De provincie West-Vlaanderen heeft vorig jaar maar liefst 34.000 bomen aangeplant op hun grondgebieden. In 2022 kwam er 7,5 hectare bos bij. Het gaat vooral om de haagbeuk, hazelaar, meidoorn en zomereik. Dat blijkt uit het antwoord van de gedeputeerden aan provincieraadslid Johan De Poorter (N-VA) uit Meulebeke. Maar West-Vlaanderen blijft de minst beboste provincie van Vlaanderen.
In 2023 zijn er door provincie West-Vlaanderen 34.000 bomen bij geplant op de provinciedomeinen en groene assen. Sinds begin 2023 mag onze provincie zich ook een ‘Zilveren Bosprovincie’ noemen, omdat er het jaar voordien, in 2022, maar liefst 7,5 hectare aan bos bijkwam. “Om goud te halen moesten we zorgen voor 10 hectare aan nieuw bos op eigen grond”, vertelt provincieraadslid Johan De Poorter (N-VA).
In de Palingbeek in Ieper, de Baliekouter in Dentergem en Kemmelberg in Heuvelland kwam er telkens een hectare bij. In Blankenberge werd er 2 hectare aangeplant in het Zeebos en in het provinciedomein Bergelen in Wevelgem 2,5 hectare. Het ging vooral om de haagbeuk, hazelaar, meidoorn en zomereik.
Minst beboste provincie
In 2023 werden er dus ook heel wat bomen geplant. “De kostprijs daarvan was 43.000 euro. Maar West-Vlaanderen blijft met een bosindex van amper 2,3 procent de minst beboste provincie van Vlaanderen. Limburg scoort het beste met een bosaandeel van 12,7 procent. Het is goed dat de provinciedomeinen ingebreid worden met nieuwe bomen en daar willen we over waken met de N-VA zonder toekomstige landbouwactiviteiten te hypothekeren”, besluit De Poorter.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
