Bart Tommelein is een jaar burgemeester van Oostende. Een hele omwenteling nadat de SP.A 24 jaar het stadsbestuur domineerde. Ondanks harde oppositie en zelfs een staking bij het personeel blaakt Tommelein van enthousiasme en ambitie. “Wij zijn soms veel te bescheiden. De ambitie mag veel groter.”
Maandagavond. Een dag eerder verdween de elektrische fiets van Tommelein en dook later weer op, verstopt nabij het Wapenplein. Dat nieuws beheerste de Facebookaccount van de burgemeester. “Ik schrok van de reacties. Dat ik geld genoeg heb om een nieuwe fiets te kopen, dat ik nu eens ondervind hoeveel criminaliteit er wel is in Oostende, dat ik te veel gedronken had… Niets van. Het aantal fietsdiefstallen is gedaald. Misschien ben ik te open op Facebook. Maar hoe dan ook, ik denk dat het gaat om een nieuw fenomeen. Mensen stelen een fiets en verstoppen die om hem later te gaan oppikken.”
We zijn hier eigenlijk om het over uw eerste jaar als burgemeester te hebben.
“Het was een van de jaren in mijn leven waarin ik het meest energie moest stoppen. Ook door de parlementsverkiezingen, maar de meeste tijd ging toch naar Oostende. We moesten een tanker overnemen en in een bepaalde richting draaien. Veel mensen spreken me aan over zaken die perfect door de administratie afgehandeld kunnen worden. Maar ze denken dat het sneller gaat als je het aan de burgemeester zegt. Ik ben het daar fundamenteel mee oneens, maar het toont aan dat we een beter georganiseerde toegangspoort nodig hebben waar de burger met vragen terechtkan en betere procedures. Onze organisatie werkt goed, maar is te weinig klantgericht.”
Doet u daar iets aan?
“De ombudsdienst gaat van start. We hebben iemand aangesteld, een jongedame, wiens naam we binnenkort bekend zullen maken. Ze zal heel onafhankelijk wijzen op tekortkomingen in onze werking en daarover rechtstreeks aan de gemeenteraad rapporteren.”
Bent u tevreden over uw ploeg?
“Om het met Didier Reynders te zeggen: de sfeer is goed (met Frans accent). Ik ben trots op mijn jonge, energieke ploeg en ik wil dat iedereen scoort op zijn of haar terrein. Dat komt Oostende ten goede. Maar we beseffen allen dat we ook zaken moeten aanpakken waarvoor we geen applaus zullen krijgen. Het eindresultaat telt. Sommige dingen zijn leuk en plezant, maar kosten de samenleving te veel geld. Ik denk aan onze speelpleinwerking, die stukken goedkoper was dan in de buurgemeenten. 4 euro voor een hele dag, maaltijd inbegrepen, wekelijks zelfs een uitstap naar een pretpark. Terwijl het de belastingbetaler 23 euro per kind kost. 15 procent van de kinderen kwam dan ook uit de buurgemeenten. Als je weet dat de ouders ook nog een fiscaal attest kunnen krijgen om die 4 euro af te trekken van hun belastingen, dan weet je dat de middelen beter besteed worden aan mensen in echte armoede. En dus pakten we dat aan, leuk of niet. Zo kunnen we investeren in wat echt nodig is. We gaan zelfs meer investeren dan vroeger.”
Jullie wezen regelmatig eens met een beschuldigende vinger naar de voorgangers.
“Als er iets niet klopte, moesten we dat niet verzwijgen. Niet om af te rekenen met het verleden, maar omdat we een transparant beleid willen. Ik bestuurde zelf trouwens ook mee vroeger. Al klopt het wel dat SP.A de grootste partij was en weinig verantwoording aflegde aan de coalitiepartners. Maar ik wil niet blijven naar het verleden kijken. Na een jaar moeten we de overgangsperiode afsluiten. We hebben nu een plan gemaakt en moeten dat uitvoeren. Ook wij maken fouten. Als mensen vinden dat we iets niet juist hebben ingeschat, mogen ze ons altijd overtuigen om bij te sturen. Maar dan constructief en niet met bagger en negativisme.”
Af en toe apprecieer ik de oppositie van Vlaams Belang meer dan die van SP.A
Doet de oppositie het zo?
“Af en toe lijkt het alsof wij alles fout doen, hoewel de stad toch nog grotendeels draait op beslissingen uit het verleden. Ik keek raar op toen de SP.A plots tegen belastingen stemde die al 20 jaar bestaan. Af en toe kan ik de oppositie van Vlaams Belang meer appreciëren dan die van de SP.A. Toen ik amokmakers de toegang verbood tot het zwembad, kreeg ik felicitaties van Vlaams Belang. Ik zie het de andere oppositiepartij niet zo gauw doen.”
Vindt u de SP.A te hard?
“Het is soms op het randje van uitschelden of op de man of vrouw spelen. Nancy Bourgoignie zegt op een gemeenteraad dat ik geen tijd genoeg maak voor Oostende, terwijl haar fractieleider John Crombez op een partijcongres zit. Of diezelfde Crombez die zegt dat ik lieg… We moeten elkaar met respect behandelen. Alleen zo kunnen we mooie dingen doen voor onze stad.”
Uw plannen om de centrale keuken en de gezins- en thuiszorgdiensten af te stoten, leidde tot een staking.
“Het stoorde me dat de vakbonden meteen naar het stakingsmodel grepen. We gingen in op hun vraag naar meer maaltijdcheques. In het verleden werden de groendienst, de reinigingsdienst… ook al deels geprivatiseerd, zonder enig protest. Het OCMW privatiseerde zelfs zijn eigen poetsbedrijf tot een aparte vzw. Toch volgde nu een staking. Wij zegt trouwens dat wij diensten willen overhevelen naar de privésector? Voor de catering praten wij nu met Ruddersstove, de maaltijddienst van het Brugse OCMW. En waarom moeten wij zelf thuiszorg organiseren als ook non-profitorganisaties dat doen, zoals Familiehulp of Solidariteit voor het Gezin? Een stad als Gent heeft ook geen eigen thuiszorgdiensten. In totaal kunnen we zo in zes jaar 18 miljoen euro besparen. Daar kan je toch heel veel mee doen.”
Hoe staat het met de mobiliteit? Er zijn nog altijd veel files naar Oostende.
“De elektrische deelsteps werden een ongelooflijk succes. Het systeem moet nog beter georganiseerd worden, maar het succes is nergens groter dan in Oostende. Wat de files betreft, het oplossen daarvan vraagt tijd. Het bouwen van randparkings, digitale wegwijzers, een app die je alle vervoersmogelijkheden toont… Misschien zal deze ambtstermijn zelfs nog te kort zijn. Maar in andere dossiers kan het sneller vooruitgaan. Ik denk aan de Thermen of de samenwerking tussen de ziekenhuizen. Ik vind het een voordeel om als burgemeester nationaal actief te zijn. Mijn kandidatuur voor het voorzitterschap van Open VLD staat Oostende niet in de weg, integendeel. Mijn netwerk in Brussel komt de stad ten goede.”
Maar de klemtoon blijft op Oostende liggen?
“Burgemeester van Oostende zijn is iets heel bijzonders. De stad heeft zoveel gedaanten… Het is een van de populairste toeristische bestemmingen van het land. Dat vraagt veel van onze inwoners, onze politie… Maar het is ook een belangrijke bron van inkomsten. We hebben zoveel troeven. Ik denk aan de windmolenparken, waarvoor Johan Vande Lanotte de eerste stappen heeft gezet. Ere wie ere toekomt. Ik denk aan de dronefabriek, die aankondigde naar Oostende te komen. Ik denk aan onze ambities voor een waterstoffabriek. We hebben zoveel mogelijkheden dat we soms veel te bescheiden zijn. We mogen het veel grootser zien.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier