Exclusieve enquête bij alle West-Vlaamse burgemeesters: zo pakt jouw bestuur de crisis aan

In Brugge worden stadsdiensten aan het werk gezet in het stadhuis. © Davy Coghe
Hannes Hosten

Hoe worden onze gemeenten bestuurd in tijden van corona? En op welke manier pakken onze lokale politici de crisis aan? Onze krant ondervroeg alle 64 West-Vlaamse burgemeesters en het mag duidelijk zijn: het ene gemeentebestuur is het andere niet. Er zijn er die uitpakken met allerhande steunmaatregelen, anderen willen absoluut niet meedoen aan ‘halsoverkop geld uitdelen’ en waarschuwen voor een opbod.

De Krant van West-Vlaanderen vroeg aan de 64 West-Vlaamse gemeenten hoe ze omgaan met de crisis. Bijna alle gemeenten houden hun gemeenteraad digitaal, zetten fors in op communicatie en laten hun personeel thuiswerken. De kleine helft van de schepencolleges vergadert altijd of gedeeltelijk via videocall en 18gemeenten zetten hun personeel in min of meerdere mate op tijdelijke werkloosheid. Maar de maatregelen om de crisis (financieel) draaglijker te maken voor de bevolking en de handelaars, die verschillen overal.

(lees verder onder de kaart)

Er zijn er die het betalend parkeren opschorten of in een blauwe zone niet controleren of je je schijf legt. Zesentwintig gemeentebesturen innen tijdelijk bepaalde belastingen niet of sturen geen facturen meer uit. Taksen op terrassen, toerisme, bezetting van het openbaar domein… worden tijdelijk geschrapt. Als enige kustgemeente schenkt Knokke-Heist zijn tweedeverblijvers een waardebon van 200 euro, een cadeautje dat elders een storm van kritiek deed opwaaien. Verder duiken Pannebons, Wervikbons, Waregembons en Zonnebons (Zonnebeke, red.) op, waarbij de vlag niet altijd dezelfde lading dekt. Oostende werkte een reeks financiële steunmaatregelen uit voor lokale ondernemers.

Opbod

Andere gemeenten doen hier uitdrukkelijk nièt aan mee. “Natuurlijk kan de gemeente zich populair maken met financiële compensaties, maar op heden hebben wij hier geen marge voor, dus gaan we dit voorlopig niet doen“, zegt burgemeester Stephan Mourisse van Vleteren. “Trouwens, alle diensten werken, het huisvuil wordt nog opgehaald, geen enkele dienst is momenteel afgeschaft. Als het allemaal nog maanden zou duren, dan gaan we wel financiële compensaties moeten regelen.”

Ruiselede wil “absoluut geen gemeentelijk opbod” en Koekelare “doet niet mee aan het halsoverkop geld uitdelen”. “Dat moet later trouwens allemaal terugbetaald worden”, toont burgemeester Patrick Lansens (SP.A) zich vooruitziend. Ook bij zijn collega en partijgenoot Alain Top van Harelbeke klinkt het streng: “We gaan niet mee in het opbod van maatregelen om mensen te paaien en straks zelf het gelag te moeten betalen.” Ook andere burgemeesters gaan liever niet overhaast te werk en wachten af.

Voor inwoners en handelszaken maakt het dus een verschil uit in welke gemeente je woont of gevestigd bent. Is dat eigenlijk wel eerlijk? We vroegen het aan Herwig Reynaert, Torhoutenaar en professor Lokale Politiek aan de Universiteit Gent. “Dat is de discussie tussen de verschillende bestuursniveaus”, legt hij uit. “De gemeentebesturen beroepen zich op de lokale autonomie en mogen zelf beslissen om maatregelen wel of niet te nemen.”

“Veel gemeenten moeten oppassen dat ze de aangekondigde maatregelen effectief kunnen realiseren”

Veel heeft ook te maken met financiële marges. Waregem maakt twee miljoen euro vrij voor coronamaatregelen, maar niet elke gemeente kan dat. Als alle lokale besturen hetzelfde moeten doen, dan verliezen ze hun lokale autonomie. En dat zullen ze niet aanvaarden. Sommige gemeentebesturen beslissen nu om tijdelijk geen parkeergelden te innen, maar je kan je ook afvragen waarom je er anders wèl moet betalen om te parkeren, en in andere gemeenten niet. Ook dat is niet overal hetzelfde.”

“Sommige gemeenten hebben een eigen woonzorgcentrum, andere niet. In de ene gemeente heeft de bevolking het ook minder breed dan de andere“, stipt professor Reynaert nog een pijnpunt aan. “Het was Bart De Wever die stelde dat de kosten voor zijn OCMW hoog zullen oplopen door deze crisis. Maar in bijvoorbeeld Sint-Martens-Latem moet je niet meteen een toeloop naar het OCMW verwachten. Vlaanderen telt 300 verschillende gemeenten met 300 verschillende situaties.”

Vervelend

“Natuurlijk leidt het af en toe tot vervelende situaties. Een tweedeverblijver in Knokke-Heist krijgt een waardebon, in de andere kustgemeenten gebeurt dat niet. Je handelszaak zal maar enkele meters van de grens liggen van een buurgemeente die handelaars wel financiële steun toekent. Sommige gemeenten zouden beter eerst overleggen voor ze iets lanceren. Dat gebeurt niet altijd. Maar ook dat is niet eigen aan corona. In het centrum van Torhout moet je betalend parkeren, in de wijken niet. Je vindt de verschillen dus zelfs al binnen de gemeenten.”

Gemeentebesturen moeten wel oppassen dat ze de aangekondigde maatregelen effectief kunnen realiseren. Anders zal de bevolking hen daar op termijn op afrekenen. Al die zaken worden met goede bedoelingen gelanceerd, maar ik hoop dat ze juridisch en budgettair goed zijn afgetoetst“, zegt Herwig Reynaert. “De crisis zal in heel wat gemeenten leiden tot budgettaire verschuivingen. Als gemeenten een project opschuiven, moeten ze de factuur ook pas later betalen. Het is een oefening die ze op een ordentelijke manier moeten maken. Maar de diversiteit aan maatregelen? Die is er altijd geweest en dat zal altijd zo blijven.”

Opvallende maatregelen: van Radio Sunshine tot de Pannebon

De West-Vlaamse gemeentebesturen zijn erg creatief in het bedenken van steunmaatregelen. We zetten enkele opmerkelijke initiatieven op een rijtje.

In Knokke-Heist krijgt elke tweedeverblijver een waardebon van 200 euro.

De Pannebon en Wervikbon werken volgens hetzelfde principe: je bestelt via de gemeente een waardebon bij een horecazaak of winkel die je zelf kiest uit een lijst van deelnemende zaken. Het gemeentebestuur doet zijn duit in het zakje: in De Panne is de bon 10 procent meer waard dan wat je ervoor betaalde, in Wervik zelfs 20 procent. De handelaar krijgt zijn geld meteen, de klant kan de bon gebruiken na de lockdown.

De Zonnebon (Zonnebeke) en Waregembon zijn nog iets anders. Elk gezin krijgt er een cadeaubon toegestopt, te besteden bij een plaatselijke handelaar.

Nog in Zonnebeke krijgen kwetsbare gezinnen een laptop ter beschikking en kunnen lokale dj’s muziek draaien op internetradio Sunshine.

In Oostkamp krijgt het zorgpersoneel een voorrangsbewijs voor voedingswinkels en apotheken.

In Ruiselede is de kinderopvang in de vakantie gratis.

In Ieper wordt groenafval anderhalve maand vroeger dan anders èn wekelijks in plaats van tweewekelijks opgehaald. “Mensen hebben nu tijd om in de tuin te werken”, luidt het.

2. Nog geen grote projecten ‘on hold’

Geen enkel gemeentebestuur heeft door de crisis al grote projecten voor deze legislatuur on hold gezet. Iedereen is van plan om de vooropgestelde plannen te realiseren. “We willen niet dat de gemeente hierdoor in slaap valt”, zegt burgemeester Lut Deseyn van Avelgem. Uiteraard liggen bepaalde werken noodgedwongen stil, omdat aannemers het werk neerlegden of omdat de nodige materialen niet beschikbaar zijn. Ook alle gemeentelijke evenementen zijn vanzelfsprekend geschrapt. Al geven verschillende burgemeesters aan dat bepaalde werken nu weer in gang schieten.

3. Gemeenten communiceren veel

Ook al zijn de gemeentelijke diensten slechts op afspraak toegankelijk, de gemeentesturen verzorgen hun communicatie goed. Sociale media, bewonersbrieven… worden vaak gebruikt. Vier gemeenten hebben een sociale noodlijn en/of een gratis telefoonnummer, elf geven aan dat ze hun senioren zelf bellen om te horen of alles goed gaat of waarmee ze hen van dienst kunnen zijn. Vijf gemeentebesturen zetten een lijst online van handelszaken die open zijn of aan thuisbezorging doen of leiden via internet het vrijwilligerswerk in goede banen. Meerdere burgemeesters spraken hun burgers al moed in met een videoboodschap. Zeker in de landelijke gemeenten geven burgemeesters en schepenen aan dat ze erg vlot bereikbaar zijn.

4. Weinig tijdelijke werkloosheid

Personeelsleden van stad of gemeente werken zo veel mogelijk van thuis, maar zijn wel bereikbaar. Als hun dienst gesloten is, krijgen ze dikwijls een andere taak, zoals telefoneren naar alleenstaande senioren. “Het bedelen van bewonersbrieven gebeurt nu door eigen personeel”, klinkt het in Brugge. “Mensen uit de musea springen nu bij in het containerpark. Werken die steeds blijven liggen, worden nu uitgevoerd. Er gebeuren ook heel veel onderhoudswerken. De luchters in het stadhuis, die sinds 2002 niet meer werden opgeblonken, schitteren. Ook de stadsschouwburg krijgt een flinke opfrissingsbeurt…” In enkele gemeenten mogen medewerkers thuis blijven met behoud van loon. Torhout geeft aan dat er een mindere bezetting is, in Ichtegem krijgt het personeel dat niet thuis kan werken dienstvrijstelling. In Zuienkerke zat het personeel van de technische dienst twee weken thuis. Ook in De Panne worden bepaalde diensten deze week weer opgestart. In Jabbeke mocht het technisch personeel, van wie de social distance niet gewaarborgd kon worden, in maart thuisblijven met behoud van wedde. Achttien gemeentebesturen voerden al in min of meerdere mate technische werkloosheid in. Meestal blijft dat beperkt: soms enkel de poetsdienst of het dienstenchequebedrijf, soms kunnen mensen kiezen tussen vakantie of overuren opnemen, een andere taak uitvoeren of tijdelijke werkloosheid. Enkel Meulebeke stelt dat maar liefst 60 procent van het personeel tijdelijk werkloos is.

1. Minder openbaarheid van bestuur

Het overgrote deel van de gemeenteraden gaat online door. Meestal is dat volledig digitaal, met enkele uitzonderingen. Zo zullen in Ledegem de burgemeester en schepenen wel fysiek samenzitten tijdens de digitale zitting. In Oostrozebeke worden de gemeenteraadsvoorzitter, de fractieleiders en de algemeen directeur geacht fysiek aanwezig te zijn. Elf gemeentebesturen stelden hun raadszitting uit, vier zijn er nog niet helemaal uit of ze fysiek zullen bijeenkomen, vier zullen wel fysiek vergaderen of hebben dat al gedaan.In Spiere-Helkijn vergaderde de gemeenteraad in maart achter gesloten deuren, in Koekelare komt er eind april een raadszitting in een grote zaal, zodat iedereen twee plaatsen tussen kan laten. Ook in Lendelede zal dat gebeuren en wordt bovendien geen publiek toegelaten. In Zwevegem vergadert de gemeenteraad met enkel de fractieleiders en het schepencollege, 13 mensen in plaats van de gebruikelijke 27. Hoe dan ook leidt de crisis tot minder openbaarheid van bestuur, want slechts in een beperkt aantal gemeenten kunnen burgers de zitting (digitaal) volgen. Tweeëndertig schepencolleges komen wel nog wekelijks fysiek bijeen. In 25 van de 64 gemeenten gebeurt dat digitaal, nog een zevental combineren fysiek en digitaal.

2. Nog geen grote projecten ‘on hold’

Geen enkel gemeentebestuur heeft door de crisis al grote projecten voor deze legislatuur on hold gezet. Iedereen is van plan om de vooropgestelde plannen te realiseren. “We willen niet dat de gemeente hierdoor in slaap valt”, zegt burgemeester Lut Deseyn van Avelgem. Uiteraard liggen bepaalde werken noodgedwongen stil, omdat aannemers het werk neerlegden of omdat de nodige materialen niet beschikbaar zijn. Ook alle gemeentelijke evenementen zijn vanzelfsprekend geschrapt. Al geven verschillende burgemeesters aan dat bepaalde werken nu weer in gang schieten.

3. Gemeenten communiceren veel

Ook al zijn de gemeentelijke diensten slechts op afspraak toegankelijk, de gemeentesturen verzorgen hun communicatie goed. Sociale media, bewonersbrieven… worden vaak gebruikt. Vier gemeenten hebben een sociale noodlijn en/of een gratis telefoonnummer, elf geven aan dat ze hun senioren zelf bellen om te horen of alles goed gaat of waarmee ze hen van dienst kunnen zijn. Vijf gemeentebesturen zetten een lijst online van handelszaken die open zijn of aan thuisbezorging doen of leiden via internet het vrijwilligerswerk in goede banen. Meerdere burgemeesters spraken hun burgers al moed in met een videoboodschap. Zeker in de landelijke gemeenten geven burgemeesters en schepenen aan dat ze erg vlot bereikbaar zijn.

4. Weinig tijdelijke werkloosheid

Personeelsleden van stad of gemeente werken zo veel mogelijk van thuis, maar zijn wel bereikbaar. Als hun dienst gesloten is, krijgen ze dikwijls een andere taak, zoals telefoneren naar alleenstaande senioren. “Het bedelen van bewonersbrieven gebeurt nu door eigen personeel”, klinkt het in Brugge. “Mensen uit de musea springen nu bij in het containerpark. Werken die steeds blijven liggen, worden nu uitgevoerd. Er gebeuren ook heel veel onderhoudswerken. De luchters in het stadhuis, die sinds 2002 niet meer werden opgeblonken, schitteren. Ook de stadsschouwburg krijgt een flinke opfrissingsbeurt…” In enkele gemeenten mogen medewerkers thuis blijven met behoud van loon. Torhout geeft aan dat er een mindere bezetting is, in Ichtegem krijgt het personeel dat niet thuis kan werken dienstvrijstelling. In Zuienkerke zat het personeel van de technische dienst twee weken thuis. Ook in De Panne worden bepaalde diensten deze week weer opgestart. In Jabbeke mocht het technisch personeel, van wie de social distance niet gewaarborgd kon worden, in maart thuisblijven met behoud van wedde. Achttien gemeentebesturen voerden al in min of meerdere mate technische werkloosheid in. Meestal blijft dat beperkt: soms enkel de poetsdienst of het dienstenchequebedrijf, soms kunnen mensen kiezen tussen vakantie of overuren opnemen, een andere taak uitvoeren of tijdelijke werkloosheid. Enkel Meulebeke stelt dat maar liefst 60 procent van het personeel tijdelijk werkloos is.

Vier extra conclusies

1. Minder openbaarheid van bestuur

Het overgrote deel van de gemeenteraden gaat online door. Meestal is dat volledig digitaal, met enkele uitzonderingen. Zo zullen in Ledegem de burgemeester en schepenen wel fysiek samenzitten tijdens de digitale zitting. In Oostrozebeke worden de gemeenteraadsvoorzitter, de fractieleiders en de algemeen directeur geacht fysiek aanwezig te zijn. Elf gemeentebesturen stelden hun raadszitting uit, vier zijn er nog niet helemaal uit of ze fysiek zullen bijeenkomen, vier zullen wel fysiek vergaderen of hebben dat al gedaan.In Spiere-Helkijn vergaderde de gemeenteraad in maart achter gesloten deuren, in Koekelare komt er eind april een raadszitting in een grote zaal, zodat iedereen twee plaatsen tussen kan laten. Ook in Lendelede zal dat gebeuren en wordt bovendien geen publiek toegelaten. In Zwevegem vergadert de gemeenteraad met enkel de fractieleiders en het schepencollege, 13 mensen in plaats van de gebruikelijke 27. Hoe dan ook leidt de crisis tot minder openbaarheid van bestuur, want slechts in een beperkt aantal gemeenten kunnen burgers de zitting (digitaal) volgen. Tweeëndertig schepencolleges komen wel nog wekelijks fysiek bijeen. In 25 van de 64 gemeenten gebeurt dat digitaal, nog een zevental combineren fysiek en digitaal.

2. Nog geen grote projecten ‘on hold’

Geen enkel gemeentebestuur heeft door de crisis al grote projecten voor deze legislatuur on hold gezet. Iedereen is van plan om de vooropgestelde plannen te realiseren. “We willen niet dat de gemeente hierdoor in slaap valt”, zegt burgemeester Lut Deseyn van Avelgem. Uiteraard liggen bepaalde werken noodgedwongen stil, omdat aannemers het werk neerlegden of omdat de nodige materialen niet beschikbaar zijn. Ook alle gemeentelijke evenementen zijn vanzelfsprekend geschrapt. Al geven verschillende burgemeesters aan dat bepaalde werken nu weer in gang schieten.

3. Gemeenten communiceren veel

Ook al zijn de gemeentelijke diensten slechts op afspraak toegankelijk, de gemeentesturen verzorgen hun communicatie goed. Sociale media, bewonersbrieven… worden vaak gebruikt. Vier gemeenten hebben een sociale noodlijn en/of een gratis telefoonnummer, elf geven aan dat ze hun senioren zelf bellen om te horen of alles goed gaat of waarmee ze hen van dienst kunnen zijn. Vijf gemeentebesturen zetten een lijst online van handelszaken die open zijn of aan thuisbezorging doen of leiden via internet het vrijwilligerswerk in goede banen. Meerdere burgemeesters spraken hun burgers al moed in met een videoboodschap. Zeker in de landelijke gemeenten geven burgemeesters en schepenen aan dat ze erg vlot bereikbaar zijn.

4. Weinig tijdelijke werkloosheid

Personeelsleden van stad of gemeente werken zo veel mogelijk van thuis, maar zijn wel bereikbaar. Als hun dienst gesloten is, krijgen ze dikwijls een andere taak, zoals telefoneren naar alleenstaande senioren. “Het bedelen van bewonersbrieven gebeurt nu door eigen personeel”, klinkt het in Brugge. “Mensen uit de musea springen nu bij in het containerpark. Werken die steeds blijven liggen, worden nu uitgevoerd. Er gebeuren ook heel veel onderhoudswerken. De luchters in het stadhuis, die sinds 2002 niet meer werden opgeblonken, schitteren. Ook de stadsschouwburg krijgt een flinke opfrissingsbeurt…” In enkele gemeenten mogen medewerkers thuis blijven met behoud van loon. Torhout geeft aan dat er een mindere bezetting is, in Ichtegem krijgt het personeel dat niet thuis kan werken dienstvrijstelling. In Zuienkerke zat het personeel van de technische dienst twee weken thuis. Ook in De Panne worden bepaalde diensten deze week weer opgestart. In Jabbeke mocht het technisch personeel, van wie de social distance niet gewaarborgd kon worden, in maart thuisblijven met behoud van wedde. Achttien gemeentebesturen voerden al in min of meerdere mate technische werkloosheid in. Meestal blijft dat beperkt: soms enkel de poetsdienst of het dienstenchequebedrijf, soms kunnen mensen kiezen tussen vakantie of overuren opnemen, een andere taak uitvoeren of tijdelijke werkloosheid. Enkel Meulebeke stelt dat maar liefst 60 procent van het personeel tijdelijk werkloos is.

Vier extra conclusies

1. Minder openbaarheid van bestuur

Het overgrote deel van de gemeenteraden gaat online door. Meestal is dat volledig digitaal, met enkele uitzonderingen. Zo zullen in Ledegem de burgemeester en schepenen wel fysiek samenzitten tijdens de digitale zitting. In Oostrozebeke worden de gemeenteraadsvoorzitter, de fractieleiders en de algemeen directeur geacht fysiek aanwezig te zijn. Elf gemeentebesturen stelden hun raadszitting uit, vier zijn er nog niet helemaal uit of ze fysiek zullen bijeenkomen, vier zullen wel fysiek vergaderen of hebben dat al gedaan.In Spiere-Helkijn vergaderde de gemeenteraad in maart achter gesloten deuren, in Koekelare komt er eind april een raadszitting in een grote zaal, zodat iedereen twee plaatsen tussen kan laten. Ook in Lendelede zal dat gebeuren en wordt bovendien geen publiek toegelaten. In Zwevegem vergadert de gemeenteraad met enkel de fractieleiders en het schepencollege, 13 mensen in plaats van de gebruikelijke 27. Hoe dan ook leidt de crisis tot minder openbaarheid van bestuur, want slechts in een beperkt aantal gemeenten kunnen burgers de zitting (digitaal) volgen. Tweeëndertig schepencolleges komen wel nog wekelijks fysiek bijeen. In 25 van de 64 gemeenten gebeurt dat digitaal, nog een zevental combineren fysiek en digitaal.

2. Nog geen grote projecten ‘on hold’

Geen enkel gemeentebestuur heeft door de crisis al grote projecten voor deze legislatuur on hold gezet. Iedereen is van plan om de vooropgestelde plannen te realiseren. “We willen niet dat de gemeente hierdoor in slaap valt”, zegt burgemeester Lut Deseyn van Avelgem. Uiteraard liggen bepaalde werken noodgedwongen stil, omdat aannemers het werk neerlegden of omdat de nodige materialen niet beschikbaar zijn. Ook alle gemeentelijke evenementen zijn vanzelfsprekend geschrapt. Al geven verschillende burgemeesters aan dat bepaalde werken nu weer in gang schieten.

3. Gemeenten communiceren veel

Ook al zijn de gemeentelijke diensten slechts op afspraak toegankelijk, de gemeentesturen verzorgen hun communicatie goed. Sociale media, bewonersbrieven… worden vaak gebruikt. Vier gemeenten hebben een sociale noodlijn en/of een gratis telefoonnummer, elf geven aan dat ze hun senioren zelf bellen om te horen of alles goed gaat of waarmee ze hen van dienst kunnen zijn. Vijf gemeentebesturen zetten een lijst online van handelszaken die open zijn of aan thuisbezorging doen of leiden via internet het vrijwilligerswerk in goede banen. Meerdere burgemeesters spraken hun burgers al moed in met een videoboodschap. Zeker in de landelijke gemeenten geven burgemeesters en schepenen aan dat ze erg vlot bereikbaar zijn.

4. Weinig tijdelijke werkloosheid

Personeelsleden van stad of gemeente werken zo veel mogelijk van thuis, maar zijn wel bereikbaar. Als hun dienst gesloten is, krijgen ze dikwijls een andere taak, zoals telefoneren naar alleenstaande senioren. “Het bedelen van bewonersbrieven gebeurt nu door eigen personeel”, klinkt het in Brugge. “Mensen uit de musea springen nu bij in het containerpark. Werken die steeds blijven liggen, worden nu uitgevoerd. Er gebeuren ook heel veel onderhoudswerken. De luchters in het stadhuis, die sinds 2002 niet meer werden opgeblonken, schitteren. Ook de stadsschouwburg krijgt een flinke opfrissingsbeurt…” In enkele gemeenten mogen medewerkers thuis blijven met behoud van loon. Torhout geeft aan dat er een mindere bezetting is, in Ichtegem krijgt het personeel dat niet thuis kan werken dienstvrijstelling. In Zuienkerke zat het personeel van de technische dienst twee weken thuis. Ook in De Panne worden bepaalde diensten deze week weer opgestart. In Jabbeke mocht het technisch personeel, van wie de social distance niet gewaarborgd kon worden, in maart thuisblijven met behoud van wedde. Achttien gemeentebesturen voerden al in min of meerdere mate technische werkloosheid in. Meestal blijft dat beperkt: soms enkel de poetsdienst of het dienstenchequebedrijf, soms kunnen mensen kiezen tussen vakantie of overuren opnemen, een andere taak uitvoeren of tijdelijke werkloosheid. Enkel Meulebeke stelt dat maar liefst 60 procent van het personeel tijdelijk werkloos is.