Ze zijn met zo’n tweehonderd in Groot-Menen, de vrijwilligers die zwerfvuil opruimen. Met resultaat, zegt het stadsbestuur: “Menen wordt jaar na jaar properder.” Bij de Mooimakers zelf weerklinkt minder gejuich: “Volgens ons gaat het van kwaad naar erger.”
Zwerfafval is een van de meest hardnekkige problemen voor stadsbesturen. Niemand wil in een vuile straat wonen, maar al even weinig mensen zijn bereid om stevig in de buidel te tasten voor extra gemeentepersoneel. Van de klassieke peuken en bierblikjes tot complete huisraden of elektrotoestellen: sluikstorters zijn vaak tot veel bereid om zich van hun afval te ontdoen, tot grote ergernis van zowat iedereen. Dit is waar de Mooimakers zich in de strijd mengen.
Stan Roose, voorzitter van de raad van bestuur bij de intercommunale MIROM, looft de inzet van de vrijwilligers: “Het zijn mensen die hun kostbare vrije tijd opofferen om het afval van een ander te gaan ruimen. Ze krijgen hiervoor geen enkele vergoeding maar zijn bijna dagelijks in de weer, of het nu regent of niet.”
Belastingbetaler betaalt
“Sluikstorters staan er niet altijd bij stil, maar afval dat op straat terechtkomt, of het nu gaat om een klein stuk papier of een grote rol isolatie, moet worden opgekuist. Daarvoor worden mensen van de stadsdiensten opgetrommeld en wie draait er uiteindelijk voor op? Inderdaad: de belastingbetaler. Het ruimen van zwerfvuil wordt dus rechtstreeks naar de mensen gefactureerd en dat is absoluut niet oké. Niemand zou moeten betalen voor de ondoordachte daden van een ander. De Mooimakers spelen hierin dan ook een belangrijke rol, want niet alleen zorgen ze ervoor dat de straten er proper bij liggen, ze reduceren meteen ook de belastingdruk.”
Wie betrapt wordt, betaalt tot 350 euro boete, plus de opruimkosten – Schepen Patrick Roose
Hoewel MIROM niet rechtstreeks bij de werking van de Mooimakers is betrokken, levert het wel volop steun. “De aansturing van de vrijwilligers is iets wat volledig in handen ligt van de gemeentebesturen en niet van de afvalintercommunale”, klinkt het nog. “Vanzelfsprekend leveren we graag de nodige materialen om het werk van de vrijwilligers zo goed mogelijk te verlichten.”
Dat de kosteloze inzet van de Mooimakers geen slag in het water is, blijkt wanneer we wat cijfers krijgen vanuit het stadsbestuur. “We hebben op het grondgebied van Groot-Menen ongeveer 200 mensen die hun vrije tijd gebruiken om zwerfvuil te ruimen”, zegt bevoegd schepen Patrick Roose (Vooruit). “Dergelijke acties werpen hun vruchten af, want de netheidsbarometer kleurde nooit eerder zo groen. Menen wordt jaar na jaar properder en properder.”
Zakken met slachtafval
Het euforische gevoel binnen de muren van het stadhuis wordt enigszins genuanceerd wanneer we rondvragen bij de Mooimakers zelf. “Bierblikjes met hopen, en zelfs complete zakken met stinkend slachtafval: je kunt het zo gek niet bedenken of mensen dumpen het op straat. We hebben eerder de indruk dat het van kwaad naar erger gaat. We hadden zelfs iemand die ons aankeek en dan doodleuk zijn blik op straat gooide. We gingen het toch opruimen.”
De schepen erkent dat er nood is aan een mentaliteitswijziging, maar trekt meteen ook de administratieve gereedschapskist open. “Wie we in 2023 kunnen betrappen op sluikstorten, zal meteen de rekening gepresenteerd krijgen. Een GAS-boete tot wel 350 euro, en natuurlijk kuisen we alles op waarna we de kosten aan de vervuiler doorrekenen. Mensen zullen op die manier twee keer nadenken alvorens ze hun afval op straat dumpen.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier