Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Lydia Peeters (Open VLD) heeft 750.000 euro ingeschreven in haar investeringsplan voor 2023 om een technische studie uit te voeren naar de zeewaartse uitbreiding van de Oostendse haven. Er zijn plannen om aan de oostelijke strekdam een kaaimuur te bouwen met vlakke terminal om aan die vraag te voldoen. De haven van Oostende heeft nood aan bijkomende capaciteit om haar positie te behouden.
België bevestigde al eerder zijn positie tussen de wereldleiders als het gaat over het geïnstalleerd vermogen van offshore windenergie. Dit is te danken aan REBO, Renewable Base Oostende, een volle dochteronderneming van de Oostendse haven. Dit maakt van Haven Oostende momenteel dé logistieke offshore wind-hub van het zuidelijke deel van de Noordzee. In totaal zijn er nu 399 windturbines geplaatst in het Belgische deel van de Noordzee, goed voor een directe tewerkstelling van circa 800 voltijdse equivalenten in Oostende. Heel wat internationale topbedrijven actief in de bouw, het onderhoud en het operationeel houden van de energieproductie, zijn gevestigd in Oostende. Het gebruik van de zwaarlastterminal REBO was hierbij essentieel.
Begin 2022 besliste federaal minister van Noordzee Vincent Van Quickenborne (Open VLD) in overleg met federaal minister Tinne Van der Straeten (Groen) om de totale offshorewindcapaciteit van 2.2 GW naar 5.8 GW te verhogen via de bouw van nieuwe windmolens in de Prinses Elisabeth-zone voor de kust van De Panne. Tegelijkertijd staat de bouw van het energie-eiland, dat op een efficiënte manier over landen heen stroom moet uitwisselen, op stapel. Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Lydia Peeters heeft in haar investeringsplan voor 2023 750.000 euro voorzien om de afdeling Maritieme Toegang toe te laten om een technische studie uit te voeren naar de uitbreiding van de Oostendse haven.
Extra kaaimuur en terminal
“Om haar positie te behouden hebben zowel Vlaanderen als Haven Oostende nood aan bijkomende capaciteit. Er zijn plannen om aan de oostelijke strekdam een kaaimuur te bouwen met vlakke terminal om aan deze vraag te voldoen. Die kaaimuur moet grotere schepen kunnen verwelkomen, die instaan voor de ontwikkeling en het onderhoud van de windmolenparken op zee”, aldus minister Peeters. “We blijven daarnaast ook inzetten op het verbeteren van de toegankelijkheid tot de haven en het beter beschermen van de stad Oostende tegen overstromingen.”
In die context deed Haven Oostende de voorbije twee jaar al een milieu-impactstudie, waaruit blijkt dat er geen negatieve effecten zijn. Daarnaast werd eveneens een stromingsanalyse en een Maatschappelijke Kosten-Batenanalyse (MKBA) uitgevoerd. De milieueffectenrapportering is voorzien om in de eerste helft 2023 klaar te zijn.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier