Vijf Vlaamse ministers kunnen straks op vakantie met werk van West-Vlaamse dichters. En dat hebben ze aan hun collega van cultuur Sven Gatz te danken.
Het is een traditie dat de minister van Cultuur zijn collega’s in de Vlaamse regering met een boek op vakantie stuurt. Dat is al eens fictie, het kan ook een stripverhaal zijn. Maar dit jaar is het pure poëzie waarmee de excellenties vertrekken. En wat blijkt? Onze ‘Brusselse’ minister van cultuur kiest toch wel in grote mate voor het werk van… West-Vlaamse dichters. Vijf van de acht bundels zijn van West-Vlamingen.
Minister-president Geert Bourgeois gaat met ‘Zing zing’ van Peter Verhelst op pad, viceminister-president Hilde Crevits krijgt Maud Vanhauwaerts ‘Ik ben mogelijk’ mee op reis. Voor minister Ben Weyts ligt ‘Als God in Frankrijk’ van Hedwig Speliers klaar. En dan is er nog ‘Hees’ van de uitgeweken Bruggeling Maarten Goethals voor viceminister-president Liebeth Homans. Minister Joke Schauvliege kan vertrekken met het toepasselijke ‘Als ik stil ben heb ik een bos in mijn hoofd’ van de Kortrijkse jonge dichter Siel Verhanneman.
Wat Sven Gatz zichzelf cadeau doet, vermeldt hij niet.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier