Hendrik Bogaert (CD&V): “Een coalitie met Vlaams Belang moet kunnen”

© Christophe De Muynck
Paul Cobbaert
Paul Cobbaert journalist

Hendrik Bogaert wil het cordon sanitaire de prullenmand in. Het kopstuk van CD&V vindt dat zijn partij moet openstaan voor coalitievorming met Vlaams Belang en PVDA. Dat is een explosieve koerswijziging, zelfs voor de vrijbuiter uit Jabbeke. Bogaert is ook vlijmscherp voor het beleid van de volmachtenregering. Zet u schrap voor een pittig gesprek over de toekomst van zijn partij, van dit land en zelfs van de liberale democratie.

Zijn partij is al enkele jaren op de sukkel. De verkiezing van vorig jaar was de grootste klap. Amper vijftien procent nog: de christendemocraten waren nooit zó diep gezakt. Een nieuwe koers drong zich op. Een nieuwe voorzitter ook. Vele ogen waren gericht op Hendrik Bogaert, weliswaar omstreden, maar toch een stemmenkanon. Zou Straffe Hendrik de sprong maken? Hij kwam alvast naar buiten met een visienota, waarin hij een stevige ruk naar rechts bepleitte. Maar het verwachte vervolg bleef uit, namelijk zijn curriculum vitae voor het voorzitterschap. Kwatongen beweren dat hij niet mocht van Hilde Crevits, dat ander West-Vlaams boegbeeld.

We zijn vandaag één jaar later. Bogaert moet glimlachen om de suggestie. “Zou ik mij dat aangetrokken hebben? Ik denk dat niet. Neen, zij heeft mij niet tegengehouden. Dit was een autonome keuze. De partij is niet klaar voor mijn ideeën. Ik vertegenwoordig misschien dertig à veertig procent. Dat is onvoldoende.”

U had niet kunnen winnen?

“Ik had de tweede ronde kunnen halen, maar ik had niet kunnen winnen. Klinkt opportunistisch, zeker? Ik ben gewoon eerlijk. Wie voorzitter wil zijn, moet ook steun genieten van de partijtop. Ik voel vooral steun van de basis. Daar is meer draagvlak voor een centrumrechts beleid.”

Voor welke ideeën is de partij niet klaar? Voor het hoofddoekenverbod?

“Ik pleit voor een algemeen verbod op opzichtige, religieuze tekens. Dat is niet alleen de hoofddoek. Maar oké: dat is één voorbeeld. Er zijn er nog. Ik vind dat er minder migratie moet zijn en meer integratie. De partij is ook daar niet klaar voor. Als u mijn visienota leest, zal u veel verschillen zien. Op zowat elk domein.”

Wat doet u dan nog in die partij?

“Ik ben een christendemocraat. Ik vind dat verschil ook niet dramatisch. In onze Europese fractie zitten allemaal partijen die vanuit dezelfde christelijke inspiratie toch anders denken. Een partij moet een bandbreedte hebben, vind ik. Ik vind dat zelfs verrijkend.”

Joachim Coens is de nieuwe voorzitter. Wat vindt u van die keuze?

“Dat is iemand met veel kwaliteiten. Ik wens hem het beste toe. Uitdrukkelijk zelfs. Hij heeft het risico genomen, ik niet. (zwijgt even) Hij mikt op het centrum. Dat is volgens mij niet de beste keuze, ook electoraal niet. Ik sta veeleer centrumrechts. Ik hoop wel dat ik hem af en toe kan inspireren.”

Kan dat lukken?

“Ik denk dat wel. Joachim staat open voor mijn visie, denk ik. Op migratie bijvoorbeeld. Dat was hét thema van de verkiezingen. De voorzitter zal ook inzien dat de koers daar anders moet.”

Eén op vier zou intussen voor Vlaams Belang stemmen en nog amper één op tien voor uw partij, blijkt uit een peiling van VRT en De Standaard. Schrikt u daarvan?

“Helemaal niet. Ik zie die evolutie al jaren aankomen. We moeten daar ook lessen uit trekken. Het democratisch proces moet inclusiever. Het kan niet zijn dat een partij met zoveel kiezers op voorhand uitgesloten wordt.”

Pleit u nu voor coalitievorming met Vlaams Belang?

“Ik pleit daar niet voor. Maar dat moet kunnen. Dat moet ook kunnen met PVDA. Ik ben tegen het cordon sanitaire. Ik denk trouwens dat coalitievorming het beste middel is tegen extremisme. Als een partij toetreedt tot een coalitie, dan moet die wel nuances leggen, milder worden en rekening houden met anderen.”

CD&V-kopstuk Hendrik Bogaert:
CD&V-kopstuk Hendrik Bogaert: “Ik vind dat er minder migratie moet zijn en meer integratie. Mijn partij is ook daar niet klaar voor.”© Christophe De Muynck

Ziet u inhoudelijk geen hinderpalen?

“Vlaams Belang en PVDA zijn niet verboden. Dat betekent dat ze legitieme partijen zijn. Als zoveel mensen voor die partijen stemmen, dan moet daarmee gesproken worden. Dat is politieke inclusiviteit. Ik voeg daar wel aan toe dat het niet alleen aan de traditionele partijen is om het cordon te doorbreken. Dat moeten ook Vlaams Belang en PVDA zélf doen. Die partijen zullen respect moeten tonen voor de waardigheid van élke mens. In beleid én in woorden.”

Doen ze dat vandaag?

“Ik ga daar niet op ingaan, omdat ik anders individuen moet viseren. Dat wil ik niet. Ik wil een algemeen principe aanklagen.”

Had uw partij vorige zomer moeten spreken met Vlaams Belang voor de vorming van een Vlaamse regering?

“Neen, dat niet. De coronacrisis is een nieuw element. Een belangrijk element. Dat heeft me doen nadenken. Voortaan moet er met élke partij gesproken worden, vind ik.”

Wat is dan anders?

“De harmonie in de samenleving staat onder zware druk. Dat is nog meer zo na corona. Dat is mijn aanvoelen. Eén op drie zou voor Vlaams Belang of PVDA stemmen. Als je die mensen blijft negeren, dan dreigt een groot gevaar. Dan kan de samenleving zelfs uiteen vallen. Dat wil ik niet. Je moet die mensen betrekken in het beleid. Dat zal hen redelijker maken, volgens mij. Dat is één van de lessen die ik trek uit deze crisis.”

Hoe hebt u deze crisis beleefd?

“Héél intens. Vooral de eerste twee weken na de instorting van het systeem. (even stil) We hebben in onze gemeente een tehuis voor blinden, een opvangcentrum voor jongeren en twee woon-zorgcentra. Ik heb met die mensen daar gesproken, toen de crisis uitbrak. Ik zag de wanhoop in hun ogen. Dat heeft me diep getroffen. De angst van die mensen. Het ongeloof.”

U was één van de eersten die pleitte voor mondmaskers.

(knikt) “Dat was de oorzaak van die wanhoop. Die mensen hadden niet genoeg beschermend materiaal. Onze voorzieningen mankeerden mondmaskers. Dat leidde tot dramatische toestanden, zeker in woon-zorgcentra. De mensen waren zo in paniek.”

Wat is er fout gelopen?

“Het was een kolossale fout om de policy mix van andere landen niet over te nemen. Dat zijn vier maatregelen die hun nut bewezen hebben: testen, tracing, mondmaskers en afstand houden. Ons land heeft wekenlang alleen ingezet op afstand houden. (feller) Een kolossale fout. Dat zal enerzijds koppigheid zijn, maar anderzijds ook onze complexe staatsstructuur. Wie is eigenlijk waarvoor verantwoordelijk? Het is toch niet logisch dat onze woon-zorgcentra, die regionaal zijn, afhankelijk zijn van een federale stock voor mondmaskers? Dat is een tweede les van deze crisis. Dit land zit veel te complex in elkaar. Al wist ik dat voordien al. Volksgezondheid moet een regionale bevoegdheid zijn, dicht bij de mensen. (haalt papieren boven) Ik heb lang en ernstig nagedacht over deze crisis. We moeten volgens mij vijf lessen trekken. Mag ik?”

Ga uw gang.

“Het zijn allemaal zaken die de harmonie in de samenleving herstellen. Eén is een eenvoudige staatsstructuur. Twee is meer politieke inclusiviteit. Drie is het herstel van het sociaal contract. Dat betekent een sterke sociale zekerheid, extra investeringen in de gezondheidszorg – ik pleit voor vijf miljard euro extra, én een beter inkomen voor wie werkt. Het minimum moet netto 1.500 euro zijn. Ten vierde moeten we meer respect tonen voor onze natuur. En ten vijfde moet de globalisering getemperd worden. Dat gaat over economie, ecologie en migratie. Dat betekent meer kleinschaligheid. (denkt na) In die zin wil ik ook de liberale democratie in vraag stellen, omdat die geen antwoorden biedt op die problemen.”

Dat klinkt gevaarlijk. Wil u de democratie afschaffen?

“Neen. Ik ben voor de democratie. Maar ik ben niet voor het liberalisme dat daaraan verbonden wordt. Ik ben voorstander van meer overheidsinterventie.”

Waarom zou dat botsen met de liberale democratie?

“De liberale democratie dringt economische vrijheid op, waardoor natuurlijke rijkdommen uitgeput raken. De liberale democratie dringt ook migratie op. Ik kan zo nog dingen noemen. Ik wil dat in vraag kunnen stellen. Ik ben geen liberaal, waarom zou ik dan voor een liberale democratie moeten zijn?”

Ik begrijp u niet, moet ik bekennen.

“Neen? (denkt na) De liberale democratie staat voor enkele absolute vrijheden. Die mogen zelfs niet in vraag gesteld worden. Ik wil dat wel kunnen doen. Als vrijheden botsen met elkaar, dan wil ik die in vraag kunnen stellen. Te veel migratie heeft gezorgd voor een botsing van vrijheden. Ik wil daarom opzichtige religieuze symbolen in vraag kunnen stellen. Maar wie dat doet, botst op de muur van de liberale democratie. Dat begrip doet elk debat dood. (zwijgt even) Dat systeem komt volgens mij aan zijn einde. Er moet iets nieuw komen. Maar ik weet nog niet wat. Ik ben nog zoekende.”

CD&V'er Hendrik Bogaert:
CD&V’er Hendrik Bogaert: “”De volmachten hebben niet gewerkt. Ik had verwacht dat de regering snel en kordaat beleid zou voeren.”© Christophe De Muynck

Hoe ziet u uw politieke toekomst?

“Ik word burgemeester binnen anderhalf jaar. Dat is zeker. Wat mijn rol in de partij betreft: we gaan zien hoe de partij evolueert. Het is allemaal nog pril om uitspraken te doen.”

Zet u uzelf niet buiten de partij met deze voorstellen?

“Neen, ik vind dat niet. Ik vind dat een parlementslid het debat moet stimuleren. Wat moet ik anders doen? In slaap vallen in het parlement? Dat is het probleem geweest van CDH in Wallonië. Zij hebben gezwegen over delicate thema’s. Ik ga dat niet doen. En ik zeg niet zomaar iets, hé. Al wat ik zeg, komt vanuit een christendemocratische inspiratie. Ik heb duizenden bladzijden gelezen over filosofie, politiek en economie.”

Wat vond u als kritisch parlementslid van de volmachten?

“Ik heb die gesteund en heb daarom ook enkele maanden gezwegen. Ik vond dat mijn plicht als verantwoordelijk parlementslid. Het ware te makkelijk om het beleid af te schieten in de beginperiode. Vandaag kan ik zeggen dat die volmachten niet gewerkt hebben. Ik had verwacht dat de regering snel en kordaat beleid zou voeren. Dat is niet gebeurd. Opnieuw was onze staatsstructuur het grote probleem. Voor elke beslissing moest de mening gevraagd worden van Défi en Ecolo (twee Franstalige partijen, red.). Dat is niet logisch. Er moet dringend een regering komen.”

Met welke partijen?

“Dat mag een grote coalitie zijn. Dan kan een doorgedreven staatshervorming. We mogen voor één keer geld uitgeven, onder het mom van corona. Zelfs ik kan voor één keer leven met een tijdelijk tekort. (lacht) Dan moet het toch zo moeilijk niet zijn om een regering te maken?”

Een regering zonder Vlaamse meerderheid, is dat denkbaar?

“Ik ben daar geen voorstander van. Ik doe aan politiek vanuit een gedachtegoed. Ik denk dat wij onze ideeën beter kunnen uitvoeren met N-VA in de regering. Nu goed: ik ben geen formateur. Ik heb de luxe dat ik vrijuit kan praten.”

Kan ook Vlaams Belang in die formatie betrokken worden?

“Dat is gebeurd. De koning heeft die partij ontvangen. Dat is ook normaal. Maar ik denk niet dat die partij in een federale regering wil stappen. Of het zou moeten zijn om het land te splitsen. Dat is dan weer een brug te ver voor mij. Ik ben geen separatist.”

Hendrik Bogaert

Geboren op 30 augustus 1968 in Brugge.

Licentiaat in de toegepaste economische wetenschappen (KU Leuven). Behaalde ook een master aan de Harvard Business School.

Woont in Jabbeke. Vader van drie kinderen.

Federaal parlementslid voor CD&V sinds 2003.

Was staatssecretaris in de regering-Di Rupo I van 2011 tot 2014.

Was burgemeester van Jabbeke van 2007 tot 2010. Wordt opnieuw burgemeester op 1 januari 2022.

Hendrik Bogaert (CD&V):
© Christophe De Muynck