Het is 43 jaar geleden dat Club nog eens twee titels op rij mocht vieren. Deze 17de titel is niet alleen dik verdiend, hij kreeg op Anderlecht alle glans die hij verdiende. Maar na zondag staat Club voor een aantal belangrijke werkpunten, en dan hebben we het niet over het stadion. Nog midden het feestgedruis: vijf bedenkingen bij een glanzende titel.
1. Op het veld van aartsvijand Anderlecht veegt Club in 90 minuten alle kritiek weg.
Ze waren er, de fans die na de moeizame eerste vier speeldagen in deze Champions’ Play-offs en de geslonken voorsprong, al mopperden dat het een titel zonder grandeur zou worden. Club stond dan al 189 dagen eerste (Genk haalde acht dagen…), had in de reguliere competitie far out het meeste goals gemaakt (76), had na Nieuwjaar met een onwaarschijnlijke reeks van 34 op 36 en indrukwekkend voetbal alle ‘concurrenten’ weggeveegd… En omdat er afgelopen maand even zand in de machine sloop, was alle glans weg? Dan werd dat even in het Lotto Park weggelachen, zeg! Drie goals en het hadden er vijf of zes kunnen zijn. In de vorige vier speeldagen van deze play-offs was maar vier keer gescoord. Plots was Club opnieuw Club. Scherp, gedreven, uitstekend georganiseerd én kansen afdwingend. Het gelijkspel was voor de thuisploeg zéér gevleid, maar belangrijker: Club zette een krachtig uitroepteken achter zijn tweede opeenvolgende titel. Oververdiend!
2. Op het veld van Anderlecht gulpt alle kwaliteit naar boven.
Het kan geen toeval zijn. Even dacht ik nog dat Bas Dost, die begin dit jaar met 5 goals in 6 wedstrijden de basis legde van de titel, in zijn korte invalbeurt ook ging scoren, dan waren alle ‘kampioenenmakers’ van 2020-2021 aan het feest geweest. Spelmaker Hans Vanaken, 11 goals en 7 assists, met twee goals. Golden boy Charles De Ketelaere, met twee assists. Hij was ook al tegen Antwerp vorige zondag beslissend. Man van het Seizoen Noa Lang, 16 goals en 9 assists, met zijn goal. En Ruud Vormer met alweer zijn dertiende assist van het seizoen. Natuurlijk waren de rust van Mignolet, de standvastigheid van Mechele en Rits, de klasse van Mata, de ontbolstering van Kossounou ook belangrijk voor die titel. En zagen we ook wel dat Sobol en Balanta zich steeds nadrukkelijker manifesteren. En mag dit heus wel de titel van het collectief – bij geen ploeg scoorden méér spelers – worden genoemd. Maar het verschil van donderdag op Anderlecht was ook het verschil van het hele seizoen: die vijf namen.
3. Op het veld van Anderlecht rijst alweer De Vraag van… 15 miljoen.
Jawel, dat is de marktwaarde van Hans Vanaken (28) op Transfermarkt.be. Even een stok in het feesthok gooien. Al jaren zeggen en schrijven velen dat de tweevoudige Gouden Schoen een stap naar het buitenland moet zetten, dat hij in België blijft stilstaan. In zijn ‘comfortzone’. Hansie is te gemakzuchtig. Zelf zegt hij daarover: ik ben hier zó gelukkig. Tussendoor evenwel klinkt ook: maar als de juiste club mij wil… Welaan, stél… stél dat Hansie de kans(en) krijgt zich op het EK te laten opmerken, dan komt misschien wel (eindelijk) die juiste club. En dan (díkke stok) mag Club niet meer twijfelen. Omdat het een pak geld kan binnenhalen, maar nog meer omdat het de weg vrij maakt voor Charles De Ketelaere, de perfecte opvolger van Vanaken op de 10, dat ziet intussen iedereen. Die liep donderdag in het Lotto Park rond als betrof het een tennispartijtje op de Witte Beer met vrienden. Maar nog zo’n ‘polyvalent’ seizoen remt alleen maar diens ontwikkeling af. Club minstens 15 miljoen rijker, Vanaken eindelijk eens op buitenlands niveau en De Ketelaere de nieuwe maestro: dat heet win-win-win.
Het moet zondag 5-6 worden. Eindigt Genk met dezelfde punten als Club en is Club dan toch kampioen op basis van de eindrangschikking in de reguliere competitie. Hebben ze helemaal hun zin.
4. Op het veld van Anderlecht mocht het al over de toekomst van Philippe Clement gaan.
Het ontsnapte een beetje de coach, in de dolle sfeer achteraf: “Club is de club van mijn hart, het zou al iets speciaals moeten zijn om weg te gaan.” Voorzitter Bart Verhaeghe was rationeler: “Ook andere trainers werden hier kampioen. We gaan als volwassenen samenzitten.” De verwachting is dat Philippe Clement ook volgend seizoen nog coach is van Club Brugge. Maar honderd procent zeker zijn we niet. Vraag maar in STVV hoe snel coaches met een groot hart voor de club plots weg zijn. En Clement is razend ambitieus. Wat valt er nog te bewijzen bij Club? Drie titels op rij? Vier en beter doen dan legende Happel in 1976, ’77, ’78? Eens de groepsfase van de Champions League overleven, zou je daarvoor een aanbieding van een topclub in Nederland als Feyenoord, we zeggen maar wat, of uit de Bundesliga laten liggen? De vierde titel op zes jaar is volgens de eergevoelige Bart Verhaeghe zelf evenzeer het werk van het duo Verhaeghe-Mannaert en om hun ambities, pronken in de BeNeliga, waar te maken is Clement heus wel vervangbaar, zou wel eens in hun hoofd kunnen zitten. Ze zullen hem willen houden, maar gaan daar heus niet verder in gaan dan nodig. Neen, honderd procent zeker zijn we niet.
5. En zondag vuurwerk, champs!
Maar dat zijn zorgen voor morgen. Neen, voor maandag. Club is al kampioen, Genk heeft zijn tweede plaats vast: die twee moeten er zondag een 5-5 spektakelstuk van maken. Door VTM of Sporza, whatever, uitgezonden, zodat alle voetballiefhebbers die dit seizoen niet in de tribunes mochten nog één keer worden verwend, ha! Of neen, het moet 5-6 worden. Eindigt Genk met dezelfde punten als Club en is Club dan toch kampioen op basis van de eindrangschikking in de reguliere competitie. Hebben ze helemaal hun zin.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier