Fabrikant bestrijdingsmiddelen kan niet aan de slag in Sint-Eloois-Vijve: “We doen nochtans niks gevaarlijks”

Een teleurgestelde Bernard Vercaemst van BSI.© PNW
Een teleurgestelde Bernard Vercaemst van BSI.© PNW
Redactie KW

Bio Services International (BSI), de Anzegemse fabrikant van diverse onderhouds- en bestrijdingsmiddelen, trekt voorlopig dan toch niet naar Sint-Eloois-Vijve. Het bedrijf kreeg weliswaar een omgevingsvergunning, maar niet voor de productie. “Het is alsof je tegen een bakker zegt dat hij geen brood mag bakken in zijn nieuwe atelier”, vertelt een teleurgestelde Bernard Vercaemst van BSI. “Ik wil niet natrappen, maar dit is een onterechte beslissing.”

Begin januari was er heel wat te doen over de mogelijke komst van Bio Services International naar een pand aan de Barrage, langs de Leie. Het bedrijf uit Vichte is fabrikant van diverse onderhouds- en bestrijdingsmiddelen. Bekende producten zijn de insecticidespray Bio Kill en mosbestrijdingsmiddel Empress Garden. Veel omwonenden zagen de plannen van BSI niet zitten en er werden 67 bezwaarschriften ingediend tijdens het openbaar onderzoek voor de omgevingsvergunning. Niet enkel het feit dat er met chemische stoffen gewerkt zou worden, maar vooral de locatie baarde zorgen.

Het stadsbestuur verleende een omgevingsvergunning, met uitzondering van twee cruciale afwijkingen op de wetgeving. “Het pand ligt in een milieubelastende zone, maar het perceel grenst aan een parkzone en woonuitbreidingsgebied. De installaties zouden op 90 meter van de parkzone staan, terwijl dat 100 meter moet zijn. Die afwijking krijgen we niet, waardoor we het pand niet kunnen betrekken. Het stadsbestuur zegt eigenlijk: je mag je hier vestigen, maar je moet maar iets anders produceren. Ook als we hier een opslagplaats van producten van willen maken, is het lang niet zeker dat we toestemming zouden krijgen”, zegt Bernard Vercaemst.

Industrie uitroken

De topman heeft vragen over de manier waarop de beslissing is genomen. “De stedelijke diensten tonen in hun onderzoek aan dat er weinig impact is en het Agentschap Zorg en Gezondheid gaf een gunstig advies. Toch werd er alleen gekeken naar de subjectieve bezwaarschriften”, vertelt hij. “Geurhinder? Onze fabriek stoot niks uit. Waterverontreiniging? We dumpen geen stoffen in de Leie, hé. Het is duidelijk dat wij het slachtoffer zijn van een ruimere beweging. Groen wil hier een recreatiegebied van maken en de bestaande industrie uitroken. Voor mijn bedrijf ga ik wel een oplossing vinden, al is dat niet simpel. Maar ik maak me vooral zorgen over de andere bedrijven die al in Sint-Eloois-Vijve gevestigd zijn.”

Vercaemst onderstreept dat hij graag in dialoog had getreden met de bezorgde buurtbewoners, maar de coronamaatregelen maakten dat niet gemakkelijk. “Onze hoofdzetel in Vichte ligt naast een woonwijk en de relatie met de buren verloopt perfect. Zij weten wat we hier doen en zijn altijd welkom. In Sint-Eloois-Vijve had ik ook graag een woordje uitleg gegeven, maar een fysieke vergadering was onmogelijk”, stelt Vercaemst, die nu beroep aantekent tegen de beslissing van het stadsbestuur.

Teleurstelling

Schepen van Ruimtelijke Ordening Kristof Chanterie (CD&V) heeft begrip voor de teleurstelling van Vercaemst, maar wijst op de complexiteit van het dossier. “Over afwijkingen op de Vlarem-wetgeving kunnen we niet licht gaan. Bij zo’n complexe materie nemen we de bezwaarschriften – en dat waren er heel wat – in rekening”, zegt hij. “Bovendien zou de fabriek vlakbij de Lourdesgrot van Sint-Eloois-Vijve liggen en we begrijpen dat de omwonenden zich zorgen maken.”

(PNW)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier