De zone voor de nieuwe offshore windmolenparken op zee wordt een kwart groter dan gepland, als het van staatssecretaris voor de Noordzee Philippe De Backer (Open Vld) afhangt. Hij heeft een voorstel klaar om een extra zone van 60 vierkante kilometer voor de westkust vrij te maken.
Voor de kust van Zeebrugge staat nu al een windmolenzone van 225 km², goed voor 1,2 gigawatt, en dus stroom voor meer dan honderdduizend gezinnen. In totaal draaien nu al vijf offshoreparken voor de Belgische kust, een zesde is in aanbouw.
Verhoogd rendement
Maar de huidige regering schroefde de ambities al op. In het nieuw Marien Ruimtelijk plan werd de capaciteit al uitgebreid met nog eens 221 km², goed voor minstens 1,7 gigawatt. Staatssecretaris De Backer wil daar nu nog eens 60 km² bij doen. Die zone zou eigenlijk gereserveerd worden voor de visserij, maar dat botste op een njet van Europa.
Daardoor kan het gebied nu ook worden ingezet voor windmolenprojecten, legt De Backer uit. De geplande 1,7 gigawatt aan windmolens kunnen daardoor gebouwd worden op een grotere oppervlakte, waardoor ze verder van elkaar kunnen staan. Dat verhoogt het rendement en doet de kostprijs dalen.
“Prijs drukken voor iedereen”
“Ik geloof in een schone toekomst met hernieuwbare energie. Maar dit moet ook betaalbaar blijven voor iedereen. Door de nieuwe windmolenzone te vergroten zal ook de prijs voor de energiewinning zakken en drukken we de prijs voor iedereen. Zo worden windparken zonder subsidies mogelijk”, aldus De Backer.
De nieuwe windmolens komen westelijk, ongeveer ter hoogte van De Panne, en reiken tot de Franse grens. Ze worden ook verder weg in zee gezet, zodat ze niet zichtbaar zijn vanaf de kust. In totaal zullen alle bestaande en geplande windmolens tegen 2030 4 gigawatt aan groene stroom produceren, maakt de staatssecretaris zich sterk.
(Belga)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier