De kogel is door de kerk: de Sint-Franciscuskerk heet voortaan De Kapucinne. De naam werd donderdagavond bekendgemaakt tijdens de feestelijke inhuldiging van de gerestaureerde, ontwijde kerk. Bij de nieuwe naam hoort ook een nieuwe socio-culturele invulling.
Op de opening kregen houtblaaskwintet Bois de Vivre en toneelgroep Cie Tabloo de eer om de nieuwe socio-culturele tempel in te spelen. Ook de nieuwe naam van het gebouw werd onthuld. De inwoners van Menen konden vooraf stemmen en kozen voor ‘De Kapucinne’. Een verwijzing naar de Capucijnenkerk, zoals de kerk in de volksmond genoemd wordt. De eerste grote afspraak in De Kapucinne vindt al plaats op zaterdag 31 augustus met de verkiezingsshow van de tweede Wieltjesambassadeur van Menen.
Multifunctioneel
Cie Tabloo, CC De Steiger en de Academie worden de vaste gebruikers van De Kapucinne. Toneelgroep Cie Tabloo repeteert al volop in de kerk. Haar komedie ‘Bloemen noch kransen’ speelt vanaf eind oktober zes keer in De Kapucinne. CC De Steiger kijkt uit naar het solo-optreden van Colin H. van Eeckhout op 11 november. Enkele jaren terug trad hij al eens met zijn band Amenra op in de kerk. De Academie voor Muziek en Woord zal in De Kapucinne toon- en evaluatiemomenten, concerten en laureatenhuldigingen organiseren.
Ook de inwoners van Menen kunnen de ruimte huren voor een communiefeest, jubileum of netwerkevent. “Wie hier ooit gedoopt werd, zal hier ook zijn pensionering kunnen vieren”, knipoogt burgemeester Eddy Lust. “Ruim 421 jaar na de eerste steenlegging kunnen we de ontwijde kerk opnieuw gebruiken om mensen samen te brengen en te verbinden. De renovatie is de start van een nieuw begin, een gelegenheid om het gebouw een nieuwe bestemming te geven die nauw aansluit bij de hedendaagse wensen en mogelijkheden. Deze ruimte biedt een podium voor creativiteit, samenhorigheid en vooruitgang”, aldus de burgemeester.
Verleden en heden hand in hand
De kerk, die al eigendom was van de stad, werd op 15 maart 2019 ontwijd. Daarna werd er nagedacht over de renovatie en de herbestemming. In april 2023 gingen de werken van start. Het 18de-eeuwse Sint-Jorisaltaar, de koorbanken en de drie biechtstoelen behielden hun prominente plaats. De ruimten achter het altaar zijn omgevormd tot backstage- en artiestenruimte. Ook is er voldoende berging voorzien. Een uitbreiding van het oksaal zorgt voor extra ruimte rond het orgel. Voorts zijn er een bar, toiletten en een nooduitgang voorzien.
“Er is zes jaar werk aan voorafgegaan om hier nu te staan. In het kerkenplan was dit de enige kerk, die volledig herbestemd mocht worden. Veel gevoeligheden moesten overwonnen worden om de kerk los te laten. Maar ik ben ervan overtuigd dat we bezig zijn aan een mooi project voor de toekomst”, zegt schepen van Cultuur en Erfgoed Griet Vanryckegem.
Schepen van AGB en patrimonium Renaat Vandenbulcke noemt de renovatie een voorbeeld van hoe verleden en heden hand in hand kunnen gaan. “We hebben veel moeite gedaan om de geschiedenis van dit gebouw te respecteren en te behouden. De schoonheid van het oorspronkelijke ontwerp is bewaard gebleven, terwijl moderne elementen zijn toegevoegd om het gebouw relevant te maken voor de huidige tijd.”
Polyvalent gebouw
Verwijzend naar de multifunctionele ruimtes benadrukt hij de polyvalentie van het gebouw. “Het schip kan dienen als conferentiezaal, tentoonstellingsruimte, werkruimte of evenementenzaal. Ook de inschuifbare tribune met 160 plaatsen zorgt ervoor dat er verschillende scenario’s voor het gebruik mogelijk zijn. Het koor nodigt uit om de functie van podium of scène te vervullen.”
“Een geavanceerd verlichting- en klimaatsysteem, akoestische aanpassingen en het slimme gebouwenbeheer ondersteunen die veelzijdigheid. Op de planning staat nog de plaatsing van de theatertechnieken. Vanuit de stad zullen we dan in totaal 1,7 miljoen euro geïnvesteerd hebben”, besluit schepen Vandenbulcke.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
