CD&V West-Vlaanderen wil hoogspanningslijn Ventilus ondergronds

Als het van de West-Vlaamse CD&V afhangt, komen er geen nieuwe hoogspanningsmasten voor het Ventilus-project. Dat laat de partij weten in een gemeenschappelijk standpunt dat geldt voor alle betrokken burgemeesters. Vlaams minister van Energie Zuhal Demir (N-VA) had eerder al gezegd dat het de burgemeesters zullen moeten zijn die de knoop moeten doorhakken.

Eind oktober stelde intendant Guy Vloebergh zijn voorlopige bevindingen voor. De man werd door Vlaams minister van energie Zuhal Demir (N-VA) aangesteld om een draagvlak te creëren voor het project en te onderzoeken of er alternatieven zijn. In het oorspronkelijke plan van Elia en de Vlaamse regering was het namelijk de bedoeling om, voornamelijk langs de E403, een kilometerslange nieuwe lijn van hoogspanningsmasten te bouwen. Dat stuitte op enorm verzet in onze provincie, met de stilstand van het dossier tot gevolg. Toen de federale regering aankondigde om de capaciteit van de windmolenparken op zee te verhogen – energie die ook via Ventilus aan land zal moeten worden gebracht – groeide de onzekerheid alleen maar en werd uiteindelijk beslist om de opdracht van intendant Guy Vloebergh te verlengen met drie maanden. In februari moet dat huiswerk af zijn.

In een reactie op de federale plannen had minister Zuhal Demir zich in het Vlaams Parlement al laten ontvallen dat het uiteindelijk de burgemeesters zullen zijn die de Ventilusknoop zullen moeten doorhakken. “Zolang zij zich verzetten, vergun ik niks”, klonk het. Nu komen de CD&V-burgemeesters, die de overgrote meerderheid van de betrokken gemeenten vertegenwoordigen, met een duidelijk standpunt naar voren. “Het versterken van het elektriciteitsnet in West-Vlaanderen en het voorzien van een back-up voor de Stevin-hoogspanningslijn moeten als twee afzonderlijke projecten gezien worden. Die doelstellingen moeten gerealiseerd worden. Nieuwe hoogspanningslijnen moeten ondergronds geplaatst worden. Ook de leidingen die versterkt moeten worden, dienen ondergronds geplaatst te worden. Deze benadering is de enige juiste in de huidige maatschappelijke context en met het oog op een duurzame toekomst. We vragen dat de intendant in deze richting verder werkt”, klinkt het.