Burgemeesters kustgemeenten willen geen GAS-boete geven aan wie zwemverbod negeert

Jos Remaut

De tien kustburgemeesters blijven verder vergaderen om te komen tot een meer uniforme invulling van de kustreddingsdienst buiten de periode van het hoogseizoen. Maar een oplossing lijkt heel ver af. De burgemeesters zijn het wél eens om geen GAS-boetes uit te schrijven aan wie het zwemverbod negeert.

Provinciegouverneur Carl Decaluwé had daar een paar maanden geleden toe opgeroepen, maar hij kreeg nadien de wind van voren, niet in het minst van burgemeester Steve Vandenberghe (SP.A) van Bredene.

Kurt Ravyts van Vlaams Belang had de kwestie van de bemanning van de kustreddingsdienst buiten de periode van 15 juni tot 15 september vorige maand al te berde gebracht op de provincieraad (met als conclusie van zijn kant dat de provincie haar hoofd liever niet in deze modderpoel steekt), en vandaag ondervroeg zijn partijgenoot Stefaan Sintobin toerismeminister Ben Weyts (N-VA) hierover in het Vlaams Parlement.

“Buiten de periode van het hoogseizoen zetten sommige kustgemeenten (Blankenberge en De Haan) wél redders in, terwijl de meeste andere dat nog niet doen omdat er een zwemverbod geldt”, schetst Stefaan Sintobin het probleem. “Maar als het heel mooi weer is, wordt dat verbod door de meeste toeristen genegeerd. Daar is veel reactie op gekomen. Niet alleen van de Intercommunale Kustreddingsdienst van West-Vlaanderen (IKWV), die stelt dat het onverantwoord was om in die periode al te gaan zwemmen, vooral omdat het zeewater veel te koud was, en natuurlijk omdat de veiligheid van de zwemmers en de toeristen niet gegarandeerd was. Maar ook de West-Vlaamse provinciegouverneur heeft nogal fel gereageerd – zo kennen we hem wel – en vond zelfs dat iedereen die in zee zwemt terwijl er een zwemverbod geldt, een GAS-boete verdient.”

“Minister, vindt u dat we de inzet van redders en het toelaten van zwemmen buiten de voorziene periode moeten overlaten aan de kustgemeenten? Er is de autonomie van de gemeente natuurlijk, maar elk jaar opnieuw wordt een warrig signaal gegeven aan de toeristen en de mensen die in zee willen gaan. Bent u bereid om in overleg te treden met de gouverneur, de kustgemeenten, Westtoer en de Intercommunale voor Kustreddingsdiensten om te zoeken naar een consensus over een uniforme regeling?”

“Nieuwe onderhandelingen starten”

“Ik heb aan de gouverneur gevraagd om een initiatief in die zin te nemen en in overleg na te gaan wat de verschillende mogelijkheden zijn om ook buiten het seizoen tot een eenduidige regelgeving en eenduidige afspraken te komen, en om die afspraken ook op te nemen in strandconcessies”, antwoordde minister Weyts. “We starten de onderhandelingen voor nieuwe strandconcessies die afgesloten worden tussen de Vlaamse overheid en de kustgemeenten. Het is dus mijn voorstel om die nieuwe afspraken daarin op te nemen.”

Minister Weyts stipte ook nog aan dat het de gemeenten zelf zijn die de afbakening van de zwemzones bepalen en vastleggen in politieverordeningen. “Het is verboden om in zee te zwemmen behalve op locaties die bepaald worden door de gemeenten en onder toezicht staan van de reddingsdiensten. Deze regelgeving is uniform. Maar ik verneem ook dat de kustburgemeesters wel tot een vergelijk gekomen zijn om geen GAS-boetes uit te schrijven aan personen die het zwemverbod negeren. Dit kan alvast een eerste stap zijn om verder te gaan.”

“Minister kan niet veel doen”

Steve Vandenberghe (SP.A) mengde zich in het debat. “Ik ben aanwezig op het kustburgemeestersoverleg en het is heel moeilijk om een consensus te vinden. Ik heb als kustgemeenteburgemeester (van Bredene) dat item op de agenda geplaatst. Als iemand met vakantie komt naar de kust, komt men naar de kust en niet naar bijvoorbeeld Bredene of Blankenberge. Het is heel verwarrend voor een toerist.”

“Elke kustgemeente organiseert haar reddingsdienst op haar manier. De ene kustgemeente heeft vast personeel, dat ook kan worden ingezet om tijdens de weekends de stranden of een of twee zones te bewaken. Andere kustgemeenten werken enkel met jobstudenten die ze niet kunnen inzetten. Er is op het overleg een heel lang debat over gevoerd, maar tot een overeenkomst zijn we niet gekomen.”

“Het debat wordt inderdaad al vele jaren gevoerd en ik denk ook niet dat de minister daar heel veel kan aan doen. Hij kan het niet opleggen aan de kustgemeenten want zij hebben autonomie. Ook de gouverneur is vragende partij. Hij heeft al diverse initiatieven genomen om de kustgemeenten op dezelfde golflengte te krijgen maar ook hem is dat niet gelukt. Nu is het bij mooi weer ronduit gevaarlijk: in de ene zone mag er wel worden gezwommen, in een andere niet. Ik houd mijn hart vast want er zullen ooit mensen verdrinken.

“Beter mekaar helpen !”

Ook Cathy Coudyser (N-VA, Knokke-Heist) liet nog haar stem horen. “De kustburgemeesters zouden er beter over nadenken hoe ze ten dienste kunnen staan van de bevolking en de toeristen, en de schotten van de gemeenten kunnen overstijgen om elkaar te helpen. Dat probleem is overigens niet alleen in deze kwestie aan de orde. Het verhaal van de verdwaalpalen is net hetzelfde, het verhaal van Beaufort eveneens. Als kustgemeenten zouden we veel meer kunnen halen uit het toeristisch potentieel van de kust door meer af te stemmen en samen te werken.”

Het laatste woord kwam van Johan Verstreken (CD&V) uit Oostende. “Ik wil dit toch een klein beetje relativeren. We hebben een van de best beveiligde kustzones van de wereld. De kustreddingsdienst levert bij ons fantastisch werk. In Frankrijk is het bijna onmogelijk om alles te beveiligen omdat ze zoveel meer kust hebben. We zitten in feite in een luxepositie.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier