Ook in een van de toeristische harten van onze regio kijken ze uit naar de heropening van de terrassen. We gingen op zoek naar vier horeca-uitbaters en blikken vooruit naar zaterdag.
Salima El Bakali – De Bralle
“Ook onzekere tijden voor personeel”
Salima (40) en Pieter (41) van De Bralle startten als eersten in Heuvelland met takeaway. Hun enthousiasme werkte aanstekelijk, want de horeca van Heuvelland volgde. Nu de terrassen opnieuw open kunnen, staat het koppel andermaal klaar. “We hebben nu éénmaal een hart voor de horeca.”
Toch zit Salima met wat vragen over de lang verwachte opening. “Begin deze week nog was het herfst en dan moet het dit weekend zomer worden. We moeten dit nog zien en vooral voelen. Het succes van de terrassen zal afhangen van het weer. Er wordt getwijfeld door de mensen om te reserveren. Begrijpelijk ook. Het kan stralend weer zijn tijdens het aperitief en dan bij de start van het hoofdgerecht flink waaien of regenen. Wat dan? Eerlijk daar ben ik nog niet uit”, aldus Salima. Op het terras achteraan de zaak biedt De Bralle plaats voor 50 personen.
“Het terras zal gezien het bubbelverhaal niet altijd vol zitten. Gezien we vooraan aan een gewestweg zitten, kunnen we geen vergunning krijgen voor het plaatsen van tafels en stoelen daar.”
Salima hoopt de komende weken niet alleen haar klanten terug te zien, maar ook haar personeel. “Voor de mensen van de horeca waren het lange onzekere tijden. Begrijpelijk dat een aantal onder hen koos voor een andere job. Maar ik ben overtuigd dat alles opnieuw goed komt. In de horeca werken creëert een bepaalde samenhang.” (MDN)
Kristof Wittouck- ‘t Hellegat
“Het weer wordt bepalende factor”
Op de top van de Rodeberg verwelkomen Anja Mortier (40) en Kristof Wittouck (47) al vele jaren tal van gasten in hun Hellegat. “Helle staat voor een heuvel en dat gat verwijst naar de kloof diep in de heuvelflank”, verduidelijkt Kristof. Tijdens de voorbije maanden genoten heel wat wandelaars van dit uniek uitzicht op wat ondertussen het bekendste muurtje van Heuvelland is geworden. “Ook tijdens de eerste lockdown was daar wel wat beweging, maar nadien vond iedereen vlot de weg naar ons terras. En dat zal hopelijk nu ook het geval zijn.”
Anja en Kristof plaatsten alvast de nodige verwarmingselementen. “Dit moet een extraatje worden, zo voelen de klanten zeker de koude niet meer in hun nek blazen. Het weer zal wellicht toch de bepalende factor worden.”
Voor de uitbaters van ’t Hellegat is dit zeker de ergste crisis sedert het openen van hun zaak nu 17 jaar geleden. “Er was de bankencrisis in 2008, maar daar lieten de mensen hun uitstap naar de berg niet voor. Met de coronacrisis was dat wel zo. Er was steeds voldoende beweging hier, maar voor ons pijnlijk om aan te zien. Je wil werken en je kan niet. Laten we hopen dat het einde van de tunnel zoals al zo vaak aangekondigd nu wel definitief in zicht is.” Ondertussen is ’t Hellegat uitgegroeid tot een volwaardige tearoom en restaurant. “We zijn alvast open op zaterdagmiddag om het weekend op het warmst van de dag te starten.” (MDN)
Maria ‘Maaitje’ Lalleman – Het Hazekasteel
“De flesjes bier staan al koud”
Het is dit jaar het 50ste jaar dat Maria – Maaitje in de volksmond – Lalleman (71) in Nieuwkerke dorpscafé Het Hazekasteel openhoudt. “Maar aan feesten waren we nog niet toe. Laat ons eerst maar klinken op het openen van de terrassen. Eindelijk!”
“Het waren soms lange dagen. Maar ik deed elke dag wel een wandeling en kon zo links en rechts ook een babbeltje slaan. Ja ook tegen de vaste klanten die beloofden allemaal op de afspraak te zijn”, aldus de vriendelijke cafébazin. Voor het café zet Maaitje dit weekend tafels en stoelen voor 14 klanten. “Afhankelijk van de stand van de zon zal ik ook achteraan wat plaats voorzien.”
De regels schrijven voor dat de klanten aan de tafels blijven zitten. “Ik zal zo op het einde van de dag wel wat kilometers op de teller hebben. Maar dat zal nog wel lukken hoor. Zolang ik gezond blijf zal ik café blijven houden.” Deze week nog poetste Maria de ramen en kreeg de vloer een schropbeurt. “Het moet toch proper zijn als de klanten naar het toilet moeten.” Het schoonmaken van de leidingen was niet aan Maria besteed. “Al vele jaren drinken de klanten hier bier uit de fles. Ze staan al goed koud. De koelkast werd recent nog vernieuwd.” In tegenstelling tot bijvoorbeeld cafés in grote steden houdt Maria de prijzen gelijk aan die van voor de sluiting. “Ik ben dan misschien nog niet dé goedkoopste, maar een pint aan 1,30 euro smaakt hier dubbel zo goed.” (MDN)
J an François – BasseVille
“Hopelijk vlug interieur ontdekken”
In de herfst van 2020 nam Jan François (51) samen met zijn partner Mieke (46) het enige dorpscafé in Wulvergem over. “Met de bedoeling om in februari van 2021 te openen”, aldus Jan. Het wordt uiteindelijk mei 2021 en dan nog alleen maar op het terras. “We hopen dat onze klanten vlug het interieur kunnen ontdekken”, aldus Jan.
Het café heet voortaan BasseVille en wordt door Jan en Mieke opengehouden met respect voor de familie Ally. Het dorpscafé in Wulvergem werd tot 2018 uitgebaat door Sabine Ally. A La Basse Ville bestaat sinds 1830. Het was destijds zowel café, kruidenierswinkel als een schoenlapperij. “We serveren dan ook graag een Ally-burger en voor de vele wielerliefhebbers de VDB-burger. We zijn dan ook fan van renners met rock-‘n-roll-gehalte zoals Frank Vandenbroucke. En hier in het café kwam Frank wel eens een kaartje leggen.” Het café zal het dorpscafé van weleer worden en ook een kleine eetkaart aanbieden. Jan en Mieke zullen er wel hun eigen touch aan geven. “We zijn beiden rock-‘n-roll-minded en dat zal ook te horen zijn in onze muziekkeuze. Dat en de speciaalbieren moeten van het café een succes maken. En wie nog eens een krakende 45-toerenplaat wil horen kan een nummertje kiezen uit de jukebox.” Op het terras hebben Jan en Mieke plaats tot 40 personen. Wie een pint bestelt krijgt er letterlijk één van het huis. “We hebben met BasseVille rouge, ambrée en triple ook nog eens drie huisbieren.” (MDN)
De terugkeer van de terrassen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier