De begijntjes van chocolatier Délice zijn typisch Kortrijks, maar toch hebben ze een Oostends randje: de lekkernijen wordt namelijk sinds 2018 in Oostende geproduceerd. Met succes, want de chocolatier mag sinds kort uitpakken met het label ‘100% West-Vlaams streekproduct’.
Chocolatier Délice werd in 1976 opgericht door Marc Hauspy in Kortrijk. Enkele jaren later vergezelde zijn vrouw Harolda hem en samen openden ze een nieuwe winkel en productieatelier in 1978. In 2018 verhuisde de productie van de Vlaamse begijntjes naar de Solvaylaan in Oostende waar een compleet nieuw atelier opgetrokken werd.
Gulden sporen
“ De productie verhuisde dan wel naar zee, onze winkel in Kortrijk bleef en blijft behouden ”, zegt Anneleen Taelman, die instaat voor het dagelijkse beheer van Délice. Carl en Peter Lingier zijn de zaakvoerders van het chocoladebedrijf. Zij baten ook het in Oostende veel meer gekende Snoep- en Horecacenter Lingier uit, gevestigd op dezelfde site van Délice.
“Er zijn negen personeelsleden aan de slag bij Délice in Oostende, twee mensen werken in de winkel in Kortrijk. Het huidige personeelsbestand in Oostende bestaat hoofdzakelijk uit mensen uit de regio van Kortrijk. De link met Kortrijk blijft zo behouden. De Zuid-West-Vlaamse werkkracht en mentaliteit zitten in ons bedrijf ingebakken ”, aldus Taelman.
Werelderfgoed
Délice produceert twee streekgebonden Kortrijkse pralines: de begijntjes en de gulden sporen. De begijntjes hebben nu het label ‘100% West-Vlaams streekproduct’ gekregen. “We zijn heel trots op deze erkenning”, glundert Anneleen. “We proberen in de toekomst nog extra streekproducten in het gamma te brengen. We vinden het heel belangrijk om in onze winkel te Kortrijk streekgebonden artikelen te blijven aanbieden. We vinden het ook belangrijk om de historiek vanuit Kortrijk via streekproducten in de kijker te zetten. Daarnaast willen we ook blijven innoveren met onder meer ingekleurde en gevulde 3D-figuurtjes en nieuwe recepturen.”
De begijntjes waren ongehuwde dames of weduwes die, elk in hun huisje, sober en godsvruchtig leefden in een afgesloten stadswijk. In Europa zijn enkel de Vlaamse en Nederlandse begijnhoven bewaard gebleven. Deze zijn dan ook erkend door UNESCO als werelderfgoed. De chocoladen begijntjes liggen dan wel elk in hun eigen vakje in de verpakking, sober zijn ze allerminst.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
