinig miserie. Waarom zouden wij dan verplicht worden om te fusioneren? Ik zou het geen goed idee vinden.”

Uw partijgenoot Dirk De fauw zou Jabbeke graag als district van Brugge zien. Is dat een idee?

“Dat lijkt mooi op papier, maar niet in de praktijk. Voor wat zouden wij nog bevoegd zijn? Voor een rijbewijzeke, een tuinhuis en een paspoort. Maar als er een straat heraangelegd moet worden of een verkaveling, dan zou Brugge aan zet zijn. Neen, als het écht moet, dan zou ik liever fusioneren met een gemeente zoals Zedelgem. Wij 15.000 inwoners, zij 25.000: dat maakt samen 40.000 inwoners. We zijn ook gelijkaardige gemeenten. Maar goed: dat is sowieso pas voor na de volgende verkiezingen.”

Wat is uw ambitie voor 2024? Wil u voor het eerst de lijst trekken?

“Dat is de bedoeling. Dat was ook de afspraak, toen ik de sjerp overnam van Daniël. Als ik gezond blijf en de kiezers willen het, dan zou ik graag nog een legislatuur burgemeester blijven.”

Is een absolute meerderheid, zoals nu, nog realistisch onder de vlag van CD&V?

“Dat is een heel goede vraag. Ik heb daar geen antwoord op. Bovendien verliezen we sterkhouders zoals Daniël en Hendrik die niet meer opkomen. We hebben hierover al gesproken op het partijbureau. Onder welke naam zullen we opkomen? Dat mag van mij zeker iets fris zijn. Met alle respect, maar CD&V is vandaag niet de populairste naam.”