Willen we de doelstellingen van de Bouwshift halen, dan moet onze provincie tegen 2050 liefst 4.918 hectare verharde grond openbreken. Dat blijkt uit het Betonrapport 2024. Twee derde daarvan moet gerealiseerd worden in natuur- en landbouwgebieden.
Volgens de Bouwshift (ook bekend onder de naam Betonstop, red.) die het Vlaams parlement goedkeurde, mag er in 2050 in Vlaanderen niet meer verharding bijgekomen zijn in onze woon- en industriegebieden dan in 2015. Bovendien moet er in natuur- en landbouwgebieden 20 procent verharding verdwijnen. Om die doelstellingen te bereiken, heeft West-Vlaanderen nog heel wat werk op de plank liggen.
Dat blijkt uit het Betonrapport 2024 van Breekijzer en Natuurpunt. Vandaag kent onze provincie een verhardingsgraad van 14,7 procent. Daarmee liggen we net iets onder het gemiddelde voor heel Vlaanderen.
West-Vlaanderen scoort met 389 vierkante meter verharding per inwoner echter het slechtst van alle Vlaamse provincies. Het gaat om maar liefst 125 vierkante meter verharding méér dan per inwoner in Antwerpen en Vlaams-Brabant. Bovendien liggen ook 15 van de 20 Vlaamse gemeenten met de meeste verharding per inwoner in de kustprovincie.
Grote uitdaging
Om te kunnen voldoen aan de doelstellingen van de Bouwshift, moet in West-Vlaanderen in totaal 4.918 hectare onthard worden, of de oppervlakte van bijna 7.000 voetbalvelden. 1.610 hectare moet onthard worden in harde bestemmingen zoals woon- of industriegebieden en 3.308 hectare in zachte bestemmingen zoals natuur- en landbouwgebieden.
“Landbouw en natuur zijn beide gebaat bij de Bouwshift, waarvan de uitrol veel te lang op zich laat wachten”
Dat betekent dat West-Vlaanderen van alle Vlaamse provincies de grootste onthardingsopdracht in zachte bestemmingen heeft. Het gaat om 1.000 hectare méér dan Antwerpen, de tweede provincie in de rij. Van de 11.000 hectare prioritair te herbestemmen gronden van harde naar zachte bestemming in Vlaanderen, ligt 1.207 hectare in onze provincie.
Dat is een beperkt aandeel in vergelijking met de andere provincies, maar in absolute aantallen is dat veel. Volgens Natuurpunt ligt de grootste uitdaging voor West-Vlaanderen bij de ontharding van de zachte bestemmingen, met name landbouwgronden.
Helder advies
“In een periode dat er net veel te doen is rond grond- en bodemgebruik brengt het Betonrapport duidelijke cijfers over oprukkende verharding, ook in zachte bestemmingen”, zegt Frederik Mollen van Natuurpunt. “Landbouw en natuur zijn beide gebaat bij de Bouwshift, waarvan de uitrol veel te lang op zich laat wachten. We lanceren het Betonrapport niet toevallig nu. De lokale en bovenlokale verkiezingen bieden een uitgelezen kans om de handen in elkaar te slaan en om de juiste acties uit te rollen.”
“Het rapport en de fiches per gemeente bieden besturen daartoe alvast een concrete onthardingsopgave, en tal van goede voorbeelden en aanbevelingen. Ons advies aan alle beleidsniveaus is dan ook helder. Hanteer vanaf nu dit principe: wanneer je ergens één vierkante meter verhardt, onthard dan op een andere plek twee vierkante meter.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
