Waarom? Daarom! Waarom moet België sneller vaccineren?
De Belgische vaccinatiestrategie kent een trage start. Een te trage start, volgens velen. In plaats van alle beschikbare vaccins zo snel mogelijk toe te dienen, kiest België ervoor om eerst te proefdraaien. Uit voorzichtigheid, zegt men. Ruim twee weken na de eerste levering van de vaccins zijn er zo amper Belgen ingeënt. Zijn we te traag? En waarom is het belangrijk dat België een stuk sneller gaat vaccineren?
In samenwerking met Voka West-Vlaanderen
Op 28 december kreeg de eerste Vlaming, de 96-jarige Jos Hermans, een vaccin toegediend. Deze week volgen nog eens 6.600 gelukkigen in Vlaanderen, 12.000 in Wallonië en 4.000 in Brussel. Het initiële plan? 150.000 bewoners van woon-zorgcentra inenten tegen eind januari. Indien u weet dat België wekelijks 87.500 dosissen van het vaccin in kwestie (Pfizer-BioNtech) ontvangt, betekent dit dus dat er nog heel wat vaccins in de koelkast zouden blijven liggen. Het kán dus sneller. En dat weet ook de Vlaamse regering, die intussen heeft laten weten dat het doel bijgesteld is. Niet alleen de rusthuisbewoners zouden deze maand een spuitje kunnen krijgen, maar ook het personeel van die woon-zorgcentra. Maar is dat genoeg?
22,8 miljoen vaccins
In totaal heeft België 22,8 miljoen vaccindoses besteld. Ons land heeft daarvoor niet zelf onderhandeld met de farmaceutische producenten, maar deed daarvoor een beroep op Europa. De vaccins van AstraZeneca-Oxford, Johnson&Johnson, Pfizer-BioNtec, CureVac en Moderna maken allemaal deel uit van dit gigantische aantal, waarmee de Belgische bevolking ruim ingeënt kan worden. Nu is het een kwestie van deze doses zo snel mogelijk toe te dienen, opdat we het coronavirus en de crisis in de gezondheid, economie en maatschappij zo snel mogelijk kunnen bezweren.
Competitief voordeel
Dat risicogroepen en de zorgsector bovenaan de prioriteitenlijst staan in een snelle en performante corona-aanpak, staat buiten kijf. Maar een adequate vaccinatiestrategie gaat verder. Hierbij zijn de ondernemingen en hun medewerkers als volgende aan de beurt, en dit om de continuïteit in onze bedrijven en dus van onze economie te garanderen. Als we een geslaagde relance willen zien in 2021, is dit van uitermate groot belang. Het kernwoord in deze aanpak? Snelheid. Hoe sneller we de risicogroepen en de zorgsector kunnen vaccineren, hoe sneller we dat ook voor de rest kunnen doen.
Duitsland, Denemarken, Israël, het Verenigd Koninkrijk…, kortom, landen waar de vaccinatie sneller verloopt, zijn dus een competitief voordeel aan het opbouwen ten opzichte van de rest. Wie het snelst en best vaccineert, zal de meeste vruchten kunnen plukken van de heropleving die ons dit jaar te wachten staat. Wij mogen de boot absoluut niet missen. De voorgestelde versnelling van de Vlaamse regering is dus een goede noodzakelijke eerste stap. Nu ook het Moderna-vaccin is goedgekeurd, is er geen excuus meer om te dralen…
Test- en tracingbeleid
In afwachting van volledige vaccinatie, is er bovendien nood aan een duidelijke en performante beheersingsstrategie. Daarin is een goed test- en tracingbeleid, mét brononderzoek en het gebruik van sneltesten, onontbeerlijk. Alleen zo kunnen we op korte termijn in alle veiligheid een terugkeer organiseren voor de medewerkers in onze bedrijven, en zo evolueren naar een hybride werkvorm in 2021.
Heeft u hieromtrent nog vragen of wenst u meer te weten over dit thema? Neem dan gerust contact op met
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier