Karl Vannieuwkerke schrijft een brief naar Yves Lampaert: “Je bent uniek in een wereld waarin achterdocht regeert”
Met het oog op het WK wielrennen van zondag schrijft Karl Vannieuwkerke vandaag een brief naar Yves Lampaert. De West-Vlaamse coureur van Deceuninck-Quick-Step mag altijd antwoorden: karl@kw.be.
Beste Yves,
Ge ziet ne vint no mien èrte. Ik meen het. Ik kijk er altijd naar uit als je op de gastenlijst van een wieleromkadering of een aflevering van Vive le Vélo! staat. Ik probeer het zelfs vaak in die richting te sturen als ik met de redactie aan het sparren ben over studiogasten. Je hebt mensen waar je je onmiddellijk goed bij voelt en waar je graag mee communiceert zonder je woorden te moeten wikken en wegen. Jij bent zo iemand. Het maakt niet uit of je je treft in een studiocontext of gewoon tegen het lijf loopt op straat. Je geeft en je neemt. Yves is Yves. Wysiwyg. What you see is what you get. Altijd en overal. En dat maakt je uniek in een wereld waarin achterdocht regeert. Jij wantrouwt niet. Oltied rechtendeure. Omdat het je zo is ingeprent in je opvoeding. Doe wel en zie niet om. Werken om er te komen en eerlijk blijven.
Zundag moeje wree skarten en voorol gin toten trekken
Toen ik je zondag in de studio vroeg of je je ploegmaat Kasper Asgreen zou proberen terug te halen als hij diep in de finale van het wereldkampioenschap het ruime sop kiest, was je overduidelijk: Ik twijfel geen seconde. Ik kan het me niet permitteren om in eigen land fouten te maken! Het antwoord waar ik op hoopte. Je leek doodeerlijk. Je bent je duidelijk bewust van het historische karakter van het moment dat eraan komt. Deel uitmaken van de Belgische ploeg die in eigen land een wereldkampioen aflevert. Het zou een verwezenlijking zijn waar voor de rest van je leven naar wordt verwezen. Als je iemand van een andere nationaliteit, ook al is het een ploegmaat van Deceuninck-Quick-Step, naar de regenboogtrui loodst, keert het ook terug voor de rest van je tijd hier op aarde. Dan wordt het woord landverrader op je rug getatoeëerd. Zo werkt het nu eenmaal bij de supporters. Dat Patrick Lefevere niet blij zou zijn als je een ploegmaat gaat halen, moet je voor een keer naast je neerleggen. Patrick schat een situatie ook al eens verkeerd in.
Als jij Wout van Aert zondag aan de wereldtitel helpt, kan dat een week later al terugkeren. Misschien zit er dan wel een kleine wederdienst tijdens Parijs-Roubaix in. Niemand gun ik een zege in de helleklassieker meer dan jou, Yves. Dat was al voor Wouter Deboot in je spoor kroop. Al moet ik toegeven dat die mini-reeks de gedachte alleen maar heeft versterkt. Als jij op 3 oktober op de strook van Carrefour de l’Arbre alle zenuwen in één keer aanzet met Wout van Aert in het wiel zal hij loyaal genoeg zijn om een gaatje te laten vallen als twee van de vijf strepen op zijn regenboogtrui het gevolg zijn van jouw bijdrage in Leuven. Dan sta jij met Aloïske op je arm op dat podium in het midden van die aftandse Vélodrome André Pétrieux. Oe scone zoe da nie zin, moat? Om het met jouw woorden te zeggen: Zundag moeje wree skarten en voorol gin toten trekken. De boel belazeren is niets voor jou, Yves. Er moet zondag gewoon een Belg wereldkampioen worden. Dat zou de wielergeschiedenis dienen. Het is maar liefst 58 jaar geleden dat dat is gebeurd. Toen sprintte Benoni Beheyt in Ronse sneller dan topfavoriet Rik Van Looy. Geflikt werd toen geroepen. Als een Belg een landgenoot flikt in Leuven kunnen we er enkel mee leven als een Belg ook wereldkampioen wordt. Het is maar dat je het weet. En nu zit ik hardop te lachen, Yves.
Veel succes zondag en geef er maar een ferme patat op,
Karl kruipt in zijn pen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier