Cathérine Lagast van de Pica Pica in Oostende: “Onder mensen zijn maakt mij gelukkig”

© Davy Coghe
© Davy Coghe
Gillian Lowyck

Oef! De terrassen mogen vanaf zaterdag 8 mei weer open. Ook Cathérine Lagast slaakt een zucht van opluchting. Zij moest de vijftienjarige verjaardag van haar zaak Pica Pica noodgedwongen in mineur vieren, maar nu staat ze te popelen om weer te openen en mensen te ontvangen.

Wanneer we afspreken met Cathérine aan boord van de Mercator stormt het. En jawel, ook op het zeilschip voel je de deining van de golven. Gelukkig is Cathérine niet zeeziek. “Als échte Oostendenaar heb je zeebenen hé”, lacht ze.

Mensen kennen jou als het gezicht van de Pica Pica op het Mijnplein. Hoe ben je daar gestart?

“Mijn man Patrick is ondertussen al de vierde generatie van horeca-uitbaters. Allen in Oostende. Zijn grootouders baatten de Place d’Armes uit, waar nu het Leffe Café is. En zijn ouders deden The Old Fisher op de Visserskaai. Daar heeft hij ook lang gewerkt. Hij is er dus in geboren. Het is ons tweede huwelijk, maar we kennen elkaar al heel lang: onze mama’s zaten bij elkaar in klas. En ja, hoe gaat dat? Eens babbelen, en nog een keer… Van het een kwam het ander. Maar door onze job zagen we elkaar heel weinig: uiteindelijk zorgden we gewoon voor elkaars kinderen. Op reis in Mallorca zei ik: als we een eigen zaak willen, is het nú het moment. En dat was wat Patrick het liefste wilde. Ik was toen 36 en wist dat ik het na mijn veertigste niet meer zou zien zitten. Ik wilde geen restaurant en ik had genoeg ervaring met pinten tappen in de Langestraat. Maar het moest een dagzaak zijn. We vonden een pand op het Mijnplein – een garage, die we helemaal zelf hebben ingericht – en de Pica Pica was geboren.”

Wist je altijd al dat je een eigen zaak zou starten?

Goh , ik heb van alles gedaan van werk. Ter land, ter zee en in de lucht zeg ik altijd. Bij de RMT, de luchthaven… Ik heb geen zittend gat en ben altijd bezig met ondernemen. Ik zing heel graag en heb deelgenomen aan Miss Belgium Big Lady. Toen ik twintig was, had ik al een bucketlist met dingen die ik wilde doen voor ik dertig werd. Ik heb daar geloof ik 75 procent van gedaan. Ik heb een fantastische jeugd gehad en zeg dat ook tegen mijn dochter nu: alles wat je nu kan doen, doe het gewoon!”

Jij bent een échte Oostendse?

“Ja. De kant van mijn mama is van de visserij. En ik ben een heel trotse Oostendse, ja. Ik zeg dat ook heel vaak. Een bos of dorp is leuk, maar ik ben altijd zo content om weer thuis te komen. Wanneer je de Kennedyrotonde oprijdt, de Mercator ziet liggen. Dat is thuis. De Oostendse zee is ook echt mijn zee. Ik heb een jaar in Mallorca gewoond en die zee… Nee, dat was toch anders.”

Je bent een heel sociaal persoon, hoe beleef je het gebrek aan sociaal contact momenteel?

“Op zich valt dat wel mee. Mijn dochter is nu bijna 21 en mocht ik haar leeftijd gehad hebben tijdens zo’n crisis… Ik zou zot geworden zijn. Maar nu ging dat. Ze was vaak thuis en ik kon weer echt mama zijn voor haar. En ik heb een goed huwelijk, wij zijn twee handen op één buik. Vaak samen zijn is dus geen probleem. Maar mensen rond me heen… dat mis ik. Mijn verjaardag is bijvoorbeeld echt een feest, mijn hoogdag. Dat passeert nooit zonder een groot feest. Vorig jaar in juni konden we met tien vieren. Weet je, het leven is zo serieus. Er zijn zoveel dingen waaraan je moeten denken: je eigen zaak, je kinderen, je ouders… Als er dan een reden is om feest te vieren, dan grijp ik die kans meteen.”

De Pica Pica bestaat 15 jaar. Hoe kijk je terug op al die jaren?

“Wij hebben een heel trouw en vast cliënteel. Heel veel klanten zijn vrienden geworden. Wij hebben geen website of Facebookpagina, maar sturen onze klanten mails. Iedere keer na het Overlegcomité mag iedereen een mailtje van ons verwachten. De reacties die we dan krijgen doen zoveel deugd. Ik ben ook vaak een luisterend oor voor onze klanten. Mensen weten me te vinden als ze willen babbelen.” ( lacht )

“Ik heb zeker honderd jeansbroeken versleten in de Langestraat”

Is dit je droomjob?

“Ik hoop dit nog lang te mogen doen, ja! Het probleem is dat we niet weten wat er ons te wachten staat. Door corona is ons potje wel op. Het doet hartzeer dat alles waar je voor gewerkt hebt, weg is. In tien jaar kan ik dat niet meer inhalen. En dat net nu we sinds twee jaar wat ademruimte hadden. Daarom dat we nu met ons twee verder doen, er is enkel nog een jobstudent in drukke periodes. Vorig jaar hebben we het ook zo gedaan. We waren moe, maar de wil is er.”

Heb je nog altijd die bucketlist?

“Zeker, al heeft corona daar wel wat roet in het eten gestrooid. Mijn man en ik zijn nooit op huwelijksreis geweest, dus dat zouden we graag nog eens doen. Ik droom ervan om New Orleans en Memphis te bezoeken, voor de muziek. Ik hou van heel veel genres en hou heel erg van blues en jazz. Met muzikant Jo Arend heb ik in het Leopoldparkje een paar keer gezongen. Ik zou graag weten hoe ver ik nog kan met mijn zingen. Niet qua bekendheid, maar met mijn stem. Je moet weten: ik ben een blanco blad. Ik kan geen noten lezen of een instrument bespelen, enkel zingen.”

Wat maakt jou gelukkig?

“Onder mensen zijn. Ik ben een uitgaander , ja. Ik zeg dan tegen mijn man: M ijn gat begint te schuufelen’ (lacht) . Ik hou van muziek, dansen… Ik ga graag op donderdag naar het Leopoldje, naar de Lafayette als Bobo draait, of de Pura Vida en de Poco Loco. Ik heb zeker honderd jeansbroeken versleten in de Langestraat.”

Bio

Privé: Cathérine (51) is een geboren en getogen Oostendse. Ze is getrouwd met Patrick Slegers. Cathérine heeft een dochter Caro (20) en een plusdochter Lisa (25).

Opleiding en loopbaan: moderne talen. Daarna heel veel verschillende jobs: bij de RMT, luchthaven… Vandaag baat ze al vijftien jaar de Pica Pica uit samen met haar man.

Vrije tijd: uitgaan, gaan eten, genieten van het leven. Zingen, vroeger bij rockgroep Kate’s Desire en vandaag nog altijd bij Oostende Zingt.