Al meer dan een jaar wisselende tijdelijke werkloosheid in textiel- en vloerbekledingssector in en rond Wielsbeke: “Is een probleem in heel Europa”

© Frank Meurisse
Rémi Bruggeman
Rémi Bruggeman Medewerker KW

Tijdelijke werkloosheid is schering en inslag in de textiel- en vloerbekledingssector. Balta Carpets in Sint-Baafs-Vijve ontsloeg deze zomer zelfs 295 werknemers. Ook bij Unilin in Wielsbeke is er tijdelijke werkloosheid, al zit het bedrijf niet in moeilijkheden. De woordvoerder van het bedrijf, Sander Laridon, noemt verschillende redenen, zoals de hoge elektriciteitskosten, gedaalde vraag en goedkopere alternatieven in onder andere Azië.

Op 20 juli dit jaar hield Balta Carpets, een afdeling van Balta Industries in Sint-Baafs-Vijve, er voor goed mee op waardoor er 295 werknemers ontslagen werden. Vorig jaar kocht het Britse Victoria het bedrijf en in februari kwam het nieuws dat de productie van Balta Carpets kon verhuizen naar het Verenigd Koninkrijk.

Goedkoper in Azië

Steve Meseure van ABVV textiel stelt dat dit zich niet enkel voordoet bij het Britse bedrijf: “Er kwamen bij Balta twee zware herstructureringen: de site in Avelgem sloot en in Sint-Baafs-Vijve werd een sociaal plan opgesteld voor de 295 mensen die hun job zouden verliezen. Op dit moment is het belangrijk dat we de werkzekerheid in de toekomst kunnen verzekeren in de sector, maar dat is niet makkelijk.”

“De grootste conclusie die we hieruit kunnen trekken is dat het vervaardigen van haren in heel Europa onder druk staat. De productie, inclusief importkosten, kan veel goedkoper in Aziatische landen. Dat speelt de sector parten, over heel Europa. Neem daar dan nog eens bij dat de markt krimpt – er is steeds minder vraag naar kamerbreed tapijt – en je begrijpt dat de situatie is zoals ze is.”

De volledige sector heeft het dus moeilijk. Meseure verklaart dat er onder andere bij BFS Europe NV in Oostrozebeke en Clarysse in Pittem op dit moment tijdelijke werkloosheid om economische redenen is. “Dat varieert wel telkens sterk van bedrijf tot bedrijf”, voegt Steve Meseure daar nog aan toe.

Laagconjunctuur in bouwsector

Luc Geerardyn, vakbondssecretaris bij ABVV West-Vlaanderen, ziet de economische malaise zelfs nog iets breder: “De bouwsector heeft het op dit moment in het algemeen moeilijk. Tijdens de coronaperiode kende de sector een serieuze boost. Er werd heel veel verbouwd. Kort daarna werden de grondstoffen veel duurder, waardoor er logischerwijs een terugval was. Daardoor ervaren eigenlijk alle industriële sectoren die de toelevering voor de bouwsector voorzien nu moeilijkheden.”

“Doordat de bouwsector momenteel in laagconjunctuur zit, voelen wij dat ook.” -Sander Laridon (Unilin)

De tijdelijke werkloosheid is zo een gevolg van die terugval na de coronaperiode. Ook bij Unilin in Wielsbeke is er van tijd tot tijd in verschillende afdelingen tijdelijke werkloosheid. Vorig jaar moest de fabriek van Unilin in Wielsbeke, waar laminaatvloeren worden vervaardigd, een week dicht door de gevolgen van de energiecrisis, “maar op dit moment zit Unilin zeker niet in moeilijkheden”, verzekert Luc Geerardyn. Er is op dit moment, op wisselende basis, vooral tijdelijke werkloosheid in de flooring-afdeling in Wielsbeke en in mindere mate in de panel-afdelingen die onder andere in Oostrozebeke en Izegem gevestigd zijn.

Gedaalde vraag

De woordvoerder van Unilin, Sander Laridon, erkent dat er nog tijdelijke werkloosheid is, maar ziet nog wat extra redenen daarvoor: “De gedaalde, maar stabiele, vraag en de gevolgen van de energiecrisis zorgen er inderdaad voor dat er hier tijdelijke werkloosheid is, al is de situatie veel beter dan vorig jaar, toen we een week volledig sloten. In het algemeen trekken veel productiebedrijven naar Turkije, Aziatische landen of de VS, maar wij willen de lokale kaart blijven trekken. De coronacrisis toonde immers aan dat het beter is om niet volledig afhankelijk te zijn van import. Daarnaast ligt ons wereldwijde innovatiecentrum in Wielsbeke. En productie willen we absoluut bij ons onderzoekscentrum houden. Geen innovatie zonder productie.”

“Neem daar nog eens bij dat België een van de duurste Europese landen is om te produceren, en je snapt dat het moeilijk is. We zijn een van de weinige landen met een automatische loonindexering en er is de in het algemeen hoge elektriciteitskost. Onze elektriciteit in België is een pak duurder dan in Frankrijk of Duitsland. De Belgische politiek kan een gerichter industrieel beleid voeren om meer bedrijven hier te houden. In de VS kwam er bijvoorbeeld de Inflation Reduction Act (IRA) in 2022 en wij zijn, met VOKA als spreekbuis, vragende partij, om de politiek hier ook aan te sporen om initiatief te nemen.”

“Kortom, wij zijn een solide bedrijf in een instabiele markt. We proberen op dit moment de verkoop zoveel mogelijk te stimuleren en de tijdelijke werkloosheid zo goed mogelijk op te vangen door onze werknemers in andere afdelingen te activeren in geval van tijdelijke werkloosheid,” concludeert Laridon.

Unilin kon geen cijfers geven over hoeveel werknemers er exact in tijdelijke werkloosheid zitten doordat die wekelijks verandert. In totaal werken er in de flooring 1100 mensen, waarvan 700 arbeiders, verspreid over Wielsbeke, Avelgem en in mindere mate Moeskroen en Gent. In de sector van de panels werken er 1000 mensen, waarvan 700 arbeiders die tijdelijke werkloosheid kunnen ervaren. Die zijn vooral verspreid over Wielsbeke en Oostrozebeke.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier