Het Wevelgemse schepencollege maakte een toekomstgerichte evaluatie van de financiële toestand van de gemeente op en stelt voor om volgend jaar de aanvullende personenbelasting te laten dalen van 7 procent naar 6,8 procent, wat in deze streek ongezien zou zijn.
“We sloten deze week onze rekening 2016 af en donderdag 1 juni ontvingen alle leden van de gemeenteraad een uitgebreide nota”, vertellen schepen van Financiën Lobke Maes (CD&V) en burgemeester Jan Seynhaeve (CD&V). “De nota is vrij omstandig maar het gaat er over dat dankzij ons gezonde financiële beleid wij de komende jaren nog meer kunnen en zullen investeren. Onze schulden zullen ook niet stijgen, die zijn trouwens serieus gedaald de voorbije jaren. Daarnaast ontwikkelen we nieuwe initiatieven én niet onbelangrijk: we stellen voor om volgend jaar de aanvullende personenbelasting te laten dalen van 7% naar 6,8%. Daarmee worden we dan de laagste in de regio Kortrijk.”
“Door de federale tax shift (op kruissnelheid) zal het gemeentebestuur geraamd zo’n 700.000 euro minder ontvangen aan belastingen van onze burgers. Daarbovenop voorzien wij dus de lastenverlaging (van 7% naar 6,8%) wat nog eens zo’n 250.000 euro minder ontvangsten betekent. Globaal zullen de Wevelgemse burgers dus vanaf 2018 en volgende een klein miljoen euro minder betalen en wij dus minder ontvangen. Qua personenbelastingen ontvingen wij de voorbije jaren zo’n 8 miljoen euro per jaar.”
“In de eerste plaats willen we voldoende marge creëren om blijvend te investeren”
De financiële nota kent enkele belangrijke pijlers. “In de eerste plaats willen we voldoende marge creëren om blijvend te investeren”, vertelt de burgemeester, “Wevelgem werkt al jaren aan gezonde financiën die bestaan uit aanvaardbare fiscaliteit in toets met regio en vergelijkbare gemeentes, efficiënte dagelijkse werking, beheersbare schuld en een ambitieus investeringsniveau waarbij we ons patrimonium in stand houden en ook uitbreiden in functie van maatschappelijke behoeften. Om dit te bewerkstelligen en huidige en komende generaties niet extra te belasten streven we naar duurzaam beleid op financieel vlak“.
Buffer inbouwen
“We willen ook onze schulden verder afbouwen”, vult Lobke Maes aan. “Op 31 december 2012 bedroeg de totale financiële schuld van de gemeente 38.511.904 euro. Eind 2016 is die afgebouwd tot 30.671.896 euro. Dat is een afbouw met ongeveer 8 miljoen euro over 4 jaar of gemiddeld 2 miljoen euro op jaarbasis. Met deze uitstaande schuld bevindt Wevelgem zich onder de gemiddelde uitstaande schuld per inwoner in Vlaanderen.” Belangrijk is ook een stevige buffer die Wevelgem wil inbouwen. “Op 1 januari 2013 werd de legislatuur gestart met een kleine 28 miljoen euro op de rekening”, blikt Jan Seynhaeve terug. “De rekening 2016 sluit af op 28,5 miljoen euro. Over deze periode groeide het vast actief van de gemeente met 9 miljoen euro (van 150 miljoen euro naar 159 miljoen euro). Dit betekent dat de waarde van het patrimonium van de gemeente, na afschrijvingen, stelselmatig toeneemt.”
Dienstverlening
“Verder is vooral waakzaamheid iets wat we koesteren. We willen waken over de toekomst met reserves die verzekeren dat we met een gezonde investeringsambitie de kwaliteit van de gemeente, waarin we wonen, leven en werken garanderen, verder uitbouwen. We willen waken over de gemeente met gemotiveerd personeel dat op efficiënte wijze ingezet wordt en een antwoord biedt aan de hedendaagse eisen inzake dienstverlening. En ten slotte willen we waken over de toekomst met een matige fiscaliteit, met inwoners die samen onze gemeenschap vormen. Een gemeenschap waaraan we een eerlijke bijdrage vragen. En als ruimte is voor een beheerste lastenverlaging, dan gunnen we die onze inwoners graag”, aldus Lobke Maes.
(TGM)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier