Vandaag (woensdag) werden op CWGC Tyne Cote Cemetery negen Britse soldaten begraven. Van zeven van hen is de identiteit bekend.
De begrafenis gebeurde in het bijzijn van Prins Edward Winsor, neef van de Queen, familieleden, vertegenwoordigers van de Britse Defensie, het regiment, CWGC, Gouverneur Decaluwé, Burgemeerster Dirk Sioen en de schepenen Vandepitte, Vanderhaeghen, Jonckheere en vertegenwoordigers van het MMP1917.
Ook het publiek mocht de plechtigheid bijwonen. Van zeven soldaten is de identiteit gekend. Het gaat om Second Lieutenants Leslie Wallace Ablett, Edward Douglas Bruty, Serjeant Thomas Feasby, Lance Corporal Stanley Blakeborough, Privates Harry Miller, Joseph Patrickson MM en Arnold Sanderson MM. Ze stierven in oktober 1917.
Zij worden begraven samen met een onbekende soldaat van de Northumberland Fusiliers en een onbekende soldaat waarvan ook het regiment niet is gekend. De negen militairen weden gevonden bij wegenwerken in Beselare en lagen bij een grote bominslag aan hun loopgracht.
1.300 medewerkers
De begrafenis werd georganiseerd door de Joint Casualty and Compassionate Centre, dat uitgaat van het Britse Ministerie van Defensie. Hun specialisatie richt zich op het onderzoeken van historische zaken (vanaf de Eerste Wereldoorlog).
Ze pogen onder meer om stoffelijke resten van Britse strijdkrachten, die tot op heden worden gevonden in de slagvelden over de ganse wereld, te identificeren. Ook proberen ze om de soldaten begraven in een ‘unknown’ graf te identificeren en het graf van een naam te voorzien.
De CWGC telt vandaag niet minder dan 1300 medewerkers die instaan voor de zorg en onderhoud van begraafplaatsen en gedenktekens op elk continent. “Ook vandaag vinden we jaarlijks nog altijd meer dan 30 slachtoffers in België en Frankrijk en zorgt de CWGC ervoor dat ze waardig begraven worden, “ aldus Louise Dujardin van CWGC.
(NVZ)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier